H3 Lidwoord (lw) en zelfstandig naamwoord (zn)

Lidwoord en zelfstandig naamwoord
Lidwoord en zelfstandig naamwoord
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Lidwoord en zelfstandig naamwoord
Lidwoord en zelfstandig naamwoord

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Je kunt een lidwoord in de zin herkennen.
Je kunt zelfstandige naamwoorden in de zin aanwijzen.

Slide 2 - Tekstslide

Woordsoorten
Woorden van een zin kan je indelen in woordsoorten.

We gaan kijken naar soorten woorden

Slide 3 - Tekstslide

De, het, een zijn voorbeelden van:
A
lidwoorden
B
zelfstandig naamwoorden
C
werkwoorden

Slide 4 - Quizvraag

Lidwoord
de
het
een

Slide 5 - Tekstslide

Zelfstandig naamwoord
mensen, dieren, dingen, planten

je kan er meestal een lidwoord voor zetten: de lucht, het boek
namen zijn ook zelfstandige naamwoorden: Karin, Disney, Noordik, Vroomshoop, Overijssel

Slide 6 - Tekstslide

Hij toonde een kaart met de route van de orkaan.

lw = 
zn = 

Slide 7 - Tekstslide

Hij toonde een kaart met de route van de orkaan.

lw = 
zn = 

Slide 8 - Tekstslide

Koeman kiest een opvallende opstelling tegen Duitsland.

lw = 
zn = 

Slide 9 - Tekstslide

Koeman kiest een opvallende opstelling tegen Duitsland.

lw = 
zn = 

Slide 10 - Tekstslide