20230313 LOB les 1 - Na stage

LOB 
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
LOBMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

LOB 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesplanning
  • Beginmeting loopbaan planning
  • Loopbaanverhaal - NHSD
  • Loopbaanverhaal - LVLM
  • Ervaringen/vragen?
  • Eindmeting loopbaan planning
  • Cirkel van invloed en betrokkenheid
  • Uitleg opdracht rode en groene momenten

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wist je direct welke studie je wilden gaan doen? Of welke richting het op moest gaan?
A
Ja
B
Nee

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Op welke manier ben je
erachter gekomen?

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Heb je het idee dat je de juiste studierichting hebt gekozen?
A
Ja
B
Nee

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vind je het erg dat je nog niet precies weet wat je wilt doen in je werkzame leven?
A
Ja
B
Nee
C
Niet van toepassing

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Loopbaanverhaal - NHSD
Vroeger: Zangeres/basisschool juf/verpleger/skileraar
Toen: VWO vakkenpakket keuze
2012: Geslaagd VWO, op naar HBO HTRO
2013: PABO
2014: Levensmiddelentechnologie
2017: Opleiding docent
Januari 2018: Werkzaam als docent voeding

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Loopbaanverhaal - LVLM
Vroeger: Politie, militair, verpleegster
Toen: 
1992 - MAVO
1996 - AOC Oost, kleine school
2000 - Van Hall/Larenstein VMT
2003 - Start werken, docentenopleiding
Nu: Fijne baan, nog de wens om ooit verpleegkundige te worden

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe ervaren jullie ons verhaal? 


Hadden jullie een ander beeld? 
Hebben jullie nog vragen aan mij?

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vind je het nu nog steeds erg dat je nog niet precies weet wat je wilt doen in je werkzame leven?
A
Ja
B
Nee
C
Niet van toepassing

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

LOB - opdracht 1 Rode en groene momenten
Om erachter te komen wat voor jullie energie gevende en energie vretende momenten zijn in je opleiding, gaan jullie een week lang een logboek bijhouden waarin jullie die momenten beschrijven die energie kosten en die momenten die jullie energie geven. 

Het is de bedoeling om daar iedere dag een minuut of 5 aan te besteden.

Volgende week bespreken we wat jullie hebben genoteerd. Door dit bij te houden, kun je erachter komen waar je talent en je passie ligt.’


Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Cirkel van Invloed

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Rondje vrolijkheid
Cirkel van invloed
Vertel...



Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


RONDJE VROLIJKHEID
Schrijf iets positiefs van de afgelopen week op:

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Post it
-3 Stomme dingen
-3 Leuke dingen

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Samen brainstormen, 1 student die schrijft voor de groep: 

- Waar gaat jouw negatieve energie naartoe? Lijstje met dingen/bezigheden waar studenten zich aan ergeren, veel tijd aan kwijt zijn (negatieve zin), negatieve aandacht aan besteden. Bijv. wachten op de bus, vertraging NS, regen, niet direct reactie krijgen op snap/app, iets op school moeten doen waar je geen zin in hebt etc.

- Vragen: Waar heb je wel of geen invloed op? 

Slide 18 - Tekstslide

Hoe werkt de cirkel van invloed en de cirkel van betrokkenheid?
Het begint met de cirkel van betrokkenheid. Er zijn veel dingen in ons leven waar wij ons ‘betrokken’ bij (kunnen) voelen. Denk bijvoorbeeld aan je gezondheid, je kinderen, problemen op werk, oorlog of armoede in de wereld. De dingen die voor jou gelden plaats je in je cirkel van betrokkenheid en de overige dingen vallen daarbuiten. Op alles wat in je cirkel van betrokkenheid valt ben je dus emotioneel betrokken. Je kan jezelf er druk over maken.
Vaak zijn er veel dingen waar we ons druk om maken maar zijn er maar weinig van die dingen direct te veranderen. Denk bijvoorbeeld aan het weer of aan iets als de corona-maatregelen. Heel veel is er niet direct te veranderen en er is maar 1 ding waar we wel direct en volledig invloed op hebben: ons eigen gedrag. En dat is dan ook direct het enige wat je in de cirkel van invloed plaatst.
Kortom:
Een overzicht van de cirkel van invloed en cirkel van betrokkenheid met voorbeelden
De cirkel van invloed en de cirkel van betrokkenheid met voorbeelden
Hoe pas je de cirkel van invloed en betrokkenheid toe?
Het doel van de cirkel van invloed en de cirkel van betrokkenheid is dat je jezelf probeert aan te leren steeds meer bezig te zijn met datgene waar je invloed op hebt. Je eigen gedrag dus. Hierdoor word je proactief, maak je jezelf minder druk en heb je dus ook minder zorgen en stress. Het betekent dat je bij elke gebeurtenis die je overkomt, of bij alles waar je jezelf emotioneel om bekommert, onderzoekt wat jij zelf kan doen om hier een positieve invloed op uit te oefenen. Wanneer je dit niet doet, en je je steeds (meer) zorgen blijft maken over alles in je cirkel van betrokkenheid, zonder proactief te zijn, merk je dat je geleefd wordt door de wereld, door alles wat je overkomt en voel je daardoor steeds meer stress, frustratie, boosheid en verdriet.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geen of beperkte invloed
Wél invloed

