In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Natuurkunde H8
8.1 Eigenschappen van straling
8.2 Radioactiviteit
8.3 Straling gebruiken
8.4 Bescherming tegen straling
Slide 1 - Tekstslide
Planning
- Online boek code 182504 of handboek nodig!
- Binas nodig
- Herhaling H8
- Test jezelf maken
Slide 2 - Tekstslide
Na deze les
- weet ik het verschil tussen straling van binnenuit en straling van buitenaf tijdens een medische behandeling
- kan ik 3 maatregelen opnoemen om jezelf te beschermen tegen straling
Slide 3 - Tekstslide
Isotopen
Bijvoorbeeld Koolstof
Koolstof heeft meestal 6 protonen en 6 neutronen
Maar er bestaat ook koolstof met 6 protonen en 8 neutronen
Binas tabel 32
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Radioactief
Een radioactief isotoop heeft atoomkernen die instabiel zijn. Daarmee wordt bedoeld dat deze kernen spontaan veranderen. Daarbij wordt straling uitgezonden.
Slide 6 - Tekstslide
Dit wordt gemeten met een geigenteller.
Slide 7 - Tekstslide
Ioniserende straling
Straling die moleculen kapot maakt.
- deeltjesstraling (alfa- en bètastraling)
- elektromagnetische straling (gammastraling en Röntgenstraling)
Slide 8 - Tekstslide
Halfwaardetijd - Halveringstijd
Instabiele atoomkernen raken energie (activiteit) kwijt naarmate de tijd verstrekt.
De halveringstijd geeft aan hoe lang het duurt voordat de activiteit van een instabiel atoom gehalveerd is.
Slide 9 - Tekstslide
Halfwaardetijd
Slide 10 - Tekstslide
H8.3 Straling gebruiken
- alfastraling
- bètastraling
- gammastraling
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Onderzoek gammastraling
blz. 155t/m157
Tracer wordt radioactief gemaakt door er atomen 'in te bouwen' van een isotoop die gammastraling uitzendt.
Orgaan neemt stof op en straalt energie uit. Dit wordt op computer geregistreerd.
Dit is bestraling van binnenuit
Slide 13 - Tekstslide
Bestraling van buitenaf
Ioniserende straling gebruikt om kankercellen te bestralen en kapot te maken.
Gammastraling -> moet heel nauwkeurig.
Patiënt is na behandeling niet meer radioactief
Slide 14 - Tekstslide
Van welk soort straling wordt bij medisch onderzoek vaak gebruik gemaakt?
A
alfastraling
B
bètastraling
C
gammastraling
D
zonnestralen
Slide 15 - Quizvraag
Neemt een orgaan in verhouding veel of weinig straling op?
A
veel
B
weinig
C
niks
D
alles
Slide 16 - Quizvraag
Is een patiënt na bestraling van buitenaf nog radioactief?
A
Ja
B
Nee
C
Dat kan je niet weten
Slide 17 - Quizvraag
Hoe worden lichaamsdelen die niet bestraald mogen worden beschermd?
A
met een doek
B
met gips
C
met lood
D
met ijzer
Slide 18 - Quizvraag
Worden tijdens bestraling van binnenuit isotopen met een lange of korte halveringstijd gebruikt?
A
Lang
B
Kort
C
Helemaal niet
D
Dat maakt niet uit
Slide 19 - Quizvraag
H8.4 Bescherming tegen straling
Gammastraling is het meest schadelijk bij bestraling van buitenaf.
Slide 20 - Tekstslide
3 maatregelen
1. tijd
2. afstand
3. afschermingsmateriaal
Slide 21 - Tekstslide
Weektaak
Test jezelf H8
Zorg dat je opdrachten voor H4 en H7 ook hebt gemaakt en geleerd.