Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Unit 5 grammar breakthrough
Adjective: Een bijvoegelijk naamwoord is een woord dat iets zegt over het onderwerp.
Tall
Strange
Hot
Cold
Wet
1 / 25
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Engels
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
In deze les zitten
25 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
60 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Adjective: Een bijvoegelijk naamwoord is een woord dat iets zegt over het onderwerp.
Tall
Strange
Hot
Cold
Wet
Slide 1 - Tekstslide
Adjectives: She is very smart
A
very
B
smart
Slide 2 - Quizvraag
Adjectives: They are very tall
A
they
B
Tall
Slide 3 - Quizvraag
My cat and dog are so fat
A
so
B
Fat
Slide 4 - Quizvraag
Adjective: the weather is nice today.
A
today
B
nice
Slide 5 - Quizvraag
Adjective: he has a nice car.
A
car
B
nice
Slide 6 - Quizvraag
Articles (a, an, the)
1. Words that start with (a, e, i, o, u) we use an. An apple.
2. We use (the) when we talk about something that we already know. (Do you remember the movie we watched together last weekend? )
Slide 7 - Tekstslide
This is...... old building
A
a
B
an
Slide 8 - Quizvraag
Do you have ......... extra pen?
A
a
B
an
Slide 9 - Quizvraag
Bring ........ laptop to class.
A
a
B
an
Slide 10 - Quizvraag
........ restaurant we went to was so amazing.
A
The
B
A
Slide 11 - Quizvraag
Past Simple
Add (ed) to the verb:
Walk----walked
finish----finished
Slide 12 - Tekstslide
I ........... the exam.
A
passed
B
passd
Slide 13 - Quizvraag
What is the past simple of (jump)?
A
jumped
B
jumpet
Slide 14 - Quizvraag
Past simple of study
A
studyed
B
studied
Slide 15 - Quizvraag
Past simple of watch
A
watchd
B
watched
Slide 16 - Quizvraag
Past simple pf leave
A
left
B
leaved
Slide 17 - Quizvraag
Past simple of walk
A
walkt
B
walked
Slide 18 - Quizvraag
Slide 19 - Tekstslide
He........ (study)
A
is studying
B
are studying
Slide 20 - Quizvraag
They .........(go) to the cinema
A
are going
B
am going
Slide 21 - Quizvraag
The correct form of the present continuous:
A
(am, is, are) + verb(ing)
B
(am,is, are) + verb
Slide 22 - Quizvraag
We use present continuous to talk about things happened in the past
A
correct
B
incorrect
Slide 23 - Quizvraag
We use the present continuous to talk about what we are doing right now.
A
correct
B
incorrect
Slide 24 - Quizvraag
quizlet.com
Slide 25 - Link
Meer lessen zoals deze
week 6 present perfect continuous, past perfect continuous
Augustus 2022
- Les met
29 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
week 2: tense revision
Augustus 2022
- Les met
31 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
Revision 1-3 havo 4
Januari 2024
- Les met
41 slides
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Recap Present Perfect vs Past Simple + Modals
Juni 2022
- Les met
29 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
2VE Adjectives + Adverbs
Juni 2022
- Les met
19 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t, havo, vwo
Leerjaar 2
8 Grammar + test prep 3
December 2021
- Les met
33 slides
Engels
MBO
Studiejaar 1
O2 past simple + past continuous / adjective + adverbs
Mei 2021
- Les met
27 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
RECAP Of Course Unit 2
Mei 2020
- Les met
45 slides
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 4