2.3 Weefsels

Demonstratie bij B2.2
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Demonstratie bij B2.2

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2.3 Weefsels

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
  • Je weet dat een organisme bestaat uit cellen
  • Je kunt weefsels van mensen en planten noemen met hun functie

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3

Slide 5 - Video

Deze slide heeft geen instructies

00:58
Welke orgaansystemen ken je nog meer?

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

01:55
Bedenk nog meer cellen die je zou kunnen hebben

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

03:03
Bedenk nu voor jezelf:

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Van cel tot organisme

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Cellen
Alle organismen bestaan uit cellen.

Cellen zijn heel klein en bijna alleen maar zichtbaar onder een microscoop.

De cel is de bouwsteen van een organisme

Slide 10 - Tekstslide

Cellen

Alle organismen bestaan uit cellen. Cellen zijn de bouwstenen van een organisme. Cellen zijn erg klein. Je kunt ze alleen zien onder een microscoop. Cellen zijn doorzichtig. Om ze goed te kunnen zien onder een microscoop, worden ze gekleurd.
Weefsel
Een groep cellen met dezelfde vorm en functie
Weefsels van mensen

Slide 11 - Tekstslide

Een groep cellen met dezelfde vorm en functie noem je een weefsel. 
Tussencelstof 
tussen de cellen in weefsels zitten soms stoffen

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een groep cellen met dezelfde vorm en functie
Weefsel
Weefsels van planten

Slide 13 - Tekstslide

Een groep cellen met dezelfde vorm en functie noem je een weefsel. 
Wat staat op volgorde van groot naar klein?
A
weefsels, organen, organismen, cellen
B
Organismen, organen, weefsels, cellen
C
Organismen, cellen, weefsels, organen
D
Weefsels, cellen, organen, organismen

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Dit zijn ...
A
Weefsels
B
Organen
C
Organenstelsels
D
Organismen

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


A
Botweefsel
B
Zenuwweefsel
C
Spierweefsel

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In welke holte bevind zich de lever?
A
Keelholte
B
Buikholte
C
Borstholte
D
Neusholte

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De dikke darm hoort bij het bloedvatenstelsel
A
Ja
B
Nee

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer is de lichte jaarring gemaakt?
A
Lente
B
Herfst
C
Winter
D
Zomer

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In een boom is één jaarring veel breder dan de andere jaarringen. Wat kan daarvan de oorzaak zijn?
A
Dat kan komen, doordat de boom in dat jaar te lijden had van een rupsenplaag.
B
Dat kan komen, doordat de winter van dat jaar erg koud was.
C
Dat kan komen, doordat de zomer dat jaar erg droog was.
D
Dat kan komen, doordat het voorjaar van dat jaar heel vochtig en warm was.

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Met welk onderdeel van het blad regelt de plant de wisseling van gassen en de verdamping van water?
A
Opperhuid
B
De hele plant
C
De huidmondjes
D
Het blad

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies