samenvatting voor toets cellen en organen havo 1 2021-2022

Thema 2 
Thema 2 Organen en Cellen
1 / 45
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 7 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Thema 2 
Thema 2 Organen en Cellen

Slide 1 - Tekstslide

Orgaanstelsel tot cel

Slide 2 - Tekstslide

Het torso:
Hoe heet het donker bruine orgaan?
A
Het hart
B
De maag
C
De long
D
De lever

Slide 3 - Quizvraag

Organenstelsels

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Slide 6 - Video

Welk orgaanstelsel heeft als taak om stevigheid te geven aan je lichaam?
A
Bloedvatenstelsel
B
Beenderstelsel
C
Ademhalingsstelsel
D
Verteringsstelsel

Slide 7 - Quizvraag

Wat is de taak van het bloedvatenstelsel?
A
Het vervoeren van stoffen
B
Ademhalen
C
Stevigheid geven
D
Het verteren van je eten

Slide 8 - Quizvraag

Bekijk afbeelding 3 
blz 88 en zoek de nummers van de organen op

Slide 9 - Tekstslide

Schrijf de nummers op met antwoorden
Controleer daarna of je de juiste antwoorden hebt
( zie bld 91 ) 

Slide 10 - Tekstslide

Organen van planten

Slide 11 - Tekstslide

Zijn de wortels van planten organen?
A
nee, planten hebben geen organen
B
nee, maar de bloem is wel een orgaan van een plant
C
ja, de wortels zijn inderdaad organen
D
nee, ze slaan alleen reservestoffen op

Slide 12 - Quizvraag

Wortelstelsel

Slide 13 - Tekstslide

Wortelstelsel
Functies wortelstelsel:
  1. Water en mineralen opnemen.
  2. Plant stevig vastzetten.
  3. Reservestoffen opslaan.

Slide 14 - Tekstslide

Wortelharen 

Slide 15 - Tekstslide


wortelharen
 
Wortelharen nemen water + mineralen op uit de bodem. 

 



Slide 16 - Tekstslide

Wortels hebben drie functies:, functie 1 en 2:
1. Wortels zetten de plant vast in de bodem.
2. Wortels nemen water en voedingsstoffen op uit de bodem.
Welke functie klopt?
A
Alleen functie 1
B
Alleen functie 2
C
Functie 1 en functie 2
D
Geen van beide functies

Slide 17 - Quizvraag

Vaatbundels

Slide 18 - Tekstslide

Houtachtige planten
(stevigheid door hout)
Kruidachtige planten 
(stevigheid door water)

Slide 19 - Tekstslide

bladeren

onderdelen van bladeren:
  • bladschijf met bladmoes, hoofdnerf en zijnerven
  • bladsteel

functie van bladeren:
  • Bladeren maken glucose (voedsel voor de plant)
  •  Bladeren maken zuurstof 

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Slide 22 - Video

Slide 23 - Video

Vatenstelsel
Functie vatenstelsel is transport.

Water en mineralen gaan van de wortels naar andere delen.
Glucose gaat van de bladeren naar andere delen.

Slide 24 - Tekstslide

weefsels
Een groep cellen met dezelfde vorm en functie noem je een weefsel.
bijvoorbeeld de botcellen samen vormen het botweefsel.

Slide 25 - Tekstslide

Zenuwweefsel

Slide 26 - Tekstslide

Botweefsel
In botweefsel liggen de cellen in kringen rondom kleine kanaaltjes 

Slide 27 - Tekstslide

Kraakbeenweefsel
Kraakbeenweefsel bestaat uit cellen die in tussencelstof liggen. 

Slide 28 - Tekstslide

Kraakbeenweefsel en botweefsel

Slide 29 - Tekstslide

Tussencelstof
- Tussen de cellen van weefsels kunnen zich andere stoffen bevinden. Dit noem je tussencelstof.
- Botcellen zetten kalk af. Deze tussencelstof zorgt voor de hardheid van botten

Slide 30 - Tekstslide

tussencelstof
in het weefsel zit tussen de cellen tussencelstof.

dit kan zacht matriaal zijn maar kan ook hard zijn. 
ze kunnen stevigheid bieden. 

Slide 31 - Tekstslide

weefsels plant
Een plant heeft ook weefsels. De huid van de plant = opperhuid (beschermt)
in de opperhuid zitten kleine openingen: huidmondjes.
Huidmondjes om te ademen: koolstofdioxide opnemen en zuurstof afgegeven.
Ook water verdampt via de huidmondjes (als bescherming voor de zon zitten ze dus aan onderkant blad)
Te warm of te droog? Huidmondjes sluiten

Slide 32 - Tekstslide

Boom
  • Cambium: laag cellen onder de schors
  • Hoe komen de jaarringen?
  • Lente: harde groei: cellen groot en licht
    Zomer: langzame groei
  • oudste: in het midden

Slide 33 - Tekstslide

Jaarringen
Een jaarring geeft dus in feite aan hoe veel hout er is bijgekomen in een jaar. Een jonge boom is dunner dan een oude boom, dus de jaarringen binnenin zijn ouder dan de jaarringen aan de buitenkant.

Slide 34 - Tekstslide

Jaarringen
Elk jaarring is 1 jaar aan groei. Dikke jaarringen geven aan dat er dat jaar veel groei is door gunstige omstandigheden. Dunne jaarringen geven aan dat er dat jaar weinig groei is door ongunstige omstandigheden.

Slide 35 - Tekstslide

Jaarringen boom
Cambium

Slide 36 - Tekstslide

Weefsel in een boomstam
Cambium

Laag cellen dicht onder de schors
Het cambium vormt nieuw hout

Slide 37 - Tekstslide

Dierlijke cel
Plantaardige cel

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Video

celorganellen: bijv. celmembraan, celkern, vacuole, plastiden
plastiden: bladgroen-, kleurstof-, zetmeelkorrels

Slide 40 - Tekstslide

Plastiden

Slide 41 - Tekstslide

Slide 42 - Video

Nog wat extra oefeningen?


GA NAAR DE VOLGENDE SLIDE






Slide 43 - Tekstslide

Slide 44 - Link

Toets thema 2
Vrijdag 10 december
Via Lessonup 
Je Ipad moet "vol "zijn



Slide 45 - Tekstslide