Zahlwörter, Diminutiv, Dialoge

Noem voorbelden van het
diminutief in het Nederlands
1 / 10
volgende
Slide 1: Woordweb
NederlandsPrimary EducationAge 5

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Noem voorbelden van het
diminutief in het Nederlands

Slide 1 - Woordweb

Diminutiv
Werkboek p. 65 lezen

Slide 2 - Tekstslide

het bier
A
het bierje
B
het bierkje
C
het biertje

Slide 3 - Quizvraag

het ding
A
het dingje
B
het dinkje
C
het dingtje
D
het dingetje

Slide 4 - Quizvraag

De jongen
A
het jongetje
B
de jongetje
C
het jongtje
D
de jongtje

Slide 5 - Quizvraag

toe
A
toetetje
B
toetje

Slide 6 - Quizvraag

zacht
A
zachje
B
zachtje
C
zachtjes
D
zachtetjes

Slide 7 - Quizvraag

Wir machen ein Buddybook

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Aufgabe
Erstelle ein Buddybook
1. Verwendung und Bildung des Hilfverbs "Zullen"
2. Diminutiv (Verkleinerungswörter)


Slide 10 - Tekstslide