1P4L4+5 Making conversation


Making conversation


1P4L4
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les


Making conversation


1P4L4

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

May 26
National Sorry Day
To say sorry for the mistreat of indiginous people of Australia.
Stolen generation - childred were forcibly taken from their families.
First in 1998

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Today's programme
  • Warm-up
  • reminder assignment period 4: vrijdag 2 juni

  • adjectives (bijvoeglijke naamwoorden)
  • adverbs (bijwoorden)
  • work on assignment

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Today's goals
At the end of this lesson you will have freshened up your knowledge about adjectives and adverbs  and have practised speaking English

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Conversation starters

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Adjectives (bijvoeglijk nwd)
bijvoeglijk nwd zegt wat over het zelfstandig nwd

That is a beautiful dress you're wearing.
I really like your new haircut.
I hate those ugly sneakers of yours.
I don't like your pink shirt.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Adverbs (bijwoord)
bijwoord zegt wat over het werkwoord of over bijvoeglijk nwd
(bijvoeglijk nwd + -ly)

You sing beautifully.
She is a terribly good skater.
The dog smells horribly.
We don't like your extremely bright shirt.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke zin is juist?
A
He always drives slow
B
He always drives slowly

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke zin is juist?
A
She is a quickly learner
B
She is a quick learner

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Adjective or adverb?

She is a GREAT collegue.
A
adjective (bijvoeglijk nwd)
B
adverb (bijwoord)

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Adjective or adverb?

You drive TERRIBLY slow
A
adjective (bijvoeglijk nwd)
B
adverb (bijwoord)

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Adjective or adverb?

You have a WONDERFUL voice.
A
adjective (bijvoeglijk nwd)
B
adverb (bijwoord)

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Adjective or adverb?

I like those BLACK boots
A
adjective (bijvoeglijk nwd)
B
adverb (bijwoord)

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Conversation - asking for help
Wat zeg je als je een probleem (op je werk) hebt? Aanspreken:
Jack, I (seem to) have a problem.
Can I talk to you for a second, Jenny?
Inhoud boodschap:
I would like to talk to you about ...
Can you give me some advice on ...
I could use some help with ...

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Conversation - Q&A
Wat geef je als antwoord?

Can you help me?                     No, I can't / Yes, I can
Do you know the way?           No, I don't / Yes, I do
Were you sick yesterday?     No, I wasn't / Yes, I was

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

What words can you
think of for a meeting?

Slide 16 - Woordweb

Around 60 sovereign countries have English as an official language, such as
the obvious UK, USA, Australia, Canada and New Zealand.
But also South-Africa, Singapore, Philipines, Barbados, Sint Maarten, Kenya, several Caribbean islands.
What sentences can you
think of for a meeting?

Slide 17 - Woordweb

Around 60 sovereign countries have English as an official language, such as
the obvious UK, USA, Australia, Canada and New Zealand.
But also South-Africa, Singapore, Philipines, Barbados, Sint Maarten, Kenya, several Caribbean islands.
Je wilt dat iemand zijn vraag opnieuw stelt.
Je wilt je mening geven.
Je begrijpt de vraag niet.
Je wilt uitleg over iets.
Je bent het met iemand eens.
Je bent het ergens niet mee eens.
I don't agree with that / I disagree with that.
Could you repeat that, please?
What does ... mean?
I agree with you.
Sorry, I don't understand.
In my opinion ...

Slide 18 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vocab
Crossword puzzle 

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Imperative (gebiedende wijs)
What do you notice about these sentences?
  • Sit down and listen.
  • Take the first street on your left.
  • Close the door.

Giving instructions - be carefull, it can sound rude. Add 'please'.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Much / many
Much --> uncountable
Many --> countable

How much petrol does your car need?
How many students are there?

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

much or many
How ... milk do you like in your coffee?
A
much
B
many

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

much of many
He has ... friends.
A
much
B
many

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

much or many
There are ... possible kandidates.
A
much
B
many

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Assignment: meeting

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Homework
Making conversation A2 Doing Business (picture of a skyline)
(the British flags are for your own practise)

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

See you next week!!!

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies