Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
3.1 samen sterk
3.1 samen sterk
1 / 45
volgende
Slide 1:
Tekstslide
In deze les zitten
45 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslide
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
3.1 samen sterk
Slide 1 - Tekstslide
Eind 19e eeuw kwamen er vakbonden.
Wat was het doel van een vakbond?
A
het uitbreiden van fabrieken, zodat er meer werkgelegenheid is.
B
recht op onderwijs en betere woonomstandigheden
C
hogere lonen en betere werkomstandigheden
D
de mechanisatie in fabrieken verminderen, het liefst zelfs tegenhouden.
Slide 2 - Quizvraag
Wanneer kwamen de vakbonden in actie?
A
Wanneer ze er zin in hadden.
B
Wanneer de werknemers en werkgevers het niet eens werden.
C
Wanneer er geld voor was.
D
Wanneer de fabrieksbazen het vroegen.
Slide 3 - Quizvraag
Waarom werden vakbonden vaak door de overheid verboden?
A
Om te voorkomen dat arbeiders onderling ruzie kregen
B
Omdat er gedacht werd dat arbeiders hier te weinig kennis voor hadden
C
Dit was een belemmering voor de vrije economie
D
Om te voorkomen dat arbeiders misleid werden
Slide 4 - Quizvraag
Het ontstaan van vakbonden is een oorzaak van de industriële revolutie.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 5 - Quizvraag
Een vakbond kon arbeiders helpen door te onderhandelen en stakingen te organiseren
A
Juist
B
Onjuist
Slide 6 - Quizvraag
In de 19de eeuw werden vakbonden opgericht. Wat was hun doel?
A
Een communistische revolutie starten
B
Een klasseloze maatschappij invoeren
C
Opkomen voor de rechten van arbeiders
D
Opkomen voor de rechten van werkgevers
Slide 7 - Quizvraag
Juist of onjuist?
"Vakbonden bestaan nog steeds"
A
Juist, want je moet nog steeds opkomen voor de belangen van de werkende mensen
B
Juist, want er zijn nog steeds arme mensen
C
Onjuist, de belangen van werkende mensen bestaan niet meer
D
Onjuist, werkende mensen hebben het zo goed in NL dat er geen vakbonden meer hoeven te zijn
Slide 8 - Quizvraag
Welke stroming hoort bij vakbonden en de sociale kwestie?
A
socialisme
B
liberalisme
C
confessionalisme
D
abolitionisme
Slide 9 - Quizvraag
Waar streden vakbonden NIET voor?
A
Meer loon
B
Langere werktijden
C
Afschaffing van kinderarbeid
D
Veiligere fabrieken
Slide 10 - Quizvraag
Wat is een vakbond?
A
Bondgenootschap van mensen die die vakken geven op de middelbare school.
B
Vereniging van mensen met dezelfde leeftijd, die de lonen en arbeidsomstandigheden van haar leden wil verbeteren.
C
Vereniging van mensen met hetzelfde beroep, die de lonen en arbeidsomstandigheden van haar leden wil verbeteren.
D
Vereniging van mensen met hetzelfde beroep, die meer vrijheid willen voor de fabriekseigenaren.
Slide 11 - Quizvraag
Een machtig wapen van de vakbond is...
A
Flyeren
B
De politiek
C
Rellen
D
Staken
Slide 12 - Quizvraag
Wat wilden de vakbonden van de socialisten bereiken?
A
Regering moest meer doen om arbeiders te helpen.
B
Regering moest minder doen om arbeiders te helpen.
C
Fabrieken laten verdwijnen.
D
Zorgen voor meer werk.
Slide 13 - Quizvraag
Wat is een vakbond?
A
organisatie van werknemers
B
deel van de economie, zoals de dienstensector
C
Dat is een bond met vakwerknemers
D
organisatie van werkgevers
Slide 14 - Quizvraag
Wat doet een vakbond?
A
Ze praten met de werkgevers over betere arbeidsomstandigheden.
B
Ze praten met de werknemers over betere arbeidsomstandigheden.
C
Ze praten met werkgevers en werknemers over betere arbeidsomstandigheden.
D
Ze praten met niemand.
