toetsweek

• LOB
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 4

De surveillant begint halverwege de toets zijn boterham uit een papieren zakje te halen en een lekkere sappige appel weg te kauwen.

1. Da's pech voor mij, hopelijk geniet hij er tenminste wel van
2. Ik steek mijn vinger op en leg uit dat ik last heb van het geluid
3. ik wacht tot een klasgenoot er wat van zegt
4. ik klaag achteraf bij mijn docent

Volgens mij staat er een fout in de toets: ik mis gegevens om de vraag goed te beantwoorden.

1. Overslaan en opschrijven dat de vraag niet klopt
2. bewaren en aan het eind probeer ik er toch wat van te maken
3. ik vraag de surveillant en leg uit dat het niet klopt

Je toets start om 09:45.
Je komt 09:44 het lokaal binnen.

1. netjes, geen probleem
2. niet zo handig voor mezelf
3. niet zo handig voor mezelf en de rest

De toets start om 09:45. Ik blijft tot het laatste moment met mijn boek op tafel hardop over de stof praten. De surveillant moet mij erop wijzen dat ik op moet ruimen.

1. leuk voor wie naast je zit (niet dus...)
2. prima, is normaal
3. vervelend voor de hele klas

De surveillant is tien volledige minuten bezig met een uitleg en de namen van leerlingen opnoemen.

1. ik steek mijn vinger op en leg het probleem uit
2. balen, achteraf ga ik naar de gangsurveillant
3. ik zeg niets. Als ik achteraf tijd tekort kom begin ik er wel over.

Een leerling is na twintig minuten klaar en begint een beetje om zich heen te kijken en te seinen naar anderen in het lokaal.

1. leuk, gezellig
2. irritant en afleidend
3. moet hij weten
4. irritant, de surveillant is hiervoor verantwoordelijk

Ik ben na 20 minuten klaar. Het eerste dat ik doe is...

1. pak een boek voor een ander vak
2. ga een beetje om mij heen zitten kijken.
3. ehm, alle vragen gemaakt?
4. Ik ga al mijn antwoorden CONTROLEREN

De toetsweek is achter de rug. Bij het nakijken blijkt de docent mijn werk niet kon lezen. Ik heb daarom geen punten bij de vraag gekregen!

1. Da's pech, punten weg!
2. Ik heb recht om het antwoord bij de bespreking voor te lezen en dan heb ik recht op de punten (als het goed is)

Toetsinzage: mijn antwoord is fout gerekend terwijl ik het toch ook wel goed vond.

1. Ik let heel goed op bij de inzage. Is er niets dat je mist? Dan kan ik het bij de docent aangeven.
2. Als ik mijn gelijk niet krijg ga ik teleurgesteld en boos weg
3. ik heb recht op de punten want ik vind het goed

Ik heb alle tijd gebruikt en ik zie dat niet alleen ik, maar ook de klasgenoten, nog allemaal bezig zijn.

1. De surveillant kan dan extra tijd regelen
2. noteer op de toets en laat het je docent weten
3. Als ik een onvoldoende heb ga ik klagen