H3, §3.3 De 'Bataafse' Revolutie door ENDA en ZIJLM

H3, §3.3 De 'Bataafse' Revolutie
De ideeën van de Franse Revolutie blijven niet beperkt tot de landsgrenzen van Frankrijk. Deze ideeën gaan over de hele wereld en komen ook in Nederland. Dat gegeven wordt de 'Bataafse' Revolutie genoemd.
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

H3, §3.3 De 'Bataafse' Revolutie
De ideeën van de Franse Revolutie blijven niet beperkt tot de landsgrenzen van Frankrijk. Deze ideeën gaan over de hele wereld en komen ook in Nederland. Dat gegeven wordt de 'Bataafse' Revolutie genoemd.

Slide 1 - Tekstslide


Welke gebeurtenis wordt gezien als het begin van de Franse Revolutie?
A
Het bijeen roepen van de Staten-Generaal
B
De oprichting van de Nationale Vergadering
C
De bestorming van de Bastille
D
De onthoofding van Lodewijk XVI

Slide 2 - Quizvraag


Wat is een voorbeeld van een 'grondrecht'?
A
Je mag je eigen geloof kiezen
B
Het is verboden de koning te beledigen
C
Je moet ieder jaar belasting betalen
D
De verkiezingen worden iedere 4 jaar gehouden

Slide 3 - Quizvraag


Welke bestuursvorm krijgt Frankrijk nadat Lodewijk XVI onthoofd is?
A
Monarchie
B
Republiek
C
Dictatuur
D
Tirannie

Slide 4 - Quizvraag

Leerdoelen deze les
Je kunt uitleggen:

- Welke kritiek de patriotten aan het einde van de 18de eeuw hebben op de situatie in de Republiek
- Wat er in Nederland verandert door de Bataafse Revolutie
- Waarom de Bataafse Revolutie uiteindelijk eigenlijk mislukt

Slide 5 - Tekstslide

Filmpje
Kritiek van de Patriotten

Slide 6 - Tekstslide

3

Slide 7 - Video

01:08

Waar of niet waar:
De Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden heeft een centraal bestuur
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quizvraag

02:24

Hoe kunnen de regenten aan goede baantjes komen?
A
Heel hard werken
B
Laten zien dat je het meest geschikt bent
C
Een loterij winnen
D
Stadhouder Willem V omkopen

Slide 9 - Quizvraag

03:34

Door welke stroming (denk aan het 'parapluwoord') krijgen de mensen in de Republiek nieuwe ideeën over het bestuur?

Slide 10 - Open vraag

Kritiek van de Patriotten
Eind 18de eeuw zijn mensen in de Republiek ontevreden
Door de Verlichting gaan zij anders nadenken over het bestuur
De economie is zwak en het bestuur (Willem V) corrupt
De ontevreden burgers noemen zichzelf 'patriotten' ("patrie" = vaderland)
"Goede vaderlanders"
Patria (Latijn) = vaderland

Slide 11 - Tekstslide

Filmpje
De Patriotten komen in actie

Slide 12 - Tekstslide

Patriotten in actie
De patriotten eisen grondrechten en inspraak in het bestuur
Zij bewapenen zich en verjagen Willem V uit Den Haag
De Oranjegezinden blijven echter de stadhouder steunen
Uiteindelijk vraagt Wilhelmina van Pruisen haar broer om hulp

Slide 13 - Tekstslide

Filmpje
De reactie van Willem V en Wilhelmina van Pruisen

Slide 14 - Tekstslide

1

Slide 15 - Video

07:58

Waarom reist Wilhelmina van Pruisen naar Den Haag?

Slide 16 - Open vraag

De Bataafse Republiek
De patriotten worden verjaagd en vluchten naar Frankrijk
Na de Franse Revolutie krijgen de patriotten Franse steun
In 1795 wordt Willem V verjaagd naar het buitenland
De patriotten roepen de Bataafse Republiek uit en Nederland wordt een onderdeel van Frankrijk

Slide 17 - Tekstslide

Filmpje
De reactie van Willem V en Wilhelmina van Pruisen

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

'verlichte' Bataafse Republiek
In de Republiek worden direct veranderingen ingevoerd:

De Nationale Vergadering maakt een grondwet:
Er komen verkiezingen
Er komt een Nationale Vergadering
- Alle burgers krijgen grondrechten
- Privileges worden afgeschaft
- Ieder geloof mag in het bestuur
- De Republiek is een eenheidsstaat
- De volksvertegenwoordiging is de hoogste macht

Slide 20 - Tekstslide

Resumé
Pak je schrift
Schrijf voor jezelf op (of bedenk 4 vragen over) wat we deze les besproken hebben
Wie, Wat, Waarom, Wanneer
timer
2:00

Slide 21 - Tekstslide

Huiswerk
Schrijf op in je agenda
Maken opdracht 3 t/m 13 van §3.3

Slide 22 - Tekstslide