Slide 15 - Quizvraag
Wat is het voordeel van een vakbond?
A
Als je ging staken dan werd je ontslagen.
B
Als je ging staken dan kreeg je een deel van je gemiste loon.
C
Als je ziek werd kreeg je een kleine uitkering.
D
Als je ging staken dan deed je dat alleen.
Slide 16 - Quizvraag
Waarom waren de arbeiders blij met vakbonden?
A
Omdat de vakbonden de arbeiders steunden bij tegenslag
B
Omdat zij sigaren en alcohol als cadeau aan arbeiders gaven
C
Omdat de vakbonden ervoor zorgden dat arbeiders rijk werden
D
Omdat zij zorgen voor concurrentie bij fabrieksbazen
Slide 17 - Quizvraag
Vakbonden komen op voor:
A
Werknemers
B
Werkgevers
C
Iedereen
D
Kinderen
Slide 18 - Quizvraag
Welke woorden passen het beste bij een vakbond?
A
stemmen - kiesrecht - Tweede Kamer - ministers
B
vrijheid - liberalen - belasting - verkiezingen
C
staken - samen - geld - arbeidsomstandigheden
D
urbanisatie - stad - platteland - hygiëne
Slide 19 - Quizvraag
De arbeiders richten na 1850 vakbonden op
A
Waar
B
Niet waar
Slide 20 - Quizvraag
Waarom zou een fabriekseigenaar een vakbond willen verbieden?
A
Vakbonden konden wetten maken die alle fabriekseigenaren moesten uitvoeren
B
Vakbonden maakten arbeiders machtiger en konden betere werkomstandigheden afdwingen
C
Vakbonden verbeterden de situatie van arbeiders door geld in te zamelen en aan liefdadigheid te doen
Slide 21 - Quizvraag
Vakbonden bestaan nog steeds
A
JA
B
NEE
Slide 22 - Quizvraag
Wiens belangens worden beschermd door een vakbond?
A
Werkgever
B
Werknemer
C
Werkgeven & werknemer
D
Het parlement
Slide 23 - Quizvraag
De vakbond was een politieke partij van de socialisten.
A
waar
B
niet waar
Slide 24 - Quizvraag
Wat was het doel van een vakbond?
A
Stakingen organiseren
B
Arbeidsomstandigh. verbeteren
C
Sociale wetten maken
D
Werkgevers verdedigen
Slide 25 - Quizvraag
Wie was er in Nederland na 1848 aan de macht?
A
De koning
B
De liberale partij
C
De socialistische partij
D
De nationalistische partij
Slide 26 - Quizvraag
Wat wilden de socialisten in de 19de het liefst?
A
Geld voor alle armen
B
Algemeen kiesrecht
C
Betere werkomgeving
D
Hulp voor ouderen
Slide 27 - Quizvraag
De confessionelen zijn
A
socialisten en liberalen samen
B
katholieken en protestanten samen
C
katholieken en socialisten samen
D
liberalen en protestanten samen
Slide 28 - Quizvraag
Welke verbetering voor de zwakkere mensen in de samenleving kwam er in de volgende jaren?
1854
1874
1917
kinderwet
stakingswet
Algemeen kiesrecht
vakbonden
armenwet
Slide 29 - Sleepvraag
Arbeiders
Gegoede burgerij
Oprichten van vakbonden
Oprichten van politieke partijen
Aan liefdadigheid doen
Invoeren van de eerste sociale wet
Strijden voor algemeen kiesrecht
Slide 30 - Sleepvraag
Mensen moeten hun eigen problemen oplossen. Daar is de overheid niet voor.
Als je arm bent is dat Gods wil
De regering moet sociale wetten maken om de arbeiders te beschermen
Liberalen
Socialisten
Confessionelen
Slide 31 - Sleepvraag
Liberalisme
Socialisme
Vrijheid
Gelijkheid
Komt op voor arbeiders
Geen regels voor fabrikanten
Bourgeoisie
Sociale wetten
Slide 32 - Sleepvraag
Sleep de juiste begrippen naar de juiste groep politici
Liberalen
Socialisten
Confessionelen
Weinig overheidsbemoeienis
De christenen
Meer gelijkheid
Sociale wetten
Kwamen op voor de arbeiders
Meer vrijheid voor burgers
Arbeiders beter behandelen
Slide 33 - Sleepvraag
Armen worden geholpen door de kerk
Regering maakt sociale wetten
Mensen lossen sociale problemen zelf op
Liberalen
Socialisten
Confessionelen
Slide 34 - Sleepvraag
minister
vakbond
organisatie van werknemers die opkomt voor de belangen van werknemers
lid van de regering
Slide 35 - Sleepvraag
In de staan de arbeidsvoorwaarden die gelden in een bepaalde , zoals het onderwijs en de politie
.................
.................
CAO
Arbeidsovereenkomst
Bedrijfstak
Vakbond
Slide 36 - Sleepvraag
Liberalen
confessionelen
Socialisten
deze stroming wil niet dat hun mensen lid worden van een socialistische vakbond
Slide 37 - Sleepvraag
Wat past bij industrialisatie?
Wel
Niet
arbeiders
Steenkool als
brandstof
Sociale kwestie
Je kunt je eigen tijd inplannen.
Huisnijverheid
Slide 38 - Sleepvraag
Voor industrialisatie
Na industrialisatie
Sleep de kenmerken naar het juiste vak.
Sociale Kwestie
Huisnijverheid
stoommachines
Landbouwsamenleving
verstedelijking
Lang werkdagen
Slide 39 - Sleepvraag
Industriële
Arbeiders
Kapitaalarme
Kapitaalbezitters
Politiek verenigd
Sociale kwestie
Lage bestaanszekerheid
Urbanisatie
Liberalen
Slide 40 - Sleepvraag
Liberalisme
Socialisme
Confessionalisme
Sociale kwestie vanuit geloof oplossen
Zo weinig mogelijk bemoeienis van de overheid
de sociale kwestie wordt van zelf opgelost
de overheid moet de zwakkere helpen
Er moet algemeen kiesrecht komen
Overheid moet sociale wetten maken
Bijzondere scholen moeten ook betaald worden door de overheid
Slide 41 - Sleepvraag
juist
onjuist
de sociale kwestie was een gevolg van de industrialisatie.
armoede was een nieuw verschijnsel in de 19e eeuw.
in 1900 was de sociale kwestie voor een groot deel opgelost.
de sociale wetten van na 1880 waren een gevolg van verzet tegen kinderarbeid
Slide 42 - Sleepvraag
industrialisatie
sociale kwestie
Slide 43 - Sleepvraag
Vul de ontbrekende woorden in. Kies uit:
vakbond
politieke partij
Slide 44 - Sleepvraag
Sociaal-democraten (socialisten) willen verandering voor arbeiders en boeren via
A
Wetgeving
B
Revolutie
C
Oorlog
D
Overleg
Slide 45 - Quizvraag
Meer lessen zoals deze
3. De Sociale Kwestie
September 2016
- Les met
23 slides
door
Geschiedenisleraar.nl
Geschiedenis
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 3,4
Geschiedenisleraar.nl
1.3. De Sociale Kwestie
December 2016
- Les met
15 slides
door
Geschiedenisleraar.nl
Geschiedenis
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 3-6
Geschiedenisleraar.nl
4. De Sociale Kwestie
Mei 2019
- Les met
29 slides
door
Geschiedenisleraar.nl
Geschiedenis
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 3,4
Geschiedenisleraar.nl
2.3 De Sociale Kwestie
December 2018
- Les met
32 slides
Geschiedenis
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 3,4
4. De Sociale Kwestie
September 2017
- Les met
31 slides
door
Geschiedenisleraar.nl
Geschiedenis
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 3,4
Geschiedenisleraar.nl
4. De Sociale Kwestie
September 2017
- Les met
29 slides
door
Geschiedenisleraar.nl
Geschiedenis
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 3,4
Geschiedenisleraar.nl
1.4. De Sociale Kwestie
Mei 2021
- Les met
16 slides
door
Examentraining
Geschiedenis
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 3-6
Examentraining
1.4. De Sociale Kwestie
Juli 2022
- Les met
16 slides
door
Geschiedenisleraar.nl
Geschiedenis
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 3-6
Geschiedenisleraar.nl