1) wat zegt de titel?
2) wat zie je op de plaatjes?
3) hoofdpersonen?
4) lees de zin hardop voor (sommige woorden lijken heel erg op woorden uit het Nederlands, Engels of andere talen).
5) kom je er niet uit? Zoek de woorden zoals zelfstandig naamwoorden (met hoofdletter!) en werkwoorden op in een woordenboek of uitmuntend.de.