2mh - vocab unit 2
1 / 27
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
diagonaal
Slide 3 - Open vraag
hout
Slide 4 - Open vraag
fietser
Slide 5 - Open vraag
fietspad
Slide 6 - Open vraag
instappen = to get in
A
ja
B
nee
Slide 7 - Quizvraag
Slide 8 - Tekstslide
overstappen = to transfer
A
ja
B
nee
Slide 9 - Quizvraag
stoep
(er kunnen meerdere antwoorden goed zijn)
(er kunnen meerdere antwoorden goed zijn)
A
steep
B
pavement
C
streetwalk
D
side walk
Slide 10 - Quizvraag
gieten
Slide 11 - Open vraag
buitensport
Slide 12 - Open vraag
in de rij staan
Slide 13 - Open vraag
uitslapen
Slide 14 - Open vraag
Slide 15 - Tekstslide
construction = bouw
A
ja
B
nee
Slide 16 - Quizvraag
of its kind
A
van zijn soort
B
in zijn soort
Slide 17 - Quizvraag
bend
Slide 18 - Open vraag
traffic queue / traffic jam
Slide 19 - Open vraag
baking tin / baking pan
Slide 20 - Open vraag
bun
Slide 21 - Open vraag
delight
Slide 22 - Open vraag
to peel
A
schillen
B
pellen
Slide 23 - Quizvraag
amusing = vermakkelijk
A
ja
B
nee
Slide 24 - Quizvraag
leisure
Slide 25 - Open vraag
to take time off
Slide 26 - Open vraag
worthwhile = de moeite waard
A
ja
B
nee
