H-2 Paragraaf 1 Het deeltjesmodel

• Natuurkunde
• Middelbare school
• vmbo t, mavo, havo, vwo
• Leerjaar 2

Hoofdstuk 3 Water

• Zitten volgens de plattegrond.
  
• Pak je boek, schrift en laptop
• Lees 10 MINUTEN H3.1 ! 

          ZS

De kringloop van het water

De zon verwarmt de zee

Verdamping

Het water in de lucht koelt af, waardoor wolken ontstaan

De wolken gaan van zee richting land

Neerslag in de vorm van regen of sneeuw

De gevallen neerslag stroomt over de grond, via rivieren of via grondwater weer terug naar de zee

Leerdoelen

• Je kunt uitleggen welke drie eigenschappen moleculen in het deeltjesmodel hebben.
• Je kunt beschrijven hoe moleculen bewegen in een vaste stof, een vloeistof en een gas.
• Je kunt uitleggen wat er met de moleculen gebeurt bij de verschillende faseovergangen.
  
• Je kunt het ontstaan van mist, dauw en rijp toelichten met behulp van het deeltjesmodel.

Je kunt de drie fasen van water herkennen in de praktijk.

Drie fasen?

Je ziet negen foto's.

En er zijn drie "fasen".

Wat zou dat betekenen?

Moleculen en atomen

IJs, water, waterdamp.

IJS

WATER

???

de stof water

in vaste toestand

de stof water

in vloeibare toestand

de stof water

in gasvormige toestand

Moleculen en atomen

IJs, water, waterdamp.

IJS

WATER

WATERDAMP

(IS NIET ZICHTBAAR)

de stof water

in vaste toestand

de stof water

in vloeibare toestand

de stof water

in gasvormige toestand

Rijp

Oh ja,  dit is RIJP.

waterdamp

(gas)

waterdruppels

(vloeibaar)

IJs, Water, Waterdamp

• is steeds dezelfde stof: water
• bestaat dus ook uit dezelfde moleculen: watermoleculen

Wat zijn dat dan?
MOLECULEN?

Hoe komt het dat dezelfde stof

(water) op drie manieren kan voorkomen in de natuur?

Het deeltjesmodel: afspraken

• Iedere stof is opgebouwd uit heel kleine deeltjes: moleculen
• Van één soort stof zijn alle moleculen in elke fase hetzelfde.
•  Moleculen bewegen voortdurend, de snelheid hangt af van de temperatuur. 
• Moleculen trekken elkaar aan.

Water, waterdamp en ijs

Water komt voor in drie toestanden:

1. Vast (sneeuw en ijs)
2. Vloeibaar (water)
3. Gasvormig (waterdamp)

Elke dag gaan er grote hoeveelheden water van de ene toestand in de andere.

DAUW

MIST

In deze foto zijn meerdere vormen van water te zien.

Sleep de fase naar de juiste vorm van water.

Vloeibaar

Vast

Gas

Als je water kookt, komt water in de:

1. Vaste fase
2. Vloeibare fase
3. Gas fase

Als het sneeuwt, is het water in de:

1. vaste toestand
2. Vloeibare toestand
3. gasvormige toestand

Als het regent, is het water in de:

1. vaste toestand
2. Vloeibare toestand
3. gasvormige toestand

Volgens het deeltjesmodel bewegen moleculen het snelst in de ...

1. vaste fase
2. vloeibare fase
3. gasfase

Welke fasen
is hiernaast in het deeltjesmodel te zien?

1. Vast fase
2. Vloeibare fase
3. Gas fase
4. Geen fase

Welk fase moet dit voorstellen volgens het deeltjesmodel?

1. Gas
2. Vloeibaar
3. Vast

Wat is geen kenmerk van het deeltjesmodel

1. Elke stof is opgebouwd uit moleculen
2. Moleculen trekken elkaar aan
3. Moleculen zijn heel klein
4. Moleculen bewegen voortdurend

Opdracht

Maak de vragen 1 t/m 8 van par. 2.1 in je werkboek

Cohesie

De watermoleculen trekken elkaar aan.

Moleculen van dezelfde soort: COHESIE

Adhesie

De watermoleculen en de moleculen van de cellen van het oog trekken elkaar aan. Moleculen van verschillende soort: ADHESIE