10.1 Het zintuigenstelsel

Thema 10 Zintuigen
10.1 Het zintuigenstelsel


1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Thema 10 Zintuigen
10.1 Het zintuigenstelsel


Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Voorkennis:
Wat is het verschil tussen een impuls en een prikkel?

Slide 3 - Open vraag

Sleep de tekst naar het juiste plaatje.
Zintuigen zetten prikkels om in impuls
Zenuwen sturen impuls naar hersenen
Bewust van de prikkel, hersenen nemen beslissing
Hersenen sturen impuls naar zenuwen
Lichaam reageert op prikkel

Slide 4 - Sleepvraag

Zintuigen
Zintuig: orgaan dat reageert op een prikkel uit je omgeving.
Alle zintuigen samen noem je het zintuigenstelsel. 
De informatie uit de zintuigen wordt verwerkt in je hersenen.

Slide 5 - Tekstslide

Zintuigen
In zintuigen liggen zintuigcellen aangesloten met de hersenen. 
Prikkels worden impulsen. Impulsen gaan door de zenuwen naar de hersenen. 

Slide 6 - Tekstslide

Zintuigenstelsel
  1. Gezichtszintuig -ogen
  2. Gehoorzintuig -oren
  3. Evenwichtszintuig -oren
  4. Reukzintuig - neus
  5. Smaakzintuig - tong
  6. Warmtezintuig -huid
  7. Koudezintuig - huid
  8. Drukzintuig - huid
  9. Tastzintuig - huid

Slide 7 - Tekstslide

Huid
  • Warmte (als iets warmer is dan je huid)
  • Kou (als iets kouder is dan je huid)
  • Druk (als er op je huid wordt gedrukt)
  • Tast (lichte aanraking)

Pijn (niet alleen in huid, ook dieper gelegen organen)

Slide 8 - Tekstslide

De belangrijkste zintuigen liggen 
in je ogen, in je oren, in je neus, 
in je tong en in je huid.

Slide 9 - Tekstslide

Hoe ontstaat een impuls?
Een zintuigcel zal een prikkel alleen in een impuls omzetten als de prikkel genoeg is.
De zwakste prikkel die een impuls veroorzaakt noem je de drempelwaarde.
Een prikkel die zwakker is dan de drempelwaarde wordt niet omgezet in een impuls.

Op welk punt hoor jij niets meer?

Slide 10 - Tekstslide

Het onstaan van impulsen
Een type zintuigcel is heel gevoelig voor één bepaalde prikkel:
Dit heet de adequate prikkel.
(oor vangt geen licht op, oog hoort niet).
Zintuigcellen kunnen ook andere prikkels waarnemen, bv. 'sterretjes' zien als er iets hard tegen je ogen aan komt. De prikkel 'druk' wordt omgezet in een impuls 'licht". Als een zintuigcel op een andere prikkel reageert dan waar die voor gemaakt is dan noem je het een niet - adequate prikkel

Slide 11 - Tekstslide

Waarneming
1. Gewenning: als een prikkel vaak wordt herhaald reageer je er niet meer op. Na verloop van tijd ontstaan er minder impulsen in de zintuigcellen.
2. Door motivatie: als je aandachtig luistert hoor je zachtere geluiden wel, de drempelwaarde gaat dan omlaag. 
Tikkende klok
Geur in kamer
Pikant eten
Heet bad
Donkere kamer
Kleren

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Aan het werk! Biologie
Wat? 10.1  Het zintuigenstelsel - opdrachten 1 t/m 10


Heb je vragen? Steek je hand op en ik kom bij je. 
Klaar? Test Jezelf!

timer
1:00

Slide 14 - Tekstslide

Even oefenen

Slide 15 - Tekstslide

Combineer het zintuig met de juiste plek in het lichaam.
In de ogen
In de huid (2x)
In de neus
In de oren (2x)
In de tong
Gezichtszintuig
Evenwichtszintuig
Reukzintuig
Smaakzintuigen
Warmte- en 
Koudezintuigen
Druk- en 
tastzintuigen
Gehoorzintuigen

Slide 16 - Sleepvraag

Combineer de juiste adequate prikkel met het zintuig.
Licht
Zwaartekracht
Geur
Smaak
Warmte
Geluid
Gezichtszintuig
Evenwichtszintuig.
Reukzintuig
Smaakzintuig
Gehoorzintuig
Warmtezintuig

Slide 17 - Sleepvraag

Na verloop van tijd hoort iemand de klok niet meer tikken.
Wat is er met de drempelwaarde gebeurt?
Wat is de term voor dit verschijnsel?
A
De drempelwaarde is lager komen te liggen. Dit heet een adequate prikkel.
B
De drempelwaarde is hoger komen te liggen. Dit heet een adequate prikkel.
C
De drempelwaarde is lager komen te liggen. Dit heet gewenning.
D
De drempelwaarde is hoger komen te liggen. Dit heet gewenning.

Slide 18 - Quizvraag

Uitleg antwoord
Als de drempelwaarde hoger wordt, moet de sterkte van de prikkel groter zijn om een impuls te veroorzaken.
Als de klok ineens harder gaat tikken of gaat slaan (bv. bij een koekoeksklok), zul je het wel weer gaan horen. Dan is de prikkel weer sterk genoeg om impulsen te laten ontstaan.

Slide 19 - Tekstslide

Wat gebeurt er met de drempelwaarde van je gehoor als je je concentreert om goed te luisteren?

A
De drempelwaarde wordt hoger.
B
De drempelwaarde wordt lager.

Slide 20 - Quizvraag

Uitleg antwoord
Voordat je je ging concentreren was de sterkte van de prikkel niet groot genoeg om een impuls te laten ontstaan. Als je je wel gaat concentreren, verlaag je bewust de drempelwaarde en ontstaan er al bij een zacht geluid impulsen.

Slide 21 - Tekstslide