5.2 Hitlers oorlog

Hallo!


Niet vergeten;
- Telefoon in je kluisje! Als ik hem zie in de les, ben je hem kwijt tot het einde van de dag!
- Wil je iets zeggen of vragen? Steek je hand omhoog.
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Hallo!


Niet vergeten;
- Telefoon in je kluisje! Als ik hem zie in de les, ben je hem kwijt tot het einde van de dag!
- Wil je iets zeggen of vragen? Steek je hand omhoog.

Slide 1 - Tekstslide

Oriëntatie
Tijdvak 9, tijd van de wereldoorlogen          1900-1950



Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Heb je al je vingers nog?
A
Ja!
B
Nee :'(
C
Vingers wel, tenen niet...
D
Vingers, wat is dat?

Slide 4 - Quizvraag

Wat weet jij al van de Tweede Wereldoorlog?

Slide 5 - Woordweb

5.2
Hitlers oorlog
B2

Slide 6 - Tekstslide

Dagmenu
1. Introductie                       (5min)
2. Hitlers oorlog                   (15min)
3. Opdrachten                     (15min)
4. Afsluiting                          (5min)

Slide 7 - Tekstslide

Tijd van Wereldoorlogen

Slide 8 - Tekstslide

Leerdoel
Hoe verliep de Tweede Wereldoorlog?

Slide 9 - Tekstslide

De Duitse aanval
Op 1 september 1939 viel het Duitse leger Polen aan. De Poolse soldaten konden niet op tegen het enorme moderne Duitse leger. Hitler wilde beslist geen loopgravenoorlog, zoals tijdens de Eerste Wereldoorlog. Daarom liet hij zijn soldaten snel grote gebieden bezetten. Frankrijk en Engeland waren bondgenoten van Polen. Zij verklaarden de oorlog aan Duitsland. Ook zij konden de Duitsers niet tegenhouden. In een jaar veroverde Hitler het westen van Europa. Alleen Engeland werd niet veroverd.


Slide 10 - Tekstslide

Aanval: Sovjet-Unie
Hitler keek ook verder naar het oosten. Daar lag de Sovjet-Unie, het grootste land ter wereld. Hitler en Stalin, de leider van de Sovjet-Unie, hadden afgesproken om elkaars landen niet aan te vallen. Maar Hitler hield zich niet aan zijn woord. In 1941 vielen zijn legers de Sovjet-Unie binnen. 

Slide 11 - Tekstslide

Aanval: Sovjet-Unie
Snel veroverden ze enorme gebieden. Maar toen werd het winter. In delen van de Sovjet-Unie werd het zo koud dat zelfs de diesel in de tanks bevroor. Het Russische leger en hun tanks waren beter voorbereid op deze kou. Langzaam stopte de Duitse aanval. In 1943 werd een groot Duits leger bij de stad Stalingrad verslagen. Rusland won daarna steeds meer gebied terug. De Slag om Stalingrad was een keerpunt in de oorlog.

Slide 12 - Tekstslide

Wanneer viel Hitler aan?
A
1 september 1939
B
10 december 1939
C
1 april 1940
D
10 mei 1940

Slide 13 - Quizvraag

Waar werden de Duitsers verslagen en wat betekende dit?

Slide 14 - Open vraag

Opdrachten/Huiswerk
Maak: 5.2A en 5.2B, Hitlers oorlog
Volgende les: 5.2 deel 2

Slide 15 - Tekstslide

Hallo!


Niet vergeten;
- Telefoon in je kluisje! Als ik hem zie in de les, ben je hem kwijt tot het einde van de dag!
- Wil je iets zeggen of vragen? Steek je hand omhoog.

Slide 16 - Tekstslide

Welk tijdvak zijn we nu?
A
Tijdvak 10,
B
Tijdvak 9
C
Tijdvak 8
D
Tijdvak 7

Slide 17 - Quizvraag

Hoe heet dit tijdvak?
A
Tijd van computer en televisie
B
Tijd van burgers en stoommachines
C
Tijd van wereldoorlogen
D
Tijd van pruiken en revoluties

Slide 18 - Quizvraag

5.2
Hitlers oorlog
B2

Slide 19 - Tekstslide

Dagmenu
1. Introductie                       (5min)
2. Hitlers oorlog                   (15min)
3. Opdrachten                     (15min)
4. Afsluiting                          (5min)

Slide 20 - Tekstslide

Tijd van Wereldoorlogen

Slide 21 - Tekstslide

Leerdoel
Hoe verliep de Tweede Wereldoorlog?

Slide 22 - Tekstslide

Terreur en propaganda
Dat gold ook voor de Duitse burgers. Hun steden werden verwoest door Engelse en Amerikaanse bommenwerpers. De Engelsen en Amerikanen hoopten dat het Duitse volk zich daardoor zou overgeven. Maar dat gebeurde niet. Door de terreur van Hitler durfden mensen niet in opstand te komen. Bovendien geloofden de meesten door de nazipropaganda dat de oorlog nodig was en dat ze voor een goede zaak vochten.

Slide 23 - Tekstslide

Terreur en propaganda
Tijdens de gevechten sneuvelden miljoenen soldaten. Maar ook de burgers hadden het zwaar in de oorlog. Bij bombardementen werden heel veel mensen gedood. Wie een bombardement overleefde, was vaak alles kwijt. Veel mensen leden honger.

Slide 24 - Tekstslide

Duitsland verslagen!
6 juni 1944: D-day. De Duitse soldaten die de Franse kust bewaakten, konden hun ogen niet geloven. Ze zagen duizenden schepen op zich afkomen! Daarin zaten soldaten uit Engeland, de Verenigde Staten, Canada en nog veel meer landen. De Duitsers verdedigden de kust goed. Er werd keihard gevochten en er vielen duizenden doden. Ten slotte veroverden de geallieerden een klein stukje van Frankrijk. Ze brachten er een enorm leger heen. Van daaruit vochten ze zich een weg naar Duitsland.

Slide 25 - Tekstslide

Duitsland verslagen!
Tegelijkertijd vochten in het oosten de Russen tegen Duitsland. In april 1945 ontmoetten de legers van de geallieerden elkaar, midden in Duitsland. Kort daarna pleegde Hitler zelfmoord. Op 7 mei 1945 gaf Duitsland zich over. De oorlog in Europa was voorbij.

Slide 26 - Tekstslide

Slavernij = Als een mens als iemands bezit wordt gezien, en gedwongen voor hem moet werken.

Slide 27 - Tekstslide

Opdrachten/Huiswerk
Maak: 5.2C, Hitlers oorlog
Volgende les: 5.3 Nederland bezet

Slide 28 - Tekstslide

Opdrachten/Huiswerk
Maak: 5.2A, 5.2B & 5.2C, Hitlers oorlog
Volgende les: 5.3 Nederland bezet

Slide 29 - Tekstslide