Regels en wetten

• Maatschappijleer
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 4

Huisregels worden bepaald door:

1. de overheid
2. de politie
3. degenen met wie je samenwoont

Iedereen heeft recht op goed onderwijs. Daarom zijn er:

1. huiswerkregels
2. strenge straffen
3. schoolregels

Regels zijn er om:

1. je rustig te houden
2. veilig samen te leven
3. je dwars te zitten

In een rechtsstaat:

1. zijn de meeste wegen recht
2. worden de wetten gemaakt door de rechters
3. is iedereen gelijk voor de wet

In de grondwet staan:

1. de grondrechten van alle inwoners
2. regels en wetten voor het verkeer
3. regels en wetten voor het milieu

Een belangrijk grondrecht is:

1. iedereen is gelijkwaardig, discrimineren is verboden
2. iedereen heeft recht op een stuk grond
3. iedereen moet zorgen voor het milieu

Stelen en mishandelen zijn voorbeelden van:

1. overtredingen
2. misdrijven

Een conducteur handhaaft de wet. Hij is een:

1. politieagent
2. detective
3. handhaver

Belangrijke taken van de politie zijn:

1. orde handhaven en hulp bieden in noodgevallen
2. rommel achter mensen opruimen
3. kapotte vervoermiddelen wegslepen

De officier van justitie voert de taken uit van:

1. de politieagenten
2. het Openbaar Ministerie
3. de rechters

Een verdachte ontvangt een dagvaarding van:

1. de politie
2. de officier van justitie
3. de rechter

Een proces-verbaal is:

1. het verslag van een politieonderzoek
2. de uitnodiging voor een proces
3. een gesproken verslag

Wie mogen vragen stellen tijdens de rechtszaak?

1. de rechter, de getuigen, het publiek, de advocaat
2. de rechter, de getuigen, de deskundigen, de advocaat
3. de rechter, de officier, de advocaat of de verdachte

Wie worden naar Halt gestuurd?

1. jongeren tot 18 jaar die een misdrijf plegen
2. alle mensen die een overtreding begaan
3. daders van lichte misdrijven