Le 5.1 VPP

Leereenheid 5
De klinische zorgvrager
VPP
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Leereenheid 5
De klinische zorgvrager
VPP

Slide 1 - Tekstslide

WELKOM
3 Kader
Welkom

Slide 2 - Tekstslide

Inhoud van LE 5
  •  Inbrengen van een perifeer infuus
  • Vloeistoffen via perifeer infuus toedienen/ Medicatie oplossen
  • Venapunctie
  • Vacuümpomp
  • Hechtingen verwijderen
  •  Onvoorziene situaties aan de hand van een casus /reanimatie

Slide 3 - Tekstslide

Inhoud les
Welkom
Klinisch redeneren ( Marc Bakker)
Uitleg wat is een infuus en soorten infusie
Verpleegkundige aandachtspunten
Complicaties bij inbrengen infuus

Slide 4 - Tekstslide

Wat is klinisch redeneren?

Slide 5 - Woordweb

Klinisch redeneren

  • bij klinisch redeneren doorloop je dezelfde stappen als in het zorgproces
  • dynamisch denkproces waarin je op een gestructureerde manier de     gezondheidssituatie van een zorgvrager beoordeelt
  • klinisch redeneren is het integreren en koppelen van je kennis over anatomie, fysiologie en  pathologie aan de situatie (probleem) om deze zo goed mogelijk in beeld te brengen. 

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Stap 1: Oriëntatie op situatie om klinisch beeld te vormen

    Wat neem ik waar bij de zorgvrager?

    Wat laten de metingen van de vitale functies zien?

    Welke medische voorgeschiedenis heeft de zorgvrager?

    Welke klachten heeft de zorgvrager op dit moment?
(bijv. SBAR/EWS/ABCDE)

Slide 9 - Tekstslide

Stap 2: Klinische probleemstelling (mogelijke problemen in kaart brengen)
Je koppelt je observaties en gegevens van de zorgvrager aan je eigen vakkennis en ervaring over ziektebeelden en de bijbehorende symptomen. 

Wat zou er aan de hand kunnen zijn?

Gebruik Omaha, levensdomeinen, ICF etc

Slide 10 - Tekstslide

Stap 3: Aanvullende observaties en onderzoeken
- Lichamelijk onderzoek
- Bloeddruk meten, pols tellen, ademhaling tellen, temperatuur meten
- bloedsuiker bepalen
- Urine strippen
- Navraag doen bij familie of andere disciplines van zorgvrager
enz.

Slide 11 - Tekstslide

Stap 4: klinisch/verpleegkundig beleid bepalen
Doel: zorgsituatie verbeteren of stabiliseren
Gericht op wat jij als verzorgende/verpleegkundige kan doen.

Slide 12 - Tekstslide

Stap 5: Verloop monitoren en evaluatie
Stap 6: Reflectie
- Heeft het beleid het gewenste effect? Waarom wel/niet?
- Is er nog iets anders aan de hand?
- Het proces evalueren


Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Infuus

Slide 15 - Tekstslide

Je kunt met een infuus vloeistoffen toedienen aan het lichaam
Welke vloeistoffen kan je toedienen?
-Fysiologisch zout
-Medicijnen
-Bloedcellen
-Glucose


Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Wanneer krijg je een infuus?
Noem 3 redenen

Slide 19 - Open vraag

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide