Een gezinsbudgetis het gezamenlijk inkomenvan een gezin dat besteed kan worden aan de uitgaven van het gezin.
Slide 28 - Tekstslide
Slide 29 - Tekstslide
inkomsten
Slide 30 - Tekstslide
inkomsten
uitgaven
Slide 31 - Tekstslide
inkomsten
uitgaven
overschot
SPAREN
Slide 32 - Tekstslide
inkomsten
uitgaven
overschot
SPAREN
tekort
LENEN
Slide 33 - Tekstslide
Waarvoor zou een gezin willen/moeten sparen?
Slide 34 - Open vraag
Klasgesprek:
Op welke manier kan je het beste sparen?
Slide 35 - Tekstslide
Aan de slag
Lees volgende info's p.112:
INFO 2
Duid de belangrijkste woorden aan met een markeerstift!
Slide 36 - Tekstslide
Slide 37 - Tekstslide
Slide 38 - Tekstslide
Waarvoor zou een gezin geld willen/moeten lenen?
Slide 39 - Open vraag
Vul aan: LET OP, GELD LENEN....
Slide 40 - Open vraag
Klasgesprek:
Is geld lenen gratis?
Wat zijn de nadelen/risico's aan geld lenen?
Slide 41 - Tekstslide
Aan de slag
Lees volgende info's p.113:
INFO 3
Duid de belangrijkste woorden aan met een markeerstift!
Slide 42 - Tekstslide
Slide 43 - Tekstslide
Wat is een consumentenkrediet?
A
hypothecair krediet
B
impulsieve aankoop
C
lening op afbetaling
D
2 consumenten die elkaar geld lenen
Slide 44 - Quizvraag
Kan je deze wasmachine kopen via een consumentenkrediet?
Slide 45 - Tekstslide
Waar vind je alle informatie omtrent het consumentenkrediet?
Je kan een consumentenkrediet aangaan waarbij je gedurende 10 maanden elke maand 52,22 euro betaalt
JKP = het jaarlijkse kostpercentage
De meerkost die je betaalt voor deze wasmachine na 10 maanden is 23,20 euro. Je betaalt dus niet 499 euro, maar wel 499 + 23,20 = 522,20euro voor deze wasmachine als je deze aankoopt via het consumentenkrediet.
Slide 46 - Tekstslide
Aan de slag
Maak volgende opdracht:
opdracht 1 vraag e en f
Slide 47 - Tekstslide
Slide 48 - Tekstslide
Slide 49 - Tekstslide
Aan de slag
Maak volgende opdracht:
opdracht 4 (p.120)
Slide 50 - Tekstslide
Slide 51 - Tekstslide
Slide 52 - Tekstslide
Slide 53 - Video
Aan de slag
Maak volgende opdracht:
opdracht 5 (p.121)
Slide 54 - Tekstslide
Wat heb je geleerd?
* Je kent het verschil tussen inkomsten en uitgaven op korte en lange termijn.
* Je kan een gezinsbudget ontleden.
* Je kan begrippen als sparen, lenen en rente uitleggen.
* Je begrijpt het nadeel van een consumentenkrediet.
* Je kan een gezin raad of tips geven omtrent hun budget.
Slide 55 - Tekstslide
Kahoot.it
Klein testje of je de les goed begrepen hebt en opgelet hebt tijdens de lessen?