week 38: H2 woordenschat

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Welkom bij Nederlands!

Check:

• Staat je telefoon uit en zit hij in de telefoonbak?
• Liggen alle spullen die je nodig hebt op tafel?

Op tafel ligt: 

• Je laptop (dicht)

• Check: huiswerk niet gemaakt, wat doen? 
• Studiewijzer: planning aangepast, hou SOM aan

Toetsen:

maandag 28 september: H1 lezen

donderdag 1 oktober: H1 t/m H3 woordenschat

Belangrijk

• Check: huiswerk niet gemaakt, wat doen? 
• Studiewijzer: planning aangepast, hou SOM aan

• Wat hebben we de vorige les woordenschat gedaan?

Vorige les

H2 woordenschat

Na deze les...

• kun je de betekenis van onbekende woorden vinden. 

Vandaag

Doel

Je werkt in tweetallen. Eén persoon blijft zitten en mag schrijven, de ander mag lopen. Zoek zo snel mogelijk bij elke zin een woord dat past. Schrijf het woord bij de zin. 

Starten

Na deze les kun je de betekenis van een onbekend woord in de tekst vinden. 

Doel

Als je niet weet wat een woord betekent: zoek in de tekst naar een omschrijving.

Betekenis zoeken

Ruben werd fameus, een bekend persoon, door het winnen van de olympische medaille. 

Betekenis zoeken

Ruben werd fameus, een bekend persoon, door het winnen van de olympische medaille. 

Betekenis zoeken: tussen haakjes of komma's

Alle acteurs zijn naar de première van de film gekomen. Acteurs zijn vaak aanwezig als een film voor de eerste keer vertoond wordt. 

Betekenis zoeken

Alle acteurs zijn naar de première van de film gekomen. Acteurs zijn vaak aanwezig als een film voor de eerste keer vertoond wordt. 

Betekenis zoeken: in de volgende zin

De bekende profvoetballer laat zijn zaken regelen door iemand anders. Deze manager werkt ook voor andere voetballers. 

Betekenis zoeken

De bekende profvoetballer laat zijn zaken regelen door iemand anders. Deze manager werkt ook voor andere voetballers. 

Betekenis zoeken: in de vorige zin

• tussen haakjes of komma's
• in de volgende zin
• in de vorige zin

Betekenis zoeken: 3 plekken

Waarom?

Check:

Wat zijn synoniemen?

Hoe/waar vind je synoniemen?

Waarom? 

rood = je werkt stil en alleen

oranje = je mag fluisterend overleggen met je buurman of buurvrouw

groen = je mag fluisterend overleggen en vragen stellen aan de docent (steek je hand op)

Wat? H2 woordenschat (online)

Vul bij de startopdracht 'blabla' in.

(eerste opdracht samen)

Klaar? Ga verder met je weektaak (H1 lezen)

Aan het werk

Ik kan

• de betekenis van een onbekend woord in de tekst vinden. 

Doel

Volgende les

Donderdag:

• H2 woordenschat afmaken (maandag af)
• Laptop en oplader mee
  

Weektaak:

H2 lezen: opdr. 1 en 2

H2 woordenschat

Toetsen:

maandag 28 september: H1 lezen

donderdag 1 oktober: H1 t/m H3 woordenschat