2T 6.2 Spiegelbeelden

6.2 - Spiegelbeelden
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 2

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

6.2 - Spiegelbeelden

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen van paragraaf 6.2
  • Je kunt uitleggen dat een spiegelbeeld op één belangrijk punt verschilt van de wereld voor de spiegel. 
  • Je kunt de spiegelwet uitleggen met behulp van een tekening. 
  • Je kunt schematisch tekenen hoe een lichtstraal door een spiegel teruggekaatst wordt. 
  • Je kunt met de spiegelwet verklaren hoe spiegelbeelden ontstaan.

Slide 2 - Tekstslide

Introductie
Als zonlicht op een vel wit papier of op een spiegel valt, wordt het teruggekaatst. Bij het vel papier is die terugkaatsing diffuus: het weerkaatste zonlicht beweegt alle kanten op. Bij een spiegel wordt het licht juist heel gericht – spiegelend – teruggekaatst.

Slide 3 - Tekstslide

Spiegelbeelden bekijken
In een spiegel zie je een levensecht beeld van je eigen wereld. Het spiegelbeeld heeft zelfs diepte: het lijkt echt achter de spiegel te liggen. Kijk maar eens naar je hand, als je een spiegel vasthoudt, en dan naar het beeld van je gezicht. Je voelt dat je ogen zich steeds anders moeten instellen. Het spiegelbeeld is verder weg dan je hand. 
 De spiegelwereld verschilt op één belangrijk punt van de wereld voor de spiegel. Dat merk je meteen als je tekst bekijkt via een spiegel. Je ziet de tekst dan in spiegelschrift 

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Spiegelschrift ziet er gewoon uit als je het via een (achteruitkijk)spiegel bekijkt.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

De spiegelwet
In figuur zie je hoe een vlakke spiegel een smalle lichtbundel terugkaatst. Je kunt zo’n lichtbundel tekenen als één lichtstraal. 
 Op de plaats waar de lichtstraal de spiegel raakt, is een lijn getekend die loodrecht op de spiegel staat: de normaal. De hoek tussen de invallende lichtstraal en de normaal heet de hoek van inval (∠ i). De hoek tussen de teruggekaatste lichtstraal en de normaal heet de hoek van terugkaatsing (∠ t). 
 
Bij terugkaatsing door een vlakke spiegel geldt altijd: 
 hoek van inval = hoek van terugkaatsing 
 Deze regel wordt de spiegelwet genoemd.

Slide 8 - Tekstslide

De spiegelwet: ∠ i =∠ t

Slide 9 - Tekstslide

De teruggekaatste lichtstraal tekenen 
 
 

Met de spiegelwet kun je tekenen hoe een lichtstraal door de spiegel teruggekaatst wordt.  
1 Leg je geodriehoek neer zoals in de tekening 
2 Teken de normaal. De normaal staat altijd loodrecht op het vlak van inval (de spiegel).  
3 Lees de hoek van inval af.  
4 Leg je geodriehoek nu langs de andere kant van de normaal.  
5 Zet de hoek van terugkaatsing uit.  
6 Teken de teruggekaatste lichtstraal.

Slide 10 - Tekstslide

Zo kun je tekenen hoe een lichtstraal teruggekaatst wordt.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Spiegelbeelden en de spiegelwet
Met de spiegelwet kun je ook verklaren hoe spiegelbeelden ontstaan. Als je een brandende kaars voor een spiegel zet, valt er licht op de spiegel. Dit licht wordt door de spiegel teruggekaatst volgens de spiegelwet. Maar voor iemand die in de spiegel kijkt, lijkt het licht van achter de spiegel te komen.

Slide 13 - Tekstslide

Het spiegelbeeld van de kaars lijkt achter de spiegel te staan.
Het spiegelbeeld van de kaars lijkt achter de spiegel te staan.

Slide 14 - Tekstslide

Een virtueel beeld
Doordat het licht van achter de spiegel lijkt te komen, zie je in de spiegel een tweede kaars. Uiteraard bevindt er zich in werkelijkheid geen kaars in de spiegel. Het beeld van de kaars is een virtueel beeld. De tweede kaars bestaat alleen in onze gedachten.

