Citeren en parafraseren en een bronnenlijst bijhouden
Ideeën van anderen gebruiken in jouw tekst... hoe doe je dat zonder dat je plagiaat pleegt?
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4
In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Bronnen gebruiken in een tekst
Citeren en parafraseren en een bronnenlijst bijhouden
Ideeën van anderen gebruiken in jouw tekst... hoe doe je dat zonder dat je plagiaat pleegt?
Slide 1 - Tekstslide
Lesdoelen
In deze les leer je:
...Wat plagiaat is;
...Hoe je uitspraken en ideeën kunt overnemen in jouw tekst;
...Hoe je een bron goed opschrijft in de tekst.
Slide 2 - Tekstslide
Wat weet jij over plagiaat?
Slide 3 - Woordweb
Slide 4 - Video
Als je plagiaat pleegt...
A
Citeer je tekst van een ander.
B
Parafraseer je een tekst van een ander.
C
Doe je alsof een idee van een ander jouw idee is.
D
Gebruik je tekst van een ander zonder een bron te vermelden.
Slide 5 - Quizvraag
Hoe gebruik je een idee van een ander
in jouw tekst?
Je kunt op twee manieren informatie uit een andere tekst in jouw eigen verslag verwerken:
1. Je citeert een letterlijke uitspraak. (let op: citaten tellen niet mee voor je aantal woorden)
2. Je parafraseert een uitspraak/tekst van een ander.
Slide 6 - Tekstslide
Bronnenlijst
Om voor jezelf overzichtelijk te houden waar jij je informatie vandaan hebt, is het handig om een bronnenlijst bij te houden. Minimaal 5 betrouwbare, unieke bronnen.
Per bron (link naar paginasite) copy-paste je de informatie die je gaat gebruiken. Altijd hele artikel, geen losse alinea's.
Weet naar wie je gaat verwijzen: is dat een onderzoek, organisatie of een persoon?
Slide 7 - Tekstslide
Gebruik bij het maken van een bronnenlijst aan de 3 W's!
Waar heb je de tekst gevonden?
Wie heeft de tekst geschreven?
Wanneer is de tekst geschreven of wanneer heb jij de website gelezen?
Slide 8 - Tekstslide
Wat doe je als de auteur niet bij de bron genoteerd staat?
A
Dan gebruik je de naam van de organisatie.
B
Dan schrijf je in plaats van de naam 'z.a.' wat staat voor 'Zonder auteur'.
C
Dan vul je geen naam, maar alleen een jaartal in.
Slide 9 - Quizvraag
Slide 10 - Video
Slide 11 - Video
Hoe begin je aan je tekst?
Wat moet er in een goede inleiding? Lees deze 3 voorbeelden door. Wees kritisch.
Slide 12 - Tekstslide
Inleiding 1
In deze synthesetekst ga ik jullie uitleggen wat discriminatie is op school en hoe vaak het voorkomt. Het is echt een probleem namelijk. Dus lees vooral verder.
Slide 13 - Tekstslide
Inleiding 2
Discriminatie is van alle tijden, ook op scholen. Kinderen worden gepest maar ook leraren soms. Volgens het CBS is discriminatie de afgelopen jaren fors toegenomen.
Slide 14 - Tekstslide
Inleiding 3
Discriminatie op scholen is volgens het CBS de afgelopen 5 jaar fors toegenomen, zelfs met 40 %. Deze cijfers doen menig docent, leerling en ouder schrikken. Waarom is er in Nederland zo'n forse toename van discriminatie op scholen?