Havo 4 - 14 (Grammatik)

Guten Morgen
Herzlich Willkommen
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Guten Morgen
Herzlich Willkommen

Slide 1 - Tekstslide

Das Programm für heute
  • Wiederholungsfragen
  • Erklärung
  • Aufgaben zur Grammatik
  • Evaluation

Slide 2 - Tekstslide

Das Lernziel / het lesdoel
Je weet welke voorzetsels een vaste naamval hebben en kan dit goed toepassen (met behulp van S.232)

Slide 3 - Tekstslide

Jetzt kommen ein Paar Fragen zur Wiederholung

Slide 4 - Tekstslide

Voorzetsels 4e naamval
Voorzetsels 3e naamval
mit
nach
bei
von
aus
zu
durch
ohne
um
bis
gegen
seit
 für

Slide 5 - Sleepvraag

       Vertaal de voorzetsels
door
voor
tegen
zonder 
om
tot
langs
durch 
  für
gegen
ohne
um
bis
entlang

Slide 6 - Sleepvraag

       Vertaal de voorzetsels
bij
met
na, naar
sinds
van
uit
naar
bei
  mit
nach
seit
von
aus
zu

Slide 7 - Sleepvraag

hoe vertaal je 'naar' als je naar personen gaat?
A
zu
B
nach

Slide 8 - Quizvraag

hoe vertaal je 'naar' als je naar huis (Hause) gaat
A
zu
B
nach

Slide 9 - Quizvraag

hoe vertaal je 'naar' als je naar een stad gaat (bijv. Berlin)
A
zu
B
nach

Slide 10 - Quizvraag

Voor de volgende vragen mag je bladzijde 232 gebuiken

Slide 11 - Tekstslide

Als ich aus d ... Schule (v) kam, fing es zu regnen an.
A
der
B
die
C
dem
D
das

Slide 12 - Quizvraag

Hast du schon mit dein ... Eltern darüber gesprochen?
A
deinen
B
deiner
C
deinem
D
den

Slide 13 - Quizvraag

Was hast du für dies ... Uhr (v) gezahlt?

A
dieser
B
diesen
C
diese
D
diesen

Slide 14 - Quizvraag

Gehe doch gleich zu dein....... Arzt!

A
deiner
B
deinen
C
deine
D
deinem

Slide 15 - Quizvraag

Sie schaute aus d ….. Fenster (o)
A
der
B
das
C
den
D
dem

Slide 16 - Quizvraag

und blickte zu ihr….. Kind.

A
ihre
B
ihres
C
ihrem
D
ihren

Slide 17 - Quizvraag

lch habe das von mei…... Lehrer gehört.

A
meine
B
meiner
C
meinen
D
meinem

Slide 18 - Quizvraag

Wann kommst du aus d….. Schule (v)?

Slide 19 - Open vraag

lch brauche das Geld für mein….. Studium (o).

Slide 20 - Open vraag

Außer sein….. Schwester war niemand zu Hause.

Slide 21 - Open vraag

Er brachte mich mit d….. Wagen (m) weg.

Slide 22 - Open vraag

Seit einig….. Tagen ist er ziemlich krank.

Slide 23 - Open vraag

Um dies ... Zeit (v) kommt er immer nach Hause.

Slide 24 - Open vraag

Warst du schon (bij de) ........ Direktor?

Slide 25 - Open vraag

Je hebt de keuze
Óf je luistert naar de uitleg van KWAM

 Óf je gaat aan de slag met Aufgabe 11 b/z 15 van Grammatik

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Voorbeeldzin
Er rannte mit d….. Hund (m) durch d ….. Wald (m).


Er hat ein neues Rad von sein ... Eltern bekommen. 

Slide 28 - Tekstslide

Op een schaal van 1 tot 10:
ik kan de voorzetsels van NL naar DE vertalen
010

Slide 29 - Poll

Op een schaal van 1 tot 10:
Ik weet welke naamval elk voorzetsel heeft
010

Slide 30 - Poll

Op een schaal van 1 tot 10:
Ik kan het naamvallenschema (pagina 232) goed toepassen
010

Slide 31 - Poll

Heb je nog tips/tops?

Slide 32 - Open vraag