Nierfalen en nierfunctievervangende therapie

Nierfalen + dialyse
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 5 videos.

Onderdelen in deze les

Nierfalen + dialyse

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesinhoud
  • Soorten nierfalen
  • Haemodialyse
  • Peritoneaal dialyse
  • Hemofiltratie

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Soorten nierfalen
Er zijn twee varianten van nierfalen:
  1. Actuut nierfalen
  2. Chronisch nierfalen

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Acuut nierfalen
Acuut nierfalen is het plotseling slechter functioneren van de nieren.

De nierschade is meestal omkeerbaar, maar kan ook permanent zijn.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oorzaken acuut nierfalen

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Chronisch nierfalen
Chronisch nierfalen is een toenemende verslechtering van de functie van de nieren, die minstens drie maanden bestaat.

Oorzaken:
  • Parasitaire infectieziekten
  • Diabetes, atherosclerose en hypertensie




Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer dialyse nodig?

Slide 7 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer dialyse nodig?
  • Nierfunctie < 10 - 15%
  • Afhankelijk van je leeftijd en conditie

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Behandeling nierfalen
Behandelingen:
  • Hemodialyse
  • Peritoneaaldialyse
  • Hemofiltratie

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hemodialyse

Slide 10 - Tekstslide

Sluit het apparaat meestal aan op een shunt, een verbinding tussen twee bloedvaten:
een slagader en een ader. 

Bloed stroomt via de lijn naar een filter. Aan de andere kant van het filter zit een speciale vloeistof, het dialysaat. De filter heeft piepkleine gaatjes waar geen bloed doorheen past, maar wel afvalstoffen en zouten. Het dialysaat bevat stoffen die de afvalstoffen uit je bloed, zoals ureum, aantrekken. Het bloed trekt juist andere stoffen uit het dialysaat aan, bijvoorbeeld bepaalde zoutstoffen. Zo wisselen het bloed en dialysaat elke keer verschillende stoffen uit.

Na 4 a 5 uur lijkt bloed op gezond bloed

Veelvoorkomende complicatie: lage bd
Aansluiten
Toegang verkrijgen via de bloedbaan:
  • Shunt: verbinding tussen arterie en vene
  • Katheter: vena jugularis 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dialysekatheter
Shunt

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Peritoneaal dialyse

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Twee vormen
Er zijn twee vormen van PD:
  • CAPD Continue Ambulante Peritoneale Dialyse): je wisselt de spoelvloeistof zelf overdag. (4 tot 6 uur blijft spoeling in buikholte, dan wisselen)
  • APD (Automatische Peritoneale dialyse): een machine wisselt de spoelvloeistof voor jou 's avonds of 's nachts ('s nachts 8 tot 10 uur of 's avonds 5-6 uur)

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Complicaties
  • De opening in de buik vormt voor bacteriën en andere ziekteverwekkers een makkelijke toegang tot de buikholte. 
  • Obstipatie

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hemofiltratie
Hemofiltratie wordt ingezet wanneer hemodialyse niet mogelijk is
* duurder, daarom minder vaak toegepast.
* bloed wordt gefilterd om plasma te scheiden van witte en rode bloedcellen.
* Afvalstoffen, waaronder ureum, worden uit het plasma verwijderd.
* gefilterde plasma wordt vervangen door een schone vloeistof om afvalstoffen te verwijderen

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag:
Lees nu de inleiding van opdracht 4, module 2
Verdiep je in de theorie, maak de e-learning
Lees de casus van mw Meijer
Werk de vragen uit

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Video

Deze slide heeft geen instructies