In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.
Onderdelen in deze les
Maatschappijleer
Slide 1 - Tekstslide
Wanneer je gebruik maakt van passief kiesrecht, dan…
A
ga je niet stemmen bij de verkiezingen.
B
denk je niet na over op wie je stemt bij de verkiezingen.
C
kunnen mensen op jou stemmen bij de verkiezingen.
D
ga je zelf stemmen bij de volgende verkiezingen.
Slide 2 - Quizvraag
Van welke soort democratie is hier sprake ?
A
Directe democratie
B
indirecte democratie
Slide 3 - Quizvraag
Wanneer alle partijen een beetje toegeven spreek je van een:
A
Gelijkstelling
B
Poldermodel
C
Compromis
D
Meeloper
Slide 4 - Quizvraag
Zijn de uitspraken juist of onjuist? 1. In Nederland hebben we vrije verkiezingen. 2. Bij geheime verkiezingen mag je aan niemand vertellen op wie je hebt gestemd.
A
1 is juist , 2 is onjuist
B
1 is onjuist , 2 is juist
C
1 en 2 zijn beide juist
D
1 en 2 zijn beide onjuist
Slide 5 - Quizvraag
LINKS
RECHTS
Willen:
een actieve overheid
opkomen voor zwakkeren in samenleving.
eerlijke verdeling van inkomen.
gelijke kansen voor iedereen.
Aandacht voor milieu.
Willen:
een passieve overheid
lage belastingen.
eigen verantwoordelijkheid.
hogere straffen.
MIDDEN
Hebben zowel linkse als rechtse standpunten.
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Leerdoelen
Na deze les kun je uitleggen uit welke stromingen de Nederlandse politiek bestaat.
Je kunt van iedere politieke stroming belangrijke kenmerken benoemen en partijen die hierbij passen
Je kan partijen indelen op een assenstelsel van links naar rechts en van progressief naar conservatief
Je kan uitleggen wat een one issue partij is.
Slide 8 - Tekstslide
Stromingen in de politiek
Politieke stroming: Verzameling ideeën over wat belangrijk is in de maatschappij en hoe mensen het beste met elkaar kunnen samenleven.
Er zijn vier grote stromingen:
Sociaal-democratie
Christen-democratie
Liberalisme
ecologische stroming
Slide 9 - Tekstslide
Liberalisme
Belangrijke waarde: Vrijheid
Economische vrijheid:
Minder regels voor bedrijven
Lagere belastingen.
Persoonlijke vrijheid:
Bijvoorbeeld:
abortus
homohuwelijk.
drugs.
Slide 10 - Tekstslide
Sociaaldemocratie
Belangrijke waarden: Solidariteit en gelijkwaardigheid
Minder verschil tussen rijk en arm.
Betere verdeling geld, kennis en macht.
Sociale grondrechten zoals het recht op:
gezondheidszorg.
onderwijs.
huisvesting.
Slide 11 - Tekstslide
Christendemocratie/
Confessionalisme
Belangrijke waarde: Christelijke geloof
Naastenliefde: omkijken naar de mensen in je omgeving.
(Vrijwilligers)organisaties kunnen een deel van de zorg voor mensen op zich nemen.
Rentemeesterschap: God heeft de aarde geschapen. Daar moeten we goed voor zorgen.
Slide 12 - Tekstslide
Ecologische stroming
Waarden:
Natuur en milieu beschermen
Doel:
Milieuvriendelijk consumeren en produceren
mentaliteitsverandering realiseren
Komt vooral op voor:
bedrijven en organisaties die klimaatneutraal werken
Organisaties die milieuvriendelijke innovaties ontwikkelen
Rol van de overheid:
actief, de overheid heeft een grote rol.
Partijen: GroenLinks, PVDD
maar ook D66 en de CU zien milieu als een belangrijk politiek thema
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Video
Welke politieke stroming heeft jouw voorkeur?
Sociaal-democratie
Christen-democratie
Liberalisme
Ecologische stroming
Slide 16 - Poll
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Kijkopdracht
Welke stroming herken je in dit videofragment?
Benoem twee kenmerken van deze stroming.
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Video
En?
Welke stroming herken je in dit videofragment?
Benoem twee kenmerken van deze stroming.
Slide 21 - Tekstslide
Conservatief of progressief
Nu weten jullie dat je partijen kunt indelen op verschillende manieren:
Links, midden of rechts
Liberaal, christen-democratisch of sociaal-democratisch
Maar daarnaast kun je ook nog spreken over conservatief of progressief.
Conservatief: We houden alles bij het oude, zoals we gewend zijn.
Progressief: De samenleving verandert, daar moet de politiek in mee gaan.
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Video
Linkse partijen willen een:
A
Actieve overheid
B
Passieve overheid
C
Anarchie
D
president
Slide 24 - Quizvraag
Het CDA, ChristenUnie en SGP horen bij de .......
A
Liberale stroming
B
Sociaaldemocratische stroming
C
Christendemocratische stroming
D
Ecologische stroming
Slide 25 - Quizvraag
Een partij die als rechts wordt beschouwd is:
A
PvdD
B
PvdA
C
50+
D
VVD
Slide 26 - Quizvraag
De ecologische stroming is een stroming die ...
A
streeft naar zo groot mogelijke vrijheid
B
het milieu belangrijker vind dan de economie
C
luistert naar het volk
D
uitgaat van de bijbel
Slide 27 - Quizvraag
Goede volgorde, van links naar rechts.
Slide 28 - Sleepvraag
Hoe links of rechts ben jij?
links
links van het midden
rechts van het midden
rechts
Slide 29 - Poll
Rentmeesterschap, naastenliefde en saamhorigheid zijn belangrijke waarden in deze stroming.
A
Liberalisme
B
Socialisme
C
Confessionalisme
D
christendemocraten
Slide 30 - Quizvraag
De overheid moet vooral zorgen voor openbare orde en veiligheid. Dit hoort bij:
A
Sociaal-democratie
B
Christen-democratie
C
Liberalisme
D
Alle politieke stromingen
Slide 31 - Quizvraag
Bij welke politieke stroming hoort deze politicus?
A
Liberalisme
B
Sociaaldemocratie
C
Christendemocratie
D
Ecologische stroming
Slide 32 - Quizvraag
Wie is lijsttrekker van welke politieke partij?
Slide 33 - Sleepvraag
https:
Slide 34 - Link
Aan de slag
Verplicht
Les 2: 3.3 Stromingen in de Politiek
Lezen lesboek: Blz 44 t/m 45
Maken wb: Blz. 39 t/m 41 opdracht blz. 1 t/m 12
Assenstelsel maken
Keuze:
Leren lesboek: Blz 42 en 43 Politieke partijen in de Tweede Kamer