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Proef 2 blz 106 en 107 
timer
15:00

Slide 17 - Tekstslide

Is de bewering juist of onjuist?
Bashar zegt: "Als zonlicht op een spiegel valt, wordt het licht in één richting teruggekaatst.

A
juist
B
onjuist

Slide 18 - Quizvraag

In de afbeelding zie je hoe een spiegel een lichtstraal gericht terugkaatst.
Welke hoek is de hoek van inval?
A
hoek A
B
hoek B
C
hoek C
D
hoek D

Slide 19 - Quizvraag

Een lichtstraal wordt door een spiegel teruggekaatst. De hoek tussen de teruggekaatste lichtstraal en de normaalspiegel bedraagt 20 graden.
Hoe groot is de hoek van inval?
De hoek van inval is...………………. graden. Vul alleen een getal in.

Slide 20 - Open vraag

In de afbeelding zie je hoe een spiegel een lichtstraal gericht terugkaatst.
Welke hoek is de hoek van terugkaatsing?
A
hoek A
B
hoek B
C
hoek C
D
hoek D

Slide 21 - Quizvraag

Met de spiegelwet kun je tekenen hoe een lichtstraal door de spiegel teruggekaatst wordt.
Kruis aan welke voorwerpen je beslist nodig hebt om een teruggekaatste lichtstraal te tekenen.
A
geodriehoek
B
gum
C
liniaal
D
potlood

Slide 22 - Quizvraag

Op een spiegel valt een lichtbundel uit een zaklantaarn. De lichtstralen die de lichtbundel begrenzen, zijn getekend.
Bij welke lichtstraal is de hoek van terugkaatsing het kleinst?
A
de linke lichtstraal
B
de rechte lichtstraal
C
bij beide lichtstralen is de hoek van terugkaatsing even groot

Slide 23 - Quizvraag

Zijn de beweringen juist of onjuist?
Neve zegt: "In een spiegel zie je diepte."
A
juist
B
onjuist

Slide 24 - Quizvraag

Zijn de beweringen juist of onjuist?
Noah zegt: "Als zonlicht op een spiegel valt, wordt het licht in alle richtingen teruggekaatst.

A
juist
B
onjuist

Slide 25 - Quizvraag

De jongen ziet het spiegelbeeld van de kaars in de spiegel.
Kruis de juiste bewering aan over de punt van de vlam en zijn spiegelbeeld.
A
de punt van de vlam ligt iets dichter bij de spiegel dan het spiegel beeld van de punt van de vlam
B
de punt van de vlam ligt even ver van de spiegel als het spiegel beeld van de punt van de vlam
C
de punt van de vlam ligt iets verder weg van de spiegel dan het spiegel beeld van de punt van de vlam

Slide 26 - Quizvraag

Matthias kijkt in de spiegel en ziet zijn spiegelbeeld.
Welke bewering over Matthias en zijn spiegelbeeld is juist?
A
Punt L4 bevindt zich iets dichter bij de spiegel dan punt B4
B
Punt L1 bevindt zich iets verder van de spiegel dan punt B1
C
Punt L3 bevindt zich op precies dezelfde afstand van de spiegel dan punt B3

Slide 27 - Quizvraag

De jongen ziet het spiegelbeeld van de kaars in de spiegel.
Vul de juiste woorden in.
De hoek van inval van de lichtstraal is A .........……… de hoek van terugkaatsing van de lichtstraal. De hoek van terugkaatsing van de lichtstraal is
B...……………. aan de hoek tussen de normaal en de stippellijn.

Slide 28 - Open vraag

Dimitri kijkt in de spiegel.
Van welk punt op Dimitri's hoofd zal het spiegelbeeld zich het dichtst bij de spiegel bevinden?
A
Punt L1
B
Punt L2
C
Punt L3
D
Punt L4

Slide 29 - Quizvraag

Maak opdrachten 1 t/m 9 van 6.1
Maak opdrachten 1 t/m 9 van 6.2
timer
20:00

Slide 30 - Tekstslide