In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Wortelformules opgave 30 t/m 38
Slide 1 - Tekstslide
Stukje herhaling
Slide 2 - Tekstslide
5+3√81=
Slide 3 - Open vraag
5⋅√140+4=
Slide 4 - Open vraag
Bereken y voor x=25
y=5+3√x
Slide 5 - Open vraag
Bereken y voor x=12
y=−3+4√3x
Slide 6 - Open vraag
Formules met wortels
Slide 7 - Tekstslide
Wortelformules
Zoals bij de vorige vraag.
Dus geen negatief getal onder de wortel.
Dus hoe een tabel te maken als je een grafiek gaat tekenen?
Slide 8 - Tekstslide
Grafiek tekenen bij een wortelformule.
- Tabel maken! Hoe groot, welke getallen?
- Assenstelsel tekenen (assen benoemen, stappen)
- Punten in het assenstelsel zetten
- Vloeiende lijn tekenen
Slide 9 - Tekstslide
Formules met wortels
Teken de grafiek van:
y=2+√x
Slide 10 - Tekstslide
Formules met wortels
Teken de grafiek van:
y=2+√x
Slide 11 - Tekstslide
Formules met wortels
Teken de grafiek van:
y=2+√x
Slide 12 - Tekstslide
Formules met wortels
Teken de grafiek van:
y=2+√x
Slide 13 - Tekstslide
Formules met wortels
Teken de grafiek van: .
y=2+√x
Slide 14 - Tekstslide
Formules met wortels
Teken de grafiek van:
y=2+√x
Slide 15 - Tekstslide
Formules met wortels
Teken de grafiek van:
y=2+√x
Slide 16 - Tekstslide
Formules met wortels
Teken de grafiek van:
y=2+√x
Slide 17 - Tekstslide
Formules met wortels
y=2+√x
Slide 18 - Tekstslide
Formules herleiden
In de vorige twee paragrafen hebben we de rekenregels van wortels behandeld. Toen werkten we alleen met getallen, maar met variabelen gelden deze regels ook.