3KDB - Recap Chapter 1

• Engels
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

Recap

Proefwerk Chapter 1 

voorbereiden

Vandaag krijgen jullie in deze lessonup

opdrachten en vragen zoals je die ook

in het PW kan verwachten.

Good luck!

Maar kun je dit ook toepassen?

Vul de juiste vorm van het werkwoord in. Welke tijd gebruik je en hoe maak je die?

He .... (call) someone now.

Vul de juiste vorm van het werkwoord in. Welke tijd gebruik je en hoe maak je die?

She .... (work) at the store every week.

Vul de juiste vorm van het werkwoord in. Welke tijd gebruik je en hoe maak je die?

... you ... (walk) to school right now?

Vul de juiste vorm van het werkwoord in. Welke tijd gebruik je en hoe maak je die?

I ... ... (not - work) at the store every week.

Maar kun je ook zelf tag questions maken?

Kies de juiste tag question:

You can speak English, ...

1. can you?
2. can't you?
3. do you?
4. don't you?

Kies de juiste tag question:

They don't sing well, ...

1. does they?
2. doesn't they?
3. do they?
4. don't they?

Kies de juiste tag question:

I am late, ...

1. aren't I?
2. amn't I?
3. are I?
4. am I?

Bij de volgende vragen ga je zelf een tag question maken.

Schrijf alleen de tag op, geen komma's of vraagtekens

I don't like this, ...?

You are ready, ...?

You aren't ready, ...?

Grammar 4 - some/any/every + thing/body/where

* some:     bij normale zinnen
                   bij vraagzinnen waar je 'ja' op kan antwoorden.

                   beperkt aantal

* any:         bij vraagzinnen

                   bij ontkennende zinnen

                   onbeperkt aantal

* every:      als je het hebt over 'alle'

Grammar 4 - some/any/every + thing/body/where

* -thing:    bij dingen
                   

* -body:     bij mensen

        

* -where:   bij plaatsen

Maar kun je dit ook toepassen in zinnen?

some

any

every

Bij de volgende opdrachten ga je het juiste woord kiezen.

You can ask me ... about my job.

1. anywhere
2. anybody
3. anything

I don't know ... who could help us.

1. somebody
2. anybody
3. everybody
4. anything

I see flowers ... I look!

1. anywhere
2. somewhere
3. everything
4. everywhere

Hoe gingen de grammar opdrachten?

😒🙁😐🙂😃

Maar ken je ook de Theme words?

Sleep de Engelse vertaling naar het Nederlandse woord:

beleefd

bazig

zeker weten

ruzie

kinderachtig

polite

bossy

definitely

fight

childish

Wat is 'stil' in het Engels?

Wat is 'trouwens' in het Engels?

Wat is 'vriendelijk' in het Engels?

Wat betekent 'absolutely'?

Wat betekent 'for sure'?

Ben je klaar voor de toets?

😒🙁😐🙂😃

En nu?

Maken herhalingsopdrachten Chapter 1

Boek blz. 178 -181

exercise 1  ( a,b,c)

exercise 2 (a)

exercise 3 (a,b,c)