Het zelfstandig naamwoord (meervoud)

Wat zie je?
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsSecundair onderwijs

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Wat zie je?

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

+ -s
+ -en
speciale meervoudsvorm

Slide 4 - Sleepvraag

Slide 5 - Tekstslide

-s blijft -s
dubbele medeklinker + en
-f wordt -v + en
of
-s wordt -z + en

Slide 6 - Sleepvraag

Slide 7 - Tekstslide

letterwoord + 's
+ 'en
medeklinker + y +'s
klinker i + 's

Slide 8 - Sleepvraag

Slide 9 - Tekstslide

ie + ën (klemtoon op -ie)
-ee + ën
Griekse uitgang + 
-en
Latijnse uitgang -a
of + -s
-iën (klemtoon niet op -ie)

Slide 10 - Sleepvraag

Slide 11 - Tekstslide

Geen meervoud
Korte klinker wordt lang
Ander meervoud, andere betekenis

Slide 12 - Sleepvraag