Paragraaf 2 spanning

H6.1 spanningsbronnen
in iedere stroomkring heb je een spanningsbron nodig. Een spanningsbron wekt elektrische energie op die nodig is om apparaten te laten werken. bijv. een batterij in de afstandbediening, de accu in een auto , etc.

Er zijn verschillende soorten spanningsbronnen.
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H6.1 spanningsbronnen
in iedere stroomkring heb je een spanningsbron nodig. Een spanningsbron wekt elektrische energie op die nodig is om apparaten te laten werken. bijv. een batterij in de afstandbediening, de accu in een auto , etc.

Er zijn verschillende soorten spanningsbronnen.

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Een stopcontact is dus geen spanningsbron!!!

Slide 7 - Tekstslide

De spanning raakt op —> wordt VERbruikt

De elektronen (stroomsterkte) raken niet op —> elektronen worden GEbruikt

Slide 8 - Tekstslide

Apparaten die zijn aangesloten op het lichtnet zijn apparaten die een stekker hebben die je in het stopcontact moet stoppen.
Spanning uit het stopcontact noemt men netspanning.

Netspanning = 230V

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

voltage
Hoe groter het voltage van een spanningsbron, des te krachtiger de spanningsbron. Een batterij van 9V levert dus meer energie dan een batterij van 1,5V. 

Een lampje van 12V dat wordt aangesloten op 9V brand erg zwak en als dat lampje op 24V wordt aangesloten dan gaat deze kapot!

Slide 12 - Tekstslide

KCA
Er zitten giftige (chemische) stoffen in batterijen en accu’s, deze mag je dus nooit bij het gewone afval weggooien, want dan lekken deze stoffen in de bodem, waardoor ze in het grondwater kunnen komen.  batterijen moet je altijd verzamelen en wegbrengen naar een speciaal inzamelpunt voor KCA (klein chemisch afval).

Slide 13 - Tekstslide

Aan de slag
Huiswerk H6.1 maken

Na de vakantie.

Slide 14 - Tekstslide