H-2 hfst 2 Statistiek formatief

Formatief meetmoment

Wat weet je al (nog) WEL en wat Nog Niet?

van H4 Statistieken 
Klas 2
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Formatief meetmoment

Wat weet je al (nog) WEL en wat Nog Niet?

van H4 Statistieken 
Klas 2

Slide 1 - Tekstslide

Ik voel me vandaag....
Blij
Moe
Prima
Verdrietig
Boos

Slide 2 - Poll

Anita gaat elke dag met de bus van bovenveld naar Duinstad.
Op een ochtend telt Anita het aantal mensen dat per plaats instapt.
Hoeveel % van de mensen is in Kerkstad ingestapt?
A
21%
B
42%

Slide 3 - Quizvraag

Een e-reader kost volgens de catalogus €109,90.
Omdat het een ouder model is ,
krijgt José €20,- korting.
Hoeveel procent korting krijgt José?
A
18 procent
B
19 procent
C
20 procent
D
81 procent

Slide 4 - Quizvraag

Beelddiagram.
Hoeveel posters zijn er op vrijdag verkocht?
A
7
B
70
C
360
D
252

Slide 5 - Quizvraag


In het beelddiagram zie je het aantal inwoners van 4 metropolen. 
Welke metropool heeft het grootste aantal inwoners?
A
Istanboel
B
Madrid
C
Amsterdam
D
Parijs

Slide 6 - Quizvraag

Hoeveel sectoren
heeft dit cirkeldiagram?
A
1 sector
B
2 sectoren
C
3 sectoren
D
4 sectoren

Slide 7 - Quizvraag

Hoeveel procent
moet er bij kokos staan?

A
51,5%
B
180%
C
48,5%
D
50%

Slide 8 - Quizvraag

Wat is de frequentie van 51 kg.

Slide 9 - Open vraag

6 8 10 12
Wat is het gemiddelde?

Slide 10 - Open vraag


A
1,8 punten
B
1,75 punten
C
1,85 punten

Slide 11 - Quizvraag

1 2 3 3 4 5 5 5 6
Wat is de modus?
A
3
B
4
C
5

Slide 12 - Quizvraag

1 2 3 3 4 5 5 5 6
Wat is de mediaan?
A
3
B
4
C
5

Slide 13 - Quizvraag

Wat is de modus?

Slide 14 - Open vraag

Er waren 20 deelnemers bij de 400 meter hardlopen.
De tijden van deze deelnemers waren
53, 58, 59, 62, 63, 64, 64, 64, 64, 65,
66, 67, 69, 69, 70, 71, 72, 73, 75 en 81 seconden
Welke tijd is de modus?
A
64 seconden
B
65 seconden
C
65,5 seconden
D
66 seconden

Slide 15 - Quizvraag

Wat is de mediaan?

Slide 16 - Open vraag

20 mensen hebben meegedaan met 400 meter hardlopen.
De tijden van deze deelnemers waren
53, 58, 59, 62, 63, 64, 64, 64, 64, 65,
66, 67, 69, 69, 70, 71, 72, 73, 75 en 81 seconden
Welke tijd is de mediaan van deze tijden?
A
64 seconden
B
65 seconden
C
65,5 seconden
D
66 seconden

Slide 17 - Quizvraag

Hoe noem je het diagram hiernaast?
A
tabel
B
beelddiagram
C
staafdiagram
D
frequentietabel

Slide 18 - Quizvraag


Hieronder zie je de tabel bij het beelddiagram. Wat moet er bij donderdag en vrijdag staan?
A
donderdag 100 en vrijdag 70
B
donderdag 110 en vrijdag 70
C
donderdag 110 en vrijdag 80
D
donderdag 100 en vrijdag 80

Slide 19 - Quizvraag

Beelddiagram
Lijndiagram
Staafdiagram

Slide 20 - Sleepvraag

Hoe noem je het diagram hiernaast?
A
tabel
B
beelddiagram
C
staafdiagram
D
frequentietabel

Slide 21 - Quizvraag

Een medewerker van de bioscoop heeft bijgehouden hoeveel kaartjes er per genre wordt verkocht.
Van welk genre verkoopt hij de meeste kaartjes?
A
Mystery
B
Adventure
C
Cartoon
D
Comedy

Slide 22 - Quizvraag

Op welke leeftijd krijgen de kinderen hetzelfde bedrag zakgeld?
A
6 en 7 jaar.
B
9 en 10 jaar.
C
A en D zijn goed.
D
8 en 9 jaar.

Slide 23 - Quizvraag


Om nog beter te worden als docent wiskunde wil ik aan jullie vragen of jullie een tip en een top voor mij willen opschrijven in de volgende dia. 
Een tip is iets waar ik beter in moet worden 
Een top is iets wat ik al goed doe en moet blijven doen.
 
timer
3:00

Slide 24 - Open vraag

Leer voor je toets:
Maak Gemengde Opgaven
Maak Diagnostische toets
Maak Herhaling
Kijk je werk vooral na!!
Let op: Alle berekeningen opschrijven

Slide 25 - Tekstslide