Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
HAVO 4 Of Course unit 4 lesson 4 (b) Grammar and Listening
HAVO 4 - Unit 4 lesson 4 (B)
1 / 39
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
In deze les zitten
39 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
2 videos
.
Lesduur is:
45 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
HAVO 4 - Unit 4 lesson 4 (B)
Slide 1 - Tekstslide
Today
Class work
Grammar: relative pronouns
Grammar: genitive
Individually
Grammar
Listening
Slide 2 - Tekstslide
Leerdoelen
Ik ken de regels van de
relative pronouns
en kan deze toepassen.
Ik ken de regels van de
genititive
en kan deze toepassen.
Ik kan gerichte vragen beantwoorden na het luisteren van een videofragment.
Slide 3 - Tekstslide
Relative pronouns
Betrekkelijk voornaamwoord: who, whom, whose, which, that, where
Heeft betrekking op het zelfstandig naamwoord of zinsdeel ervoor.
Slide 4 - Tekstslide
Relative pronouns
bij personen: who / that
The boy,
who
you were talking to, is my brother.
I really like the man
that
just walked in here.
Na een komma gebruik je altijd 'who'.
Slide 5 - Tekstslide
Relative pronouns
bij dingen en dieren: which / that
They brought home a dog,
which
is my favourite animal.
Did you enjoy the book
that
I gave you last Christmas?
Na een komma gebruik je altijd 'which'.
Slide 6 - Tekstslide
Relative pronouns
bij bezit: whose
The car,
whose
tyres were flat, had to go to the garage.
She is the woman
whose
husband is on vacation.
Slide 7 - Tekstslide
Relative pronouns
bij plaatsen: where
That is the holiday resort
where
we went on vacation last year.
I enjoyed visiting my grandparents',
where
I met my boyfriend.
Slide 8 - Tekstslide
Relative pronouns
Na een voorzetsel gebruik je 'whom' ipv 'who/that'.
That is the boy
who/that
I was talking to.
That is the boy to
whom
I was talking.
Slide 9 - Tekstslide
I talked to the girl ... car had broken down in front of the shop
A
which
B
that
C
who
D
whose
Slide 10 - Quizvraag
Mr Richards, ... is a taxi driver, lives on the corner.
A
which
B
that
C
who
D
whose
Slide 11 - Quizvraag
I live in a house in Norwich, ... is in East Anglia.
A
which
B
that
C
who
D
whose
Slide 12 - Quizvraag
This is the girl ... comes from Spain.
A
which
B
that
C
who
D
whose
Slide 13 - Quizvraag
That's Peter, the boy ... has just arrived at the airport.
A
which
B
that
C
who
D
whose
Slide 14 - Quizvraag
I haven't seen Frank, ... brother is five, for a long time now.
A
which
B
that
C
who
D
whose
Slide 15 - Quizvraag
She likes hamburgers ... are hot.
A
which
B
that
C
who
D
whose
Slide 16 - Quizvraag
Yesterday I saw a car ... was really old.
A
which
B
that
C
who
D
whose
Slide 17 - Quizvraag
Slide 18 - Video
https:
Slide 19 - Link
Genitive
Bezit: 's / ' / of
Bij personen, namen, tijd en plaats: 's / '
Bij zaken, hoeveelheden en aardrijkskundige namen: of
Slide 20 - Tekstslide
Genitive
Bij personen en namen: 's / '
enkelvoud
:
John's car.
My father's phone.
James's book.
Meervoud
:
My parents' bikes
The boys' parents.
Slide 21 - Tekstslide
Genitive
Bij tijd: 's / '
an hour's walk from here
a three hours' drive
Slide 22 - Tekstslide
Genitive
Bij plaats: 's / ' (je noemt de naam van het gebouw niet)
I left that book at my friend's (house).
I bought this cake at the baker's (shop).
Slide 23 - Tekstslide
Genitive
Bij zaken, hoeveelheden en aardrijkskundige namen: of
the cover of the book
the leg of the table
a cup of coffee
three litres of milk
the city of New York
Slide 24 - Tekstslide
een glas melk
Slide 25 - Open vraag
de fiets van mijn vriend
Slide 26 - Open vraag
het raam van de kamer
Slide 27 - Open vraag
de auto van Mr Smith
Slide 28 - Open vraag
een wandeling van tien minuten
Slide 29 - Open vraag
het kantoor van de leraar
Slide 30 - Open vraag
het nummer van het huis
Slide 31 - Open vraag
werk van twee dagen
Slide 32 - Open vraag
het boek van James
Slide 33 - Open vraag
het huis van mijn ouders
Slide 34 - Open vraag
Slide 35 - Video
https:
Slide 36 - Link
What to do?
Lesson 4.4 (online):
- Grammar: exercise 9 - 11
- Listening: exercise 12 - 17
Slide 37 - Tekstslide
When finished
Copy study box lesson 4.5 Du-En, hand in picture via Magister.me
Study study box lesson 4.5 Du-En (via Quizlet)
Slide 38 - Tekstslide
End of the class
Next class: lesson 4.5 reading and vocabulary
Homework: finish exercise 9 - 17, copy the words
Slide 39 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
HAVO 4 Of Course unit 4 lesson 4 (b) Grammar KBO
Mei 2022
- Les met
17 slides
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
H4C and E - week 22 - lesson 2 - prefixes, relative pronouns, the genitive
Maart 2023
- Les met
12 slides
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
H4 E - week 22 - lesson 2 - relative pronouns, the genitive
Juni 2021
- Les met
14 slides
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Week 9 - Les 2
November 2022
- Les met
18 slides
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
4H OC unit 4.4 relative pronoun
Maart 2021
- Les met
20 slides
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
les 7(thema: England: the North West) WRITING
September 2024
- Les met
21 slides
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Week 2 - Les 1
November 2022
- Les met
32 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Relative pronouns
November 2023
- Les met
30 slides
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 3