AFP 1.2.9

Anatomie, Fysiologie en Pathologie 


Les 9
Leerjaar 1
Periode 2
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Anatomie, Fysiologie en Pathologie 


Les 9
Leerjaar 1
Periode 2

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies



DA1A2/DA1B2
1. Gezamenlijke start
2. Vorige les
3. Bloedsomloop
4. Bloedvaten







DA1A1/DA1B1
  1. Gezamenlijke start
  2. Oefenen met 'woorden het hart' op CumLaude
  3. Daarna EC: Acuut Coronair Syndroom
Lesindeling (eerste uur)
10 minuten voor tijd gezamenlijk afronden + huiswerk

Slide 2 - Tekstslide

Of Expert College afmaken
Vorige les
Wat wordt er bedoeld met 'het hart is een autonoom orgaan'?
Waar begint de prikkelgeleiding van het hart?
En wat gebeurt er daarna?
Wat wordt er bedoeld met de diastole?

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bloedsomloop
Dubbele bloedsomloop: 5 liter per minuut!
  • Kleine: Rechter kamer -> longen -> linker boezem
  • Grote: Linker kamer -> lichaam/organen -> rechter boezem

Zuurstofarm vs. Zuurstofrijk
Aders vs. Slagaders

Slide 4 - Tekstslide

Hart zorgt voor rondpompen van bloed met nuttige stoffen door lichaam en afvoer van afvalstoffen (welke voorbeelden kennen de studenten nog?)

Slide 5 - Tekstslide

Pak de kleurplaat erbij en teken met blauw en rood straks mee welk deel van het hart en de bloedsomloop zuurstofarm (blauw) en welk deel zuurstofrijk is (rood)

Schrijf ook de namen erbij met een cijfer om de volgorde van de bloedsomloop aan te geven
Bloedsomloop (2)
  1. Vena cava superior/inferior
  2. Rechter atrium
  3. Rechter ventrikel
  4. Arteriae pulmonalis
  5. Longen
  6. Venae pulmonalis
  7. Linker atrium
  8. Linker ventrikel
  9. Aorta

Slide 6 - Tekstslide

Bloedsomloop door het hart bespreken

Welke termen hoorden ook alweer waarbij? Latijns -> Nederlands

Door welke kleppen gaat het bloed?

Blauw is zuurstofarm (blauw bij benauwdheid)
Rood is zuurstofrijk
Bloedsomloop (3)
Het hart zelf wordt van bloed voorzien door kransslagaders (coronair arteriën)
  • Komen uit de aorta

Hartminuutvolume: Hoeveelheid bloed dat hart per minuut in aorta pompt (ongeveer 5 liter)
Slagvolume: Hoeveelheid bloed dat hart per hartslag in aorta pompt (60 tot 80 milliliter)

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vene
Arterie
Dunne wand
Afvalstoffen
Dikke elastische wand
Kleppen
Zuurstofarm bloed
Geen kleppen
Zuurstofrijk bloed

Slide 8 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bloedvaten
Drie soorten bloedvaten: aders (venen), slagaders (arteriën) en haarvaten (capillairen)

  • Venen: Dunne wand, hebben kleppen, bevatten afvalstoffen en zuurstofarm bloed
  • Arteriën: Dikke elastische wand, geen kleppen, bevatten zuurstof en voedingsstoffen
  • Capillairen: Uitwisseling voedingsstoffen/zuurstof en afvalstoffen


Slide 9 - Tekstslide

Capillairen zijn de kleinste bloedvaten, maar zijn het grootst in aantal
- hebben een hele dunne vaatwand, soms maar enkele cellen dik om de uitwisseling plaats te laten vinden

Het hart heeft niet voldoende kracht om het bloed door de venen terug te pompen: vandaar de kleppen en het gebruik van de spierpomp.
Bloedvaten (2)
Uitzonderingen! 
  • De longslagader
    is de enige slagader met zuurstofarm bloed
  • De longader is de enige ader met zuurstofrijk bloed

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk
Lezen Anatomie: Hoofdstuk 6.4.1 t/m 6.4.5.
Lezen Eigen spreekuur: Hoofdstuk 2
(2.6.3, 2.9.4 en 2.15 niet!) 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies