PA2 H3 herhaling

De plaats van de bijvoeglijke naamwoord
• In het Spaans staat het meestal achter de zelfstandige naamwoord> Alan tiene los ojos marrones (Alan heeft bruine ogen)

• Bijvoeglijke naamwoorden komen vóór de zelfstandige naamwoord alleen bij hoeveelheden! > Tengo poco dinero (ik heb weinig geld) 


1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
spaansSecondary Education

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

De plaats van de bijvoeglijke naamwoord
• In het Spaans staat het meestal achter de zelfstandige naamwoord> Alan tiene los ojos marrones (Alan heeft bruine ogen)

• Bijvoeglijke naamwoorden komen vóór de zelfstandige naamwoord alleen bij hoeveelheden! > Tengo poco dinero (ik heb weinig geld) 


Slide 1 - Tekstslide

Hoeveelheden...
Poco/a - weinig/een beetje
medio/a- halve
otro/a- nog een keer/ een andere
mucho/a- veel
demasiado/a- te veel 

Slide 2 - Tekstslide

Vertaal de volgende zin in het Spaans. Let op de plaats van de Bijv nw
Ik heb veel sneakers

Slide 3 - Open vraag

Vertaal de zin in het Spaans. Let op de plaats van de bijv. nw
Ik draag een mooie rok

Slide 4 - Open vraag

Slide 5 - Tekstslide

Geef de rijtje van de werkwoord JUGAR

Slide 6 - Open vraag

Geef de rijtje van de werkwoord DORMIR

Slide 7 - Open vraag

Wat is de juiste werkwoordsvorm?
Yo (volver) ______ a la casa a las dos de la tarde
A
volvo
B
vuelo
C
vuelvo
D
vuelve

Slide 8 - Quizvraag

Wat is de juiste werkwoordsvorm?
Mis primos (jugar) ______ al fútbol
A
juegan
B
juega
C
jugan
D
juga

Slide 9 - Quizvraag

Wat is de juiste werkwoordsvorm?
Mi abuela (dormir) ______ muchas horas
A
duermo
B
duerme
C
dorme
D
duermen

Slide 10 - Quizvraag

Maak een zin met JUGAR. Gebruik je woordenschatlijst van H3.

Slide 11 - Open vraag