Slide 20 - Tekstslide

Zonder uitleg zelf hun cirkel laten invullen. Kladversie. 
Studenten laten hun eigen cirkel zien vanaf hun plek. 

Slide 21 - Tekstslide

Uitleg cirkel van invloed: 

Op veel dingen lijken wij geen invloed te hebben! Maar...... 
Wel invloed op hoe je ermee omgaat. 
(bijv. NS --> 'die kut-NS ook altijd' --> Hoe kom ik alsnog thuis? Lang in blijven hangen helpt niet. 
Jij bepaalt zelf in hoeverre je het invloed laat hebben op jou. Als je er veel aandacht aan geeft, kost het je veel energie. 


- Studenten vragen wat er bedoeld wordt met 'gedrag van anderen, zorgen over toekomst' in cirkel van betrokkenheid. Zij leggen uit aan de groep. Bij elk punt een voorbeeld laten noemen door studenten. In hoeverre laat je het invloed hebben? 
Geen invloed:

-Aanname?

-Loslaten 
Invloed vergroten

-Initiatief nemen;
verantwoordelijk-heid vergroten 

Slide 22 - Tekstslide

Je kunt zeggen: “Waarom regent het nou alweer? Ik word er niet goed van!”
Of je kunt zeggen: “Het regent alweer, ik trek een regenjas aan.”
Je kunt zeggen: “Die jongens lokken me elke keer weer uit de tent. Ze zijn ontzettend stom.”
Of je kunt zeggen: “Het lukt me nog niet om op te komen voor mezelf. Ik ga hulp vragen.”
het is een grote eye-opener om de cirkel van invloed te tekenen. Het maakt inzichtelijk op welke factoren je wel invloed hebt en waarop niet. En vervolgens kun je bekijken hoe je daar mee omgaat.
Geen invloed?
Heb je het gevoel dat je ergens geen invloed op hebt, dan kun je eigenlijk twee dingen doen:
Ten eerste kun je kijken of je aanname dat je geen invloed hebt klopt. Je kunt namelijk vaak de situatie ombuigen, zoals in de voorbeelden bovenaan dit artikel. Eigenlijk gaat dit vooral over het ombuigen van je taal: groeitaal! Zeg dus niet: “Hij doet heel stom tegen mij.”, maar “Wat kan ík doen om een andere reactie van hem te krijgen?”
Eigenlijk vergroot je op zo’n moment je cirkel van invloed! Het laten groeien van jouw cirkel van invloed is een heel krachtige verandering, want jij krijgt het gevoel aan het stuur te zitten. Je ervaart een gevoel van autonomie, competentie en grip op je leven -zelfs als je verandering in je gedrag niet meteen het juiste effect geeft. Jij hebt dan het gevoel dat je in ieder geval je verantwoordelijkheid hebt genomen en je best hebt gedaan.
Hoe groter jouw cirkel van invloed, des te meer jij je leven kunt sturen zoals je wilt.
Maar soms, en dat is dan de tweede manier om hier op te reageren, heb je ergens echt geen invloed op, of wil je geen moeite doen om er invloed op te krijgen. In dat geval moet je het loslaten. Naast je neerleggen. Stoppen met piekeren erover. Let it goooo! Let it goooooo!
Je invloed vergroten
Heb je het gevoel dat je wél invloed hebt op de situatie, dan kun je echt een verschil maken. Een belangrijke vaardigheid hierbij is initiatief nemen. Dit is nog niet altijd even eenvoudig. Want wij, mensen, hebben van nature de neiging om problemen of verantwoordelijkheid van fouten bij anderen neer te leggen (google maar eens op de attributietheorie). Wil je je cirkel van invloed laten groeien, dan is het belangrijk dat beseft hoeveel initiatief je kunt nemen. Hoe meer initiatief je voelt om een situatie te veranderen, hoe meer grip je ervaart op de situatie. Je ervaart verantwoordelijkheid die ervoor zorgt dat je daadwerkelijk in actie komt.
Initiatief kun je nemen door een keuze te maken welke reactie, gedrag of gedachten jij laat zien. Je hebt dus invloed over hoe jij met de situatie omgaat.

cirkel van invloed 

Slide 23 - Tekstslide

Je vergroot je cirkel van invloed door zelf de regie te pakken. 

