Hoofdstuk 2 - Spelling en grammatica

In deze les zouden moeten zijn:
Melissa
Gerlieke
Gianaisa 
Thijs 
Tess 
Jesse 
Priscilla
Max 
Yusuf 
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 4

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

In deze les zouden moeten zijn:
Melissa
Gerlieke
Gianaisa 
Thijs 
Tess 
Jesse 
Priscilla
Max 
Yusuf 

Slide 1 - Tekstslide

Hoofdstuk 2 - Spelling & grammatica

Slide 2 - Tekstslide

Even opwarmen...

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Werkwoorden

Slide 5 - Tekstslide

Werkwoorden
Een werkwoord in de juiste vorm schrijven = vervoegen
Om te kunnen vervoegen moet je de stam van het werkwoord weten. Je vindt de stam van een werkwoord door -en van het hele werkwoord af te halen. 

Hele werkwoord = drinken
Stam = drink 

Slide 6 - Tekstslide

3 regels
1. bij een lange klank in het wele werkwoord moet de klinker in    de stam verdubbelen


Slide 7 - Tekstslide

3 regels 
2. de stam mag nooit op een v of een z eindigen


 


Slide 8 - Tekstslide

3 regels
3. de stam mag nooit op twee medeklinkers eindigen


Slide 9 - Tekstslide

Tegenwoordige Tijd
De tegenwoordige tijd is de tijd van nu. 

Een werkwoord in de tegenwoordige tijd geeft aan dat iets gebeurt of dat iets op dit moment zo is. 

Bestudeer de theorie op blz. 113 van je boek. 

Slide 10 - Tekstslide

Aan de slag
Maak zelfstandig: blz. 109-114/ opdracht 1,2,3,4,5,6.

Klaar? --> woordzoeker/sudoku


timer
1:00

Slide 11 - Tekstslide