à/de plus lidwoord deel 2

Bonjour classe m2
Je vous souhaite la bienvenue
1 / 53
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 53 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Bonjour classe m2
Je vous souhaite la bienvenue

Slide 1 - Tekstslide

Buts
- ik kan de voorzetsels à en de + lidwoord  in zinnen gebruiken

- ik kan vertellen wat ik doe op een dag en gebruik daarbij à/de + lidwoord 

Slide 2 - Tekstslide

Programme
- Actualités
- révision grammaire
- terminer le chapitre 2 
PRENDS TON LIVRE ET TON ORDINATEUR
                              et




Slide 3 - Tekstslide

actualité: 2 décembre 
La journée internationale de l'abolition de l'esclavage

Slide 4 - Tekstslide

C’est quoi, l’abolition de l’esclavage ?
Pendant des millénaires, des hommes, des femmes, des enfants ont été privés de liberté et ont appartenu à des maîtres qui en faisaient ce qu’ils voulaient. Les Égyptiens, par exemple, ont fait construire leurs pyramides par une foule d’esclaves*. Et pendant plus de 400 ans, avec la traite des Noirs, des Africains ont notamment été capturés, vendus puis forcés à travailler.

Slide 5 - Tekstslide

questions vidéo:
* Wat wordt bedoeld met "C’est quoi, l’abolition de l’esclavage" en waarom is het belangrijk?
* Welke historische voorbeelden worden genoemd waarin mensen tot slaaf zijn gemaakt en hoe werden ze behandeld?
* Hoe lang heeft de slavenhandel plaatsgevonden en welke groepen mensen waren met name slachtoffer van deze praktijk?

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Link

questions: vidéo
* Wat wordt bedoeld met "C’est quoi, l’abolition de l’esclavage" en waarom is het belangrijk?
* Welke historische voorbeelden worden genoemd waarin mensen tot slaaf zijn gemaakt en hoe werden ze behandeld?
* Hoe lang heeft de slavenhandel plaatsgevonden en welke groepen mensen waren met name slachtoffer van deze praktijk?

Slide 8 - Tekstslide

Devoirs


apprendre: grammaire D (pages 68, 69, = groene blokken + aantekeningen







Slide 9 - Tekstslide

Buts (leerdoelen)
-Je kunt de voorzetsels à / de + lidwoord gebruiken (herhaling)

Slide 10 - Tekstslide

à+lidwoord
de+ lidwoord
van de / het
op de / het
naar de / het
bij de / het
in de / het

Slide 11 - Sleepvraag

À + le / la
Dit gebruik je voor "in, naar, op, bij..."

Slide 12 - Tekstslide

À + bepaald lidwoord herhaling
Dit gebruik je voor "in, naar, op, bij..."

à + le = ..    ->  Je vais .. concert (M) = ik ga naar het concert  
à + les = .. -> J'ai été .. concerts (M) = ik ben naar de concerten geweest
 

Slide 13 - Tekstslide

À + bepaald lidwoord herhaling
Dit gebruik je voor "in, naar, op, bij..."

à + le = au    ->  Je vais au concert (M) = ik ga naar het concert  
à + les = .. -> J'ai été .. concerts (M) = ik ben naar de concerten geweest
 

Slide 14 - Tekstslide

À + bepaald lidwoord herhaling
Dit gebruik je voor "in, naar, op, bij..."

à + le = au    ->  Je vais au concert (M) = ik ga naar het concert  
à + les = aux -> J'ai été aux concerts (M) = ik ben naar de concerten geweest
 

Slide 15 - Tekstslide

À + bepaald lidwoord herhaling
Dit gebruik je voor "in, naar, op, bij..."
 
à + la = .... -> J'ai achteté .. caisse (v)  = ik heb aan de kassa gekocht
à + l' = à l'.... -> J'ai une fête ... école = ik heb een feest op school
(bij een woord dat begint op een klinker)

Slide 16 - Tekstslide

À + bepaald lidwoord herhaling
Dit gebruik je voor "in, naar, op, bij..."
 
à + la = à la.. -> J'ai acheté les tickets à la caisse (v)  = ik heb aan de kassa gekocht
à + l' = à l'.... -> J'ai eu une fête a l'école = ik heb een feest op school (bij een woord dat begint op een klinker)

Slide 17 - Tekstslide

ik kan weet hoe ik à + lidwoord kan gebruiken in zinnen en kan zelfstandig aan het werk.
ja dat kan
ik wil nog wat uitleg/oefenen voordat ik zelf aan het werk ga

Slide 18 - Poll

zelfstandig aan het werk!
 page 70-71 ex. 17 


Slide 19 - Tekstslide

zelfstandig aan het werk!

