LU 2: Leerdoel 11 t/m 14: Werken met de atlas: Oceanen en Gebergten

Werken met de atlas:
 


Leerdoelen 11 t/m 14: 
Oceanen / Gebergten 
 

2
1 / 54
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 54 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Werken met de atlas:
 


Leerdoelen 11 t/m 14: 
Oceanen / Gebergten 
 

2

Slide 1 - Tekstslide


 


In de komende lessen leer je welke gebergten en oceanen er op aarde zijn. Uiteindelijk 
kun jij steeds beter een volledig beeld vormen van de wereld. 
 
Werken met de atlas:

Slide 2 - Tekstslide

Oceanen

LEERDOEL 11: Ik kan de oceanen bij naam noemen en in de juiste spelling schrijven.
LEERDOEL 12: Ik kan de oceanen op de juiste plek aanwijzen op een wereldkaart.


Slide 3 - Tekstslide

Welke oceanen ken je al?

Slide 4 - Woordweb

Oceanen
Oceanen zijn onvoorstelbaar groot en diep. De diepste plek is ongeveer 11 kilometer diep. De oceaanbodem bestaat uit vlaktes, bergen en diepe dalen. 
In de oceanen leven ongeveer  200.000 diersoorten.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Link

Oceanen

Slide 7 - Tekstslide

De 5 oceanen
  • Atlantische oceaan
  • Grote oceaan (ook wel stille oceaan)
  • Indische oceaan
  • Noordelijke ijszee
  • Zuiderlijke ijszee
De 5 oceanen
A = Grote oceaan of Stille Oceaan (Pacifische Oceaan)
B= Noordelijke IJszee (Arctische oceaan)
C = Atlantische Oceaan
D = Zuidelijke IJszee (Antarctische Oceaan)
E = Indische Oceaan

Alle oceanen op aarde zijn met elkaar verbonden.
Samen vormen zij een grote massa zoutwater.



Denk aan hoofdletters!

Slide 8 - Tekstslide

Nu oefenen

Slide 9 - Tekstslide

Aan welke twee oceanen ligt Canada?
A
Atlantische Oceaan en Grote Oceaan
B
Atlantische Oceaan en Indische Oceaan
C
Grote Oceaan en Indische Oceaan
D
Grote Oceaan en de Noordzee

Slide 10 - Quizvraag

Zoek op internet:
De Indische Oceaan is warmer dan de Atlantische Oceaan.
A
juist
B
onjuist

Slide 11 - Quizvraag

Oceaan C heet .....
A
Grote of Stille Oceaan
B
Indische Oceaan
C
Atlantische Oceaan
D
Noordelijke IJszee

Slide 12 - Quizvraag

De oceaan tussen de Verenigde Staten en Europa is de Stille Oceaan
A
ja
B
nee

Slide 13 - Quizvraag

Welke oceaan hoort bij letter B?
A
Atlantische Oceaan
B
Zuidelijke Oceaan
C
Indische Oceaan
D
Grote of Stille Oceaan

Slide 14 - Quizvraag

Welke oceaan hoort bij letter A?
A
Atlantische Oceaan
B
Zuidelijke Oceaan
C
Indische Oceaan
D
Grote of Stille Oceaan

Slide 15 - Quizvraag

Welke oceaan hoort bij letter C?
A
Atlantische Oceaan
B
Zuidelijke Oceaan
C
Indische Oceaan
D
Grote of Stille Oceaan

Slide 16 - Quizvraag

Welke oceaan hoort bij letter D?
A
Noordelijke IJszee
B
Zuidelijke IJszee
C
Indische Oceaan
D
Grote of Stille Oceaan

Slide 17 - Quizvraag

Welke oceaan hoort bij letter B?
A
Noordelijke IJszee
B
Zuidelijke IJszee
C
Indische Oceaan
D
Grote of Stille Oceaan

Slide 18 - Quizvraag

Wat is een andere naam voor de Noordelijke IJszee?

Slide 19 - Open vraag

Wat is een andere naam voor de Zuidelijke IJszee?

Slide 20 - Open vraag

Wat is het verschil tussen een oceaan en een zee?

Slide 21 - Open vraag

Noem de 5 oceanen
(let op de spelling)

Slide 22 - Woordweb

De 5 oceanen
  • Atlantische oceaan
  • Grote oceaan (ook wel stille oceaan)
  • Indische oceaan
  • Noordelijke ijszee
  • Zuiderlijke ijszee
De 5 oceanen
A = Grote Oceaan of Stille Oceaan (Pacifische Oceaan)
B= Noordelijke IJszee (Arctische Oceaan)
C = Atlantische Oceaan
D = Zuidelijke IJszee (Antarctische Oceaan)
E = Indische Oceaan

Alle oceanen zijn met elkaar verbonden.
Samen vormen zij een grote massa zoutwater.


