Herhaling thema 1 - Planten en dieren

• Biologie
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Herhaling

Hoofdstuk 1 Planten en dieren

Huiswerk opdracht

Hoe zorgen de aanpassingen van bladeren en wortels ervoor dat de planten in Tenerife en Nederland kunnen overleven?

Antwoord leerling

In Tenerife is het heel zonnig dus kan het zijn dat de planten langer zonder water moeten. De bladeren slaan vocht op en door lange wortels kunnen ze makkelijker bij het water dat zich dieper in de grond bevindt (zon). 

Terwijl in Nederland kun je het makkelijk uit de grond halen en regent het ook best vaak. Dus hebben ze minder dikke bladeren en langere wortels nodig.

Leerdoelen basisstof 1

- Je kunt uitleggen wat een organisme is.

- Je kunt de zeven levenskenmerken noemen.

- Je kunt onderscheiden of iets levend, dood of levenloos is.

Wat is een organisme?

1. Niet-levende materie
2. Levend wezen
3. Planten en dieren
4. Bacteriën en schimmels

Wat beschrijft een van de zeven levenskenmerken?

1. Rusten van een organisme
2. Kleur van een plant
3. Voortplanten van een organisme
4. Overleden organisme

Wat is een dode plant?

1. Levend organisme
2. Levenloos organisme
3. Dood organisme

Leg het verschil uit tussen levend en levenloos .

Leerdoelen basisstof 2

- Je kunt omschrijven wat groei en wat ontwikkeling is.

- Je kunt de onderdelen van een zaad noemen met hun functie.

Een kat krijgt te weinig beweging en teveel voeding. De kat neemt toe in gewicht.
Spreken we dan van groei of ontwikkeling?

1. Groei
2. Ontwikkeling

Groei= toename in grootte of gewicht

Ontwikkeling= verandering in functie.

Welke van de volgende onderdelen is GEEN onderdeel van een zaad?

1. Zaadlobben
2. Zaadhuid
3. Kiem
4. Blad

Wat is de functie van de zaadhuid?

1. Beschermt zaad
2. Wateropname
3. Bevat reservevoedsel
4. Hechting ouderplant

De kiem bestaat uit de zaadhuid en de zaadlobben

1. Waar
2. Niet waar

Wat gebeurt er na de bloei in de levenscyclus van een tomatenplant?

1. De plant sterft af
2. De bloemen verwelken
3. De bloemen ontwikkelen tot vruchten
4. De cyclus begint opnieuw

Wat gebeurt er met de zaden nadat de tomatenvruchten zijn gerijpt?

1. De zaden worden opgeslagen in de plant
2. Ze kunnen een nieuwe plant vormen
3. De zaden sterven af
4. Er gebeurt niks met de zaden

Wat is het resultaat van de levenscyclus van een tomatenplant?

1. De plant sterft en er komt niks nieuws
2. De plant groeit alleen groter
3. De levenscyclus herhaalt zich
4. De plant produceert zo geen vruchten

Leerdoelen basisstof 3

- Je kunt omschrijven wat metamorfose is.

- Je kunt de levenscyclus van een koolwitje en van een kikker beschrijven.

Wat is metamorfose?

1. Verandering van omgeving
2. Veranderingen in lichaamsbouw of levenswijze
3. Proces van voortplanting
4. De groei van een plant

Welke van de volgende fases zijn kenmerkend voor de metamorfose van een kikker?

1. Ei, larve, volwassen
2. Larve, pop, volwassen
3. Zaad, plant, bloem
4. Ei, larve, cocon, volwassen

Een dier die geen metamorfose ondergaat, heeft geen levenscyclus.

1. Juist
2. Onjuist

Leerdoelen basisstof 6

- Je kunt aanpassingen bij planten beschrijven

- Je kunt aanpassingen bij dieren beschrijven

Welke aanpassingen hebben planten in een droge omgeving?

1. Grote, platte bladeren
2. Kleine, dikke bladeren
3. Een klein wortelstelsel
4. Een groot wortelstelsel

Wat is een belangrijke aanpassing van waterplanten zoals waterlelies?

1. Sterke wortels in de grond
2. Geen bladeren
3. Brede, drijvende bladeren
4. Groei in schaduw

De reuzenaronskelk produceert een typische geur van rottend vlees. Waarom zou de plant dit doen?

1. Om dieren af te schrikken
2. Insecten aan te trekken voor bestuiving
3. Om planten af te schrikken
4. Water te besparen

Welk van de volgende voorbeelden is een aanpassing van een dier aan een koude omgeving?

1. Dunne vacht en vetopslag
2. Dikke vacht en vetopslag
3. Gestroomlijnd lichaam
4. Grote oren

Welke aanpassing hebben vogels die in bomen leven, zoals de kolibrie?

1. Dunne snavel voor nectar
2. Korte vleugels voor snelheid
3. Sterke poten om te graven
4. Dikke huid

Wat voor snavel heeft dit dier?

1. Pincetsnavel
2. Haaksnavel
3. Kegelsnavel
4. Zeefsnavel

Hoe heet deze snavel en wat eet deze vogel?

1. Priemsnavel, insecten
2. Pincetsnavel, insecten
3. Kegelsnavel, zaden
4. Zeefsnavel, bodemdiertjes

Zoolgangers, teengangers en topgangers

Welke pootafdruk is van een topganger?

1. A
2. B
3. C
4. D

Wat voor ganger is de egel?

1. Zoolganger
2. Topganger
3. Teenganger

Welke van de volgende dieren is een zoolganger?

1. Mens
2. Leeuw
3. Haan
4. Paard

Welke van de volgende is GEEN type verdedigingsmechanisme dat door dieren kan worden gebruikt?

1. Camouflage
2. Geluiden maken
3. Giftige stoffen uitscheiden
4. Klauwen van een dier

Hoe ging deze quiz?

GOED!

Mwah...

Slecht..