Slide 20 - Tekstslide

zelfstandig aan het werk!
Klaar?
en ligne:
- H grammaire afronden (ww -ir)
- réviser: vocabulaire A B E F

Slide 21 - Tekstslide

Tu as participé .. tournoi (m) de tennis?
A
à la
B
à les
C
au
D
aux

Slide 22 - Quizvraag

Je suis ... maison (V)
A
à la
B
à l'
C
au
D
aux

Slide 23 - Quizvraag

Vous êtes allés ...
restaurants (m)?
A
a la
B
a l'
C
au
D
aux

Slide 24 - Quizvraag

de + bepaald lidwoord
Betekenis = van de / van het 

Slide 25 - Tekstslide

de + bepaald lidwoord = van de/van het
de + le = ..
Le nouveau cours .. prof = De nieuwe film van de docent

Slide 26 - Tekstslide

de + bepaald lidwoord = van de/van het
de + le = du 
Le nouveau cours du prof = De nieuwe film van de docent

Slide 27 - Tekstslide

de + bepaald lidwoord = van de/van het
de + la = ...

C'est la guitare .. chanteuse (V) = het is de gitaar van de zangeres

Slide 28 - Tekstslide

de + bepaald lidwoord = van de/van het
de + la = de la

C'est la guitare de la chanteuse (V) = het is de gitaar van de zangeres

Slide 29 - Tekstslide

de + bepaald lidwoord = van de/van het
de + l' = .....

Il est le pilote ..... avion = Hij is de piloot van het vliegtuig

Slide 30 - Tekstslide

de + bepaald lidwoord = van de/van het
de + l' = de l'....

Il est le pilote de l'avion = Hij is de piloot van het vliegtuig

Slide 31 - Tekstslide

de + bepaald lidwoord = van de/van het
de + les = ... 

Les films ... acteurs = de films van de acteurs

Slide 32 - Tekstslide

de + bepaald lidwoord = van de/van het
de + les = des 

Les films des acteurs = de films van de acteurs

Slide 33 - Tekstslide

Quel est le résultat .... match de foot?
A
du
B
de la
C
de l'
D
des

Slide 34 - Quizvraag

Tu as vu le lapin ... voisins (m)?
A
du
B
de la
C
de l'
D
des

Slide 35 - Quizvraag

J'ai l'adresse ... restaurant français à Hilversum.
A
du
B
de la
C
de l'
D
des

Slide 36 - Quizvraag

Il a pris des photos .. fête (V)?
A
du
B
de la
C
des
D
des

Slide 37 - Quizvraag

zelfstandig aan het werk!
 page 70-71 ex. 17 


Slide 38 - Tekstslide

zelfstandig aan het werk!

Slide 39 - Tekstslide

ik kan weet hoe ik à / de + lidwoord kan gebruiken in zinnen en kan vertellen wat ik op een dag doe
ja dat kan
ik denk dat ik het kan, maar wil nog uitleg over een onderdeel
nee ik kan dat niet

Slide 40 - Poll

Remplis: combinaison à/de + lidwoord
C'est la robe ......... fille

Slide 41 - Open vraag

Remplis: combinaison à/de + lidwoord
On est ......... école

Slide 42 - Open vraag

Remplis: combinaison à/de + lidwoord
Il va ......... matchs

Slide 43 - Open vraag

Remplis: combinaison à/de + lidwoord
Je suis ....... club de foot

Slide 44 - Open vraag

Remplis: combinaison à/de + lidwoord
C'est le chien .......voisins

Slide 45 - Open vraag

Remplis: combinaison à/de + lidwoord
C'est le jeu ....... enfant

Slide 46 - Open vraag

à faire

apprendre:
pour mardi 5 décembre
vocabulaire A, B, E, F
grammaire D, H
phrases C, G

Slide 47 - Tekstslide

Slide 48 - Video

retour réflexif
Vraag aan je vriendin wat zij gaat doen in het weekend?

Wat antwoordt zij?
(verwerk aller en faire i/h antwoord)

Slide 49 - Tekstslide

Vraag aan je vriendin wat ze gaat doet dit weekend
Wat antwoordt zij? gebruik een vorm van aller en faire

Slide 50 - Open vraag

Slide 51 - Tekstslide

Slide 52 - Tekstslide

Slide 53 - Tekstslide