Slide 23 - Tekstslide

Had je alle 5 de oceanen goed geschreven?
A
ja
B
nee

Slide 24 - Quizvraag

LEERDOEL 11: Ik kan de oceanen bij naam noemen
en in de juiste spelling schrijven.
Beantwoord je leerdoel hieronder
πŸ˜’πŸ™πŸ˜πŸ™‚πŸ˜ƒ

Slide 25 - Poll

LEERDOEL 12: Ik kan de oceanen op de juiste plek
aanwijzen op een wereldkaart.
Beantwoord je leerdoel hieronder
πŸ˜’πŸ™πŸ˜πŸ™‚πŸ˜ƒ

Slide 26 - Poll

Gebergten

LEERDOEL 13: Ik kan de grote gebergten bij naam noemen en in de juiste spelling schrijven.
LEERDOEL 14: Ik kan de gebergten op de juiste plek aanwijzen op een wereldkaart.


Slide 27 - Tekstslide

Ken je al gebergten?

Slide 28 - Open vraag

Gebergten

Slide 29 - Tekstslide

Verschil tussen een berg en een gebergte
Berg = 1 stuk 
+ hoogtegetal
Gebergte = meer bergen

Slide 30 - Tekstslide

7 grote gebergten per werelddeel
1= Noord-Amerika = Rocky Mountains
2= Zuid-Amerika = Andes
3= Europa = Alpen
4= Afrika = Atlasgebergte
5= AziΓ« = Himalaya 
6= AustraliΓ« / OceaniΓ« = Great Dividing Range
7 = Zuidpool / Antarctica = Transarctisch Gebergte

Denk aan hoofdletters!

Slide 31 - Tekstslide

Gebergten = Bergketens

Slide 32 - Tekstslide

Bergen
Gebergten zien er verschillend uit.

Slide 33 - Tekstslide

Sommige gebergten zijn heel hoog.
Dat noem je hooggebergte.
Daar zijn de bergen allemaal hoger dan 1500 meter. 

Slide 34 - Tekstslide

Nu oefenen

Slide 35 - Tekstslide

Op nummer
3 liggen de
A
Alpen
B
Rocky Mountains
C
Himalaya
D
Andes

Slide 36 - Quizvraag

Op nummer
5 liggen de
A
Alpen
B
Rocky Mountains
C
Himalaya
D
Andes

Slide 37 - Quizvraag

De Andes ligt
op nummer...
A
1
B
2
C
3
D
5

Slide 38 - Quizvraag

Op nummer
1 liggen de
A
Alpen
B
Rocky Mountains
C
Himalaya
D
Andes

Slide 39 - Quizvraag

Op nummer
6 liggen de
A
Alpen
B
Great Dividing Ranges
C
Himalaya
D
Andes

Slide 40 - Quizvraag

Het Atlasgebergte
ligt op nummer...
A
3
B
4
C
5
D
6

Slide 41 - Quizvraag

Het gebergte in Antarctica heet...

Slide 42 - Open vraag

In welke landen ligt de Andes?
(7 landen!)

Slide 43 - Open vraag

In welke landen liggen de Rocky Mountains?
(2 landen)

Slide 44 - Open vraag

In welke landen liggen de Himalaya?
(4 landen!)

Slide 45 - Open vraag

In welke landen liggen de Alpen?
(8 landen!)

Slide 46 - Open vraag

Er zijn nog veel meer gebergten op aarde. 
Maak de volgende oefening. 
Je mag de antwoorden opzoeken met hulp van internet of de Kleine Bosatlas, als je dat wilt.

Slide 47 - Tekstslide

Slide 48 - Link

LEERDOEL 13: Ik kan de grote gebergten bij naam
noemen en in de juiste spelling schrijven.
Beantwoord je leerdoel hieronder
πŸ˜’πŸ™πŸ˜πŸ™‚πŸ˜ƒ

Slide 49 - Poll

LEERDOEL 14: Ik kan de gebergten op de juiste
plek aanwijzen op een wereldkaart.
Beantwoord je leerdoel hieronder
πŸ˜’πŸ™πŸ˜πŸ™‚πŸ˜ƒ

Slide 50 - Poll

Exit Ticket 3-2-1
Hoe goed heb je de leerdoelen begrepen?
πŸ˜’πŸ™πŸ˜πŸ™‚πŸ˜ƒ

Slide 51 - Poll

Schrijf 3 dingen op die je met deze lessen geleerd hebt.

Slide 52 - Open vraag

Leg 2 dingen goed uit die je geleerd hebt deze les.

Slide 53 - Open vraag

Stel 1 vraag over iets wat je nog niet zo goed begrepen hebt.

Slide 54 - Open vraag