Les Nederlands.

1 / 44
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsSecundair onderwijs

In deze les zitten 44 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

D of t 

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Wat zag je op de foto? ( LW ( de of het) + ZN )

Slide 4 - Open vraag

De  hond 

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Wat zag je op de foto? ( LW + ZN )

Slide 7 - Open vraag

De fluit 

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Wat zag je op de foto? ( LW + ZN)

Slide 10 - Open vraag

Het hout 

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Wat zag je op de foto? ( LW + ZN )

Slide 13 - Open vraag

Het strand 

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Wat zag je op de foto? ( LW + ZN)

Slide 16 - Open vraag

De geit 

Slide 17 - Tekstslide

Ei of ij 

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Wat zag je op de foto? (LW + ZN )

Slide 20 - Open vraag

De batterij 

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Wat zag je op de foto? ( LW+ ZN )

Slide 23 - Open vraag

De fontein 

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Wat zag je op de foto? ( LW + ZN )
De leerkracht gaat het woord zeggen en jij mag het dan opschrijven.

Slide 26 - Open vraag

De majesteit 

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Wat zag je op de foto? ( ZN )

Slide 29 - Open vraag

blij 

Slide 30 - Tekstslide

au of ou 

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Wat zag je op de foto?

Slide 33 - Open vraag

Het regenwoud 

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Wat zag je op de foto? ( zn )

Slide 36 - Open vraag

flauw 

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Wat zag je op deze foto?

Slide 39 - Open vraag

De klauw 

Slide 40 - Tekstslide

Zoek zelf een foto waar het woord eindigt op een d of t. ( Het mag geen foto zijn dat we in de klas gezien hebben)

Slide 41 - Open vraag

Zoek zelf een foto waar het woord eindigt op ei of ij. ( Het mag geen foto zijn die we in de klas hebben gezien)

Slide 42 - Open vraag

Zoek zelf een foto waar het woord eindigt op au of ou. ( Het mag geen foto zijn die we in de klas gezien hebben)

Slide 43 - Open vraag

Slide 44 - Tekstslide