Hoe meer je je aandacht richt op zaken waar je je
betrokken bij voelt, maar geen invloed op hebt, dus
niets aan kan doen, hoe kleiner je eigen CvI wordt. Met
als gevolg dat je energie weg lekt, je steeds meer reactief
gedrag vertoont en je jezelf slachtoffer voelt.

Hoe meer je je aandacht richt op zaken waar je wel
invloed op hebt, dus waar je zelf wat aan kan doen, hoe
groter je eigen CvI wordt. Met als gevolg dat je juist
energie krijgt, je proactief gedrag vertoont en je steeds
vaker op zoek gaat naar mogelijkheden. Wat werkt
versterkt!

Hebben ze zelf een voorbeeld? (Zie eigen kladversie) Zijn er dingen die je eigenlijk kunt verplaatsen naar de binnenste cirkel? 

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vertel.. Hoe ziet jouw cirkel er uit?

Slide 25 - Tekstslide

Iedere student presenteert zijn/haar cirkel voor de klas. Wat heeft hij/zij veranderd tijdens de les? En waarom? Waarom heeft de student wel invloed op bepaalde zaken en hoe dan? 

Slide 26 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

deze eventueel gebruiken in andere les.
Welke uitspraken ga je met je meenemen?

Slide 28 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Pro actief
Reactief
Ik zal het proberen
Zo zit ik nu eenmaal in elkaar
Ik zal het doen
Ik kan het veel beter
Ik moet wel
Ik kies ervoor
Ik kan het niet
Er moet een manier zijn

Slide 29 - Sleepvraag

Bij reactief taalgebruik leg je de verantwoordelijkheid buiten jezelf. Bij proactief taalgebruik laat je zien dat je zelf verantwoordelijk bent voor je keuzes. Ben je pro actief heb je de houding=het lukt. Reactieve houding=het lukt niet.
Hoe zou jij reageren?
1
A
Haar de huid vol schelden en daarna wegstormen
B
Haar ermee confronteren en vertellen hoe je je voelt
C
Haar vergeven
D
Haar buitensluiten, dat deed ze ook bij jou.

Slide 30 - Quizvraag

Speel het geluidsfragment af.. De proactieve manier van reageren is antwoord B en C. Reactief is A en D. Reactieve mensen handelen vanuit impuls. Proactieve mensen denken eerst, voordat ze handelen. 
Hoe zou jij reageren?
2
A
Klagen over de oneerlijkheid van deze beslissing.
B
Gewoon hard blijven werken.
C
Vragen waarom de nieuwe op za mag werken en jij niet.
D
De kantjes ervan aflopen op je werk.

Slide 31 - Quizvraag

Reactieve antwoorden zijn A en D. Proactief B en C. Reactieve mensen zijn net al een blikje frisdrank. Als het leven ze een beetje door elkaar schudt, bouwt de druk op en ontploffen ze. Proactieve mensen zijn als water. Je kunt schudden wat je wilt, maar er gebeurt niets. Ze zijn kalm, rustig en hebben alles onder controle.  
LOB - opdracht 1 Rode en groene momenten
  1. Houd een week lang iedere dag een logboek bij in je schrift of op je smartphone of in Word (bijvoorbeeld met Evernote). Noteer hierin je rode en groene momenten.
  2. Neem iedere dag in ieder geval 5 minuten de tijd om dit bij te houden.
  3. Maak een selfie van een rood en groen moment

Volgende week opdracht af!

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

LOB - opdracht 1 Rode en groene momenten
Groene momenten zijn momenten waarop je geniet, je de tijd vergeet, je niet echt hoeft na te denken bij wat je doet. Je kijkt er naar uit, je vindt het zelf niet zo bijzonder wat je doet, maar anderen vertellen je dat je het
goed kan.

Rode momenten zijn momenten waarop de tijd niet opschiet, de momenten waarnaar je niet uitkijkt, waarvan je moe wordt. Momenten ook die je uitstelt, waarin je ongeduldig wordt.

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat vonden jullie van deze les?
Nog tips of tops voor ons?

Slide 34 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies