1 vmbo-bk thema 4.2 Sporten: Je skelet

• Biologie / Verzorging
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 1

4.2 Je skelet

wat gaan we vandaag doen?

herhalen 4.1 Een sport kiezen

leerdoelen vandaag

nieuwe theorie: 4.2 Je skelet

zelf aan de slag

herhalen leerdoelen

herhalen 4.1 Een sport kiezen

Belangrijkste begrippen:

- redenen waarom mensen sporten

- verschillende manieren waarop je sporten kan indelen

- het kiezen van een sport

4.1 Een sport kiezen

Redenen om te sporten:

- ontspanning

- gezelligheid

- gezondheid

- werk (profsporters)

4.1 Een sport kiezen

Er zijn verschillende soorten sport:

- individuele sport (atletiek, fietsen): deze sporten kan je in je eentje doen

- teamsport (voetbal, hockey): bij deze sporten moet je samenwerken

leerdoelen vandaag (4.2)

Aan het einde van de les:

- kun je in een afbeelding van het skelet de botten benoemen

- kun je de functies van het skelet noemen

- kun je de kenmerken van kraakbeen noemen

quizvraag:

Hoeveel botten heeft het skelet van een volwassen mens???

antwoord: 206 botten

4.2 Je skelet

skelet = geraamte

Je skelet bestaat uit botten (beenderen)

Je kan het skelet opdelen in schedel, romp en ledematen.

4.2 Je skelet

Je skelet heeft 4 functies:

- stevigheid

- beweging

- bescherming

- vorm

functie 1 stevigheid

functie 1: stevigheid geven

functie 2 beweging

functie 3 bescherming

functie 4 vorm

4.2 Je skelet

Je lichaam bestaat uit verschillende delen:

- hoofd (schedel)

- romp

- ledematen

Je ledematen bestaan uit 2 armen en 2 benen.

de botten van het hoofd

De botten van je hoofd zijn samen de schedel.

De schedel beschermt je hersenen.

Verder bestaat de schedel uit je bovenkaak en je onderkaak.

de botten van de romp

De romp bestaat uit de schoudergordel, de borstkas, het bekken en de wervelkolom.

De schoudergordel bestaat uit 2 sleutelbeenderen en 2 schouderbladen. Aan de schoudergordel zitten de armen vast.

de botten van de romp

De borstkas bestaat uit de borstwervels, de ribben en het borstbeen.

Het bekken bestaat uit 2 heupbeenderen en het heiligbeen.

De wervelkolom bestaat uit wervels, het heiligbeen en het staartbeen.

de botten van je ledematen

De arm bestaat uit een opperarmbeen, ellepijp, spaakbeen en de botten van de hand.

De ellePijP ligt aan de kant van de Pink. Denk aan de P van Pijp en de P van Pink.

de botten van je ledematen

Het been bestaat uit een dijbeen, knieschijf, scheenbeen, kuitbeen en de botjes van de voet.

Rontgenfoto

4.2 Je skelet

Sommige plaatsen in je lichaam zijn stevig (net als je botten), maar ook soepel. Op deze plaatsen komt kraakbeen voor.

Er zit kraakbeen in:

- je neus

- je oorschelpen

- tussen je ribben en het borstbeen.

- tussen wervels van wervelkolom

- in je gewrichten

VRAGEN??

zelf aan de slag

4.2 Je skelet: lees de tekst en maak de opdrachten

opdracht 10 t/m 15 maken

Voor opdracht 10 krijg je een werkblad (knipblad)

herhalen leerdoelen

Aan het einde van de les:

- kun je in een afbeelding van het skelet de botten benoemen

- kun je de functies van het skelet noemen

- kun je de kenmerken van kraakbeen noemen