AA5 Thema 1 Het heelal observeren

1 / 44
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeSecundair onderwijs

In deze les zitten 44 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Waar bevinden wij ons in het immense heelal?

Wat kunnen we observeren aan de hemel? (overdag of 's nachts?)

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Om deze vraag te kunnen beantwoorden vertrekken we eerst vanuit de eigen waarneming.
Wat kunnen wij observeren aan de hemel (s’ nachts of overdag)? Maan en venus…

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Het ISS (international space station) is een permanente basis in de ruimte, dicht bij de aarde. Het kwam tot stand door internationale samenwerking en is constant bewoond. De astronauten/wetenschappers aan boord houden zich bezig met (levende) materie en bestuderen hoe deze zich in het luchtledige gaat gedragen. Het ISS is zichtbaar vanop aarde.

Slide 8 - Tekstslide

Sterrenbeelden of constellaties zijn niets meer of minder dan sterren met gelijkaardige lichtsterkte waar mensen in de oudheid een bepaalde figuur in zagen. Deze figuur werd dan gelinkt aan de mythologie. Daarnaast werden deze gebruikt als kaarten voor zeevaarders. Hier zie je de kleine beer en de grote beer. De top van de ‘staart’ van de kleine beer wordt gevormd door de poolster. Deze staat ongeveer perfect in het verlengde van onze aardas waardoor zij altijd richting het noorden wijst.

Slide 9 - Tekstslide

De veronderstelde verbanden tussen de stand van de hemellichamen of de tekens van de dierenriem en het lot van de mensen en gebeurtenissen op aarde, hebben geen enkele wetenschappelijke waarde. In werkelijkheid bevinden ze zich op zeer uiteenlopende afstanden van ons en hebben ze niets met elkaar te maken.

Slide 10 - Tekstslide

In het evenaarsgebied waar lichtpollutie of lichtvervuiling (= te veel aan artificieel licht zoals straatlantaarns en dergelijke) ontbreekt is het mogelijk om een deel van het melkwegstelsel te zien. Ons zonnestelsel bevindt zich in één van de armen van dit sterrenstelsel.

Slide 11 - Tekstslide

Lichtpollutie van West-Europa vanuit de ruimte

Slide 12 - Tekstslide

Mensen van over de hele wereld kijken met grote ogen naar de eclips of zonsverduistering. Let op de speciale brillen; het is immers gevaarlijk voor onze ogen om te lang in de zon te kijken.

Slide 13 - Tekstslide

Foto van de eclips of zonsverduistering. Dit astronomisch fenomeen volgt een bepaalde cyclus en komt meerdere malen in een mensenleven voor. Bij een totale zonsverduistering blokkeert de maan het licht afkomstig van de zon. De geeft ons de mogelijkheid om de corona en eventuele zonnevlammen van de zon te zien.

Slide 14 - Tekstslide

Het noorder- of zuiderlicht (aurora borealis/australis) is een natuurkundig fenomeen dat voorkomt in het hoge noorden/zuiden. Het wordt veroorzaakt door energierijke deeltjes afkomstig van de zon die botsen met het aards magnetisch veld. De spectaculaire lichtpatronen zijn het gevolg van dit ‘bombardement’.

Welk hemellichaam zie je op de foto?

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk hemellichaam zie je op de foto?

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke hemellichamen zie je op de foto?

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk hemellichaam zie je op de foto?

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Linksboven: Een planetoïde of asteroïde is een rotsblok dat in de ruimte een baan rond de zon volgt. Deze komen meestal samen voor (zie planetoïdengordel).
Linksonder: een komeet is een vuile sneeuwbal van bevroren gas en stof, afkomstig uit een kometenreservoir (zie verder). Wanneer deze wordt verstoord gaat deze in een sterk elliptische baan rond de zon vliegen; door de stijgende temperatuur dichter bij de zon gaat deze smelten. Dit uit zich tot 1 a 2 staarten (die altijd weg van de zon staan).
Midden: Een meteoriet is eigenlijk het overschot van een inslag bij botsing van een planetoïde (dan meteoor) en ons aardoppervlak.
Rechts: Kleine brokstukken uit de ruimte kunnen botsen met onze atmosfeer. Door de wrijving gaan ze fel verhitten en branden deze meestal volledig op: we spreken van vallende sterren.

Slide 20 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe groot is de afstand tussen de aarde en de zon?

Slide 22 - Woordweb

De afstand tussen de aarde en de zon is ongeveer honderdvijftig miljoen kilometer. Dat is een groot getal en daarom gebruiken sterrenkundigen de astronomische eenheid om deze afstand uit te drukken. Eén astronomische eenheid, of 'AE', is de afstand tussen de aarde en de zon.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Tekstslide


In Japan is vannacht (26/08/23) een raket gelanceerd naar de maan. Aan boord zat een kleine maanlander, die normaal begin volgend jaar aankomt op de maan. Vorige maand kon India al als eerste land ooit landen op de zuidpool van de maan. Japan wil nu bewijzen dat ook zeer precieze maanlandingen mogelijk zijn.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Tekstslide

Ons zonnestelsel wordt begrensd door 2 kometenreservoirs. Dit zijn eigenlijk niets anders dan zeer brede bandvormige zones met daarin miljarden bevroren planetoïden. Bij een verstoring kan één zo een brokstuk in een andere baan om de zon terechtkomen en dan spreken we van een komeet. De kuipergordel is het dichtste reservoir; de oortwolk de verste.

Slide 30 - Tekstslide

Sterren zoals onze zon zijn georganiseerd in grote groepen: we noemen dit dan een sterrenstelsel. Deze worden ingedeeld op basis van hun uiterlijk voorkomen: een spiraalstelsel (boven), elliptisch stelsel (linksonder) of een onregelmatig stelsel (rechtsonder).

Slide 31 - Tekstslide

Verschillende sterrenstelsels die (relatief) dicht bij elkaar liggen vormen een cluster. Onze melkweg bevindt zich in onze cluster: de lokale groep. De ruimte is opgebouwd uit miljarden van deze clusters; clusters die dichtbij elkaar liggen noemen we dan weer superclusters.

Slide 32 - Tekstslide

Afbeelding van het dopplereffect. Het dopplereffect is wat je ervaart wanneer er een bewegende geluidsbron jouw richting uitgaat en daarna passeert. Dit komt omdat de geluidsgolven als het ware worden vervormd door de beweging van de geluidsbron. Indien de bron jouw nadert worden de geluidsgolven verkort, zij volgen dan dichter op elkaar. Dit komt overeen met een hogere toon. Wanneer de bron gepasseerd is, rekken de golven uit. Dit komt overeen met een lagere frequentie, dus een lagere toon.

Slide 33 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 34 - Tekstslide

Het elektromagnetisch spectrum ordent elektromagnetische golven volgens hun golflengte. Zij worden hier voorgesteld van lang (radiogolven) tot heel kort (gamma-straling). Het zichtbare licht zit daar ergens tussen in. Rood licht heeft een grotere golflengte dan blauw licht (zie tekening).

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies