3.1 - week 16 - Uitleg presentatie

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

ZRGVEPL419AK

PERIODE 4

Leerdoelen

- Je weet waar je presentatie over moet gaan.

- Je weet hoe je je moet voorbereiden op je                         presentatie.

- Je weet hoe je een presentatie opbouwt.

Presenteren.... kun je leren!

Wat is de bedoeling?

• Het doel van de presentatie is informeren.
• Je geeft de presentatie m.b.v. een PowerPoint.
• Naderhand schrijf je een STARR-verslag die je als bewijsstuk voor het examenonderdeel 'deskundigheidbevordering' kunt aanvoeren.

Waar moet een goede presentatie aan voldoen?

Wat zijn de precondities? 

• Nederlands gesproken
  
• Verstaanbaar
• 4 - 6 minuten

Beoordelingscriteria

• Samenhang
• Afstemming op doel
• Afstemming op publiek
• Woordenschat en woordgebruik
• Verstaanbaarheid en grammaticale beheersing 

Hoe bereid je je voor?

- Planning

- Informatie verzamelen

- Opbouw

- Hulpmiddelen

- Steekwoorden 

- Oefenen

 

Waar bestaat de opbouw van een presentatie uit?

De opbouw van een presentatie

De inleiding

• Stel jezelf voor.
  
• Vertel waar je presentatie over gaat.
• Vertel welke onderwerpen je gaat behandelen.

• Maak duidelijk wanneer het publiek vragen kan stellen.

Het middenstuk

• Behandel de deelonderwerpen in een logische volgorde.
• Zorg voor duidelijke informatie.

• Gebruik signaalwoorden zoals eerst, daarna en vervolgens, ten eerste, ten tweede, ten derde, tot slot.
  
  

Slot

• Geef een korte samenvatting.
• Vraag of er nog vragen zijn.
  
• Bedank het publiek voor de aandacht.

Inhoud van je PowerPoint

1. Start (naam en onderwerp)

2. Inhoudsopgave

3. Deelonderwerp 1

4. Deelonderwerp 2

5. Deelonderwerp 3

6. Samenvatting

7. Einde (zijn er nog vragen?)

Aantrekkelijk presenteren 

1. Ga rechtop staan
(zorgt voor meer focus, beter ademhaling en dus vollere stem)

2. Zoek de interactie op

3. Laat je gezicht en bovenlijf zien

4. Wees voorbereid; inhoudelijk en technisch

5. Vertel een anekdote

Aantrekkelijk presenteren 

In tweetallen bespreken.

- Wie vind jij een voorbeeld van een goede spreker? 

- Waarom luister je graag naar die persoon?

Benoem 2 redenen waarom jij dat vindt.

OVERZICHT

WEEK 19: beoordelingscriteria & oefenen

WEEK 20: Christina, Daan, Kira, Mylene, Kowsar

WEEK 21: Hemelvaart

WEEK 22: Deesie, Gina, Sharihaan, Serena, Isha, 

WEEK 23: Robyn, Sanne, Jehona, Annemijn, Tabarak

WEEK 24: Serona, Muriël, Ruby

WEEK 25: Herkansingen / inhalen toetsen

Onderwerpen

Serena: diabetes

Isha: Parkinson

Tabarak: apotheek

Christina: ALS

Gina: dementie

Onderwerpen

Deesie: syndroom van Down

Kira: epilepsie 

Daan: Parkinson

Robyn: laborante

Jessy: Lewy-Body

Onderwerpen

Sanne: beveiliger

Annemijn: schoonheidsspecialiste

Jehona: ICT

Florien: psychose

Mylene: maagzuur

Onderwerpen

Sharihaan: autisme

Kowsar: astma

Huiswerk

- Voor 1 juni moet alles online van Studiemeter klaar zijn (zie schema).

- Maak een begin met je presentatie