6.4, isoleren

Isolatie
Isolatiemateriaal bestaat uit kleine luchtzakjes. Lucht is een slechte warmtegeleider, en dus een goede isolator!
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 3

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Isolatie
Isolatiemateriaal bestaat uit kleine luchtzakjes. Lucht is een slechte warmtegeleider, en dus een goede isolator!

Slide 1 - Tekstslide

Hst 6.4 "Isoleren"

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen

  • Je kunt beschrijven op welke drie manieren warmteverlies bij een huis ontstaat.
  • Je kunt uitleggen waardoor in een goed geïsoleerd huis minder verwarmd hoeft te worden.
  • Je kunt de werking van warmte-isolerende maatregelen uitleggen.

Slide 3 - Tekstslide

Vandaag
Herhaling van vorige lessen
Uitleg over warmtetransport en isoleren



Slide 4 - Tekstslide

Marcella gaat een kampvuur maken met 700 gram hout (verbrandingswarmte 16 MJ/kg), hoeveel warmte komt er vrij als ze al het hout verbrand?
A
22 857 143 J
B
11 200 J
C
11 200 000 J
D
22857 J

Slide 5 - Quizvraag

De verbrandingswarmte van biogas is 21 MJ/m3. Hoeveel verbrandingswarmte zit er in 12,5 m3 biogas?
A
263 MJ
B
263 kJ
C
1,68 MJ
D
1,68 kJ

Slide 6 - Quizvraag

Een elektrische frituurpan van 2400W doet er 8 minuten over om het vet te verwarmen tot 180graden. Hoeveel warmte heeft de pan geleverd?

Slide 7 - Open vraag

Een dompelaar heeft een vermogen van 24 W. Hoeveel warmte levert de dompelaar in 2 minuten?

Slide 8 - Open vraag

Een elektrische frituurpan van 2400W doet er 8 minuten over om het vet te verwarmen tot 180graden. Hoeveel warmte heeft de pan geleverd?

Slide 9 - Open vraag

Met welke formule bereken je het energie(verbruik)?

Slide 10 - Open vraag

Welke energie omzetting vindt plaats in een elektrische warmtebron?

Slide 11 - Open vraag

Een dompelaar heeft een vermogen van 24 W. Hoeveel warmte levert de dompelaar in 2 minuten?

Slide 12 - Open vraag

960 000 J = ...... KJ

Slide 13 - Open vraag

Wat is het absolute nulpunt?
A
0 graden Celsius
B
-273 graden celsius
C
273 Kelvin
D
-273 Kelvin

Slide 14 - Quizvraag

Welke grootheid hoort bij Kelvin?
A
Lengte
B
Massa
C
Gewicht
D
Temperatuur

Slide 15 - Quizvraag

Hoeveel Kelvin is 100 graden Celsius
A
373
B
173
C
73
D
-273

Slide 16 - Quizvraag

oefenen met omrekenen van graden Celsius naar Kelvin:
15 graden Celsius =
A
-258 K
B
15 K
C
288 K
D
268 K

Slide 17 - Quizvraag

oefenen met omrekenen van Kelvin naar graden Celsius:
47 K =
A
32 graden Celsius
B
320 graden Celsius
C
- 126 graden Celcius
D
-226 graden Celsius

Slide 18 - Quizvraag

Een lamp van 50 W brandt van 18.00 tot 21.30 uur. Bereken het energieverbruik.

P = 0,05 kW t = 3,5 h E = P x t
A
0,175 kW
B
0,175 h
C
0,175 kWh
D
0,175 hKw

Slide 19 - Quizvraag

Wat betekent de afkorting E?
A
Energieverbruik
B
Vermogen
C
Elektriciteit
D
Tijd

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Isolatie kan warmte binnen houden.
Of warmte/koude buiten houden. 

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Isolatie
Buiten is het vaak kouder dan binnen. De warme lucht wil dus van binnen naar buiten. 

Als je je huis goed isoleert heb je dus minder warmteverlies.

Slide 26 - Tekstslide

Warmteverlies op een foto
Met behulp van een infrarood-camera kun je het warmteverlies van een huis laten zien.

Hoe dichter de kleur bij het rood komt op de rechter balk  hoe meer verlies.

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Warmteverlies door straling ga je tegen
A
Door het vasthouden van de warme lucht
B
Door te isoleren.
C
Door de warmte terug te kaatsen.
D
Door luchtstroming te verminderen.

Slide 29 - Quizvraag

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Samen inoefenen/huiswerk
We maken samen opdracht 

Zelfstandig werken: opdracht 1 t/m 9
Dit is ook het huiswerk

Klaar kijk na met een nakijkboekje
Pak je leesboek of ga rustig iets voor jezelf doen

Slide 34 - Tekstslide