8-1 maten schatten

    Welkom
💼 Pak je boek, schrift en schrijfspullen.
📖 Leg bladzijde 42 (Boek B H8.1) voor je open.
🔲 Leg je ipad op tafel klaar.

DEZE LES:
§8.1 Maten schatten.
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

    Welkom
💼 Pak je boek, schrift en schrijfspullen.
📖 Leg bladzijde 42 (Boek B H8.1) voor je open.
🔲 Leg je ipad op tafel klaar.

DEZE LES:
§8.1 Maten schatten.

Slide 1 - Tekstslide

Hoofdstuk 8:
Lengte, omtrek en oppervlakte

Slide 2 - Tekstslide

oefenen 
uitleg 
  lesprogramma
nakijken 
-
Hoe maak je een schatting met vuistregels
Opd 2 & 8 maken we samen
aan de slag 
Netjes werken, maak een kantlijn, noteer je berekeningen.
huiswerk
voorkennis 
Standaard maten.
§8.1 afmaken.

Slide 3 - Tekstslide

Wat leer je in deze paragraaf?

Ik kan werken met handige maten.

Ik kan lengte schatten.


        leerdoelen

Slide 4 - Tekstslide

Uitleg 8.1
Maten schatten betekent zeggen wat het ongeveer is.

Er is niet 1 juist antwoord. Meerdere antwoorden zijn mogelijk.

Slide 5 - Tekstslide

Uit je hoofd leren!!!

Slide 6 - Tekstslide

Overzicht in woorden

Slide 7 - Tekstslide

Stapgrootte
.



Een vuistregel of standaardmaat is een algemene maat die je in gebruikt wanneer je een schatting maakt.

Neem de standaardmaten hiernaast over in je schrift.
        Voorkennis

Slide 8 - Tekstslide

Hemelsbreed
Op een