Beeldaspect Compositie / Ordening

Beeldaspect Compositie / Ordening
Beeldende vorming gt vmbo
syllabus centraal examen 2018
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
HandvaardigheidMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3,4

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Beeldaspect Compositie / Ordening
Beeldende vorming gt vmbo
syllabus centraal examen 2018

Slide 1 - Tekstslide

Compositie of Ordening

Slide 2 - Woordweb

Compositie
De manier waarop alle onderdelen in een kunstwerk geordend zijn (op een bepaalde plaats gezet zijn) wordt compositie of genoemd. Door de compositie kun je bepaalde dingen laten opvallen (aandachtspunten) of bijzondere effecten bereiken. In een compositie kun je ook ruimtewerking creëren. In een compositie spelen altijd één of meerdere van de andere beeldaspecten een rol, zoals vorm, kleur, lijn, licht enz. Andere woorden voor compositie zijn vlakverdeling of ordening.

Slide 3 - Tekstslide

Aandachtspunt
De plaats, vorm of voorwerp in de compositie van een kunstwerk waar je oog als eerste op valt.

Slide 4 - Tekstslide

Aanzicht
De kant waar je naar kijkt. Bijvoorbeeld in een technische tekening het vooraanzicht, zijaanzicht, achteraanzicht en bovenaanzicht. Of in een portret de voorkant van het gezicht (en face), de zijkant (en profil) of driekwart gedraaid (en trois quarts).

Slide 5 - Tekstslide

Afsnijding
Een gedeelte van de voorstelling valt buiten het kader (de rand) van de compositie en staat er dus niet op. De toeschouwer kan de voorstelling buiten het kader in gedachten voortzetten. Dit lijkt de voorstelling meer ruimtelijk te maken. Een ander effect is dat je als toeschouwer dichter bij het onderwerp wordt betrokken.

Slide 6 - Tekstslide

Symmetrisch/ Asymmetrisch
Als een compositie verdeeld kan worden in twee helften die precies of ongeveer elkaars spiegelbeeld zijn. Een compositie kan horizontaal en/of verticaal symmetrisch zijn. Symmetrie heeft een rustig effect. Het tegenovergestelde is ‘asymmetrisch’: dit heeft een onrustig effect.

Slide 7 - Tekstslide

Beeldrijm
Bepaalde vormen en/of kleuren worden op een andere plaats in de compositie herhaald (zie ook ‘herhaling’ en ‘ritme’).

Slide 8 - Tekstslide

Compositievormen
Je herkent een compositievorm (ook wel compositiegrondvorm of compositieschema) door te kijken naar de plaats van de belangrijkste vormen en de richting van de belangrijkste lijnen. Er zijn verschillende soorten compositievormen te benoemen:

Slide 9 - Tekstslide

Horizontale compositie
De richtingslijnen in de compositie lopen voornamelijk horizontaal (van links naar rechts, zoals in een landschap). Dit heeft een statisch of rustig effect.

Slide 10 - Tekstslide

Verticale compositie
De richtingslijnen in de compositie lopen voornamelijk verticaal (van boven naar beneden). Dit heeft een statisch of rustig effect.

Slide 11 - Tekstslide

Diagonale compositie
De richtingslijnen van de compositie lopen voornamelijk diagonaal (van linksonder naar rechtsboven of van rechtsonder naar linksboven). Dit heeft een dynamisch, druk en daardoor vaak dramatisch effect.

Slide 12 - Tekstslide

Centrale compositie
Alle onderdelen zijn rond het midden van de compositie geordend. De compositie is vaak (bijna) symmetrisch, wat een evenwichtig en rustig effect heeft.

Slide 13 - Tekstslide

Driehoek compositie
De belangrijkste onderdelen in de compositie vormen samen een driehoek. Deze driehoek hoeft niet symmetrisch te zijn.

Slide 14 - Tekstslide

Piramidale compositie
Alle belangrijke onderdelen in de compositie zijn gegroepeerd in een gelijkzijdige driehoek. De compositie maakt een rustige, stabiele indruk.

Slide 15 - Tekstslide

Overall compositie
Alle onderdelen zijn regelmatig over het hele beeldvlak verdeeld, zonder dat er sprake is van overlapping. Geen van de onderdelen krijgt extra nadruk, waardoor de compositie overzichtelijk is.

Slide 16 - Tekstslide

Dynamische compositie
Bewegelijke compositie, of de indruk gevend dat er beweging in zit. Dit heeft een druk effect. Het tegenovergestelde van ‘statisch’.

Slide 17 - Tekstslide

Evenwicht / harmonie
Alle onderdelen in de compositie van een kunstwerk, gebouw enz. zijn in evenwicht met elkaar. Het geheel wordt als rustig ervaren.

Slide 18 - Tekstslide

Herhaling
Dezelfde vormen die op een regelmatige manier en in een vaste lijn terugkomen in een compositie.

Slide 19 - Tekstslide

Lay-out, opmaak
De compositie van woord en beeld in grafisch drukwerk zoals een tijdschrift op een poster.

Slide 20 - Tekstslide

Opstelling
De ordening van vormen en voorwerpen in een ruimtelijke, driedimensionale compositie.

Slide 21 - Tekstslide

Richting
De kant waar bepaalde lijnen of voorwerpen in de compositie op wijzen.

Slide 22 - Tekstslide

Ritme, ritmisch
Herhaling in een compositie van gelijksoortige vormen, kleuren, lijnen etc. De herhaling kan in een vaste lijn, maar ook afwisselend in de compositie terugkomen

Slide 23 - Tekstslide

Statische compositie

Niet bewegend, onbeweeglijk, rustig.

Het tegenovergestelde van ‘dynamisch’.

Slide 24 - Tekstslide