Auxillary Verbs

Auxillary Verbs
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 10 min

Onderdelen in deze les

Auxillary Verbs

Slide 1 - Tekstslide

Auxiliary verbs
Een auxiliary verb is een hulpwerkwoord. Er bestaan verschillende soorten auxiliary verbs in de Engelse taal, waaronder de hulpwerkwoorden to be, to do en to have. Deze werkwoorden kunnen ook het hoofdwerkwoord in een zin zijn. Als je ze als hoofdwerkwoord gebruikt, heb je géén ander werkwoord nodig. Als je ze als hulpwerkwoord gebruikt, moet er nog een hoofdwerkwoord bij.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Auxiliary verbs
  • Can
  • Must
  • May
  • Will
  • Shall

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Met auxiliary verb 
Zonder auxiliary verb 
I sing 
I have listened
It's going to rain
She is singing
It will get better
I can swim
We won
They were watching

Slide 7 - Sleepvraag

Auxiliary verbs - fill in the blank
You ... go if you don't want to.
A
don't have to
B
should
C
must
D
doesn't have to

Slide 8 - Quizvraag

Auxiliary verbs - fill in the blank
I ... wash the dishes after dinner. My mother told me so.
A
must
B
have to
C
mustn't
D
should

Slide 9 - Quizvraag

Auxiliary verbs:
You ___________ (niet mogen) drive a car without a licence.

Slide 10 - Open vraag

Auxiliary verbs:
I broke my ankle, so I ___________ (niet kunnen) walk anymore.

Slide 11 - Open vraag

Auxiliary verbs:
___________ (mogen) I have a cup of coffee, please?

Slide 12 - Open vraag

Auxiliary verbs:
You ___________ (zou moeten) not be mean to your peers.

Slide 13 - Open vraag

Auxiliary verbs:
We ___________ (moeten) get off the train here.

Slide 14 - Open vraag

On a scale of 1 - 5, how well did the auxiliary verbs go?
15

Slide 15 - Poll