3.2 Nederland: Energie om je heen

3.2 Nederland:
Energie om je heen





Pak uw boek, log in de lesson-up
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

3.2 Nederland:
Energie om je heen





Pak uw boek, log in de lesson-up

Slide 1 - Tekstslide

3.2 Nederland:
Energie om je heen

VANDAAG
Toets?
* Korte herhaling 3.1
*Uitleg 3.2
*
Filmpje
* Opdrachten maken


Slide 2 - Tekstslide

3.2 Nederland:
Energie om je heen

* Je kunt beschrijven welke rol Nederland speelt in de distributie (verspreiden) van energiebronnen in West-Europa.
* Je begrijpt hoe door nieuwe energiebronnen ook het landschap kan veranderen.
* Je weet waarom Nederland de aardgaswinning in Groningen stopzet.

Slide 3 - Tekstslide

Nederlandse energie is vooral afhankelijk van...
A
Fossiele brandstoffen
B
Windkracht
C
Kernenergie
D
Zonne-energie

Slide 4 - Quizvraag

De helft van de energie die NL jaarlijks nodig heeft, wordt geleverd door...
A
De steenkolenmijnen
B
De aardgasvelden
C
De aardolievelden
D
Kerncentrales

Slide 5 - Quizvraag

Hoeveel kerncentrales heeft Frankrijk?
A
2
B
35
C
47
D
Meer dan 50

Slide 6 - Quizvraag

Water speelt in Frankrijk een grote rol voor het opwekken van energie. Op welke manier?
A
Waterkrachtcentrales, dijken, getijdencentrales
B
Waterpompen, dijken en gemalen
C
Waterkrachtcentrales, stuwdammen, getijdencentrales
D
Waterpompen, stuwdammen, gemalen

Slide 7 - Quizvraag

Energie opwekken d.m.v. waterkracht is in Frankrijk mogelijk door..
A
Het vele water
B
Het reliëf (hoogteverschil) in het landschap
C
De vele rivieren
D
De zee

Slide 8 - Quizvraag

Wat is een groot verschil tussen het energieverbruik in Nederland en Frankrijk?
A
Frankrijk heeft minder kerncentrales dan Nederland
B
Nederland is veel duurzamer
C
Frankrijk is veel duurzamer
D
Nederland gebruikt meer kernenergie dan Frankrijk

Slide 9 - Quizvraag

De rook die ontstaat door het verbranden van fossiele brandstof zit vol met...
A
Plantenresten en CO2
B
Roetdeeltjes en CO2
C
Roetdeeltjes en aardgas
D
Plantenresten en aardgas

Slide 10 - Quizvraag

Fossiele brandstoffen zijn onder andere: (meerdere antwoorden goed)
A
Steenkool
B
Aardgas
C
Aardolie
D
Klei

Slide 11 - Quizvraag

Wat komt er vrij als je uranium in een kerncentrale splijt?
A
stoom
B
rook
C
warmte
D
elektriciteit

Slide 12 - Quizvraag

3.2 Nederland:
Energie om je heen

* Je kunt beschrijven welke rol Nederland speelt in de distributie (verspreiden) van energiebronnen in West-Europa.
* Je begrijpt hoe door nieuwe energiebronnen ook het landschap kan veranderen.
* Je weet waarom Nederland de aardgaswinning in Groningen stopzet.

Slide 13 - Tekstslide

Samen lezen 3.2
blz. 86

Slide 14 - Tekstslide

Energiecentrales
Zo'n 70 thermische centrales, vaak aan het water, waarom?

  • Aanvoer van brandstoffen;
  • gebruikt als koelwater;
  • gebruikt voor het opwekken van stroom.
Thermische centrale: elektriciteit wordt opgewekt door de verbranding van aardolie, aardgas, bruinkool of steenkool.

Slide 15 - Tekstslide

Aardgas
Aardgas komt uit Groningen.
Gevolgen?

  • Bodemdaling;
  • aardbevingen;
  • schade.
    = sporen in het landschap

Slide 16 - Tekstslide

De aardwinning in Groningen is stopgezet omdat..

..de winning zorgt voor bodemdaling. Zo ontstaan aardbevingen waardoor huizen beschadigen.

Slide 17 - Tekstslide

Energiedistributeur
Nederland is actief in de handel in energie.
  • Grootste kolenhavens van Europa in Amsterdam en Rotterdam; 
  • Grootste oliehaven van Europa;
  •  30% van Europees gas komt uit Nederland;
  • Veel offshore windparken

Slide 18 - Tekstslide

Energiedistributeur
 Zo speelt Nederland een belangrijke rol in de distributie van energie in West-Europa.

Slide 19 - Tekstslide

Energietransitie
De overgang naar andere (duurzame) energiebronnen
wordt de energietransitie genoemd.
Dat zie je terug in het landschap.
 
Windturbines hoger dan een flatgebouw en zonnevelden met meer dan 100 000 panelen zijn geen uitzondering meer (maar wel vaak reden tot discussie!).

Slide 20 - Tekstslide

Maak de opdrachten
,Lees de tekst van paragraaf 3.2
Maak paragraaf 3.2: verkorte leerroute (1,2,4,6)
Klaar?
Maak de extra opdracht (digitaal).
Klik op 3.2., klik dan op extra opdrachten,
maak Box 2a.
Klaar? Maak box 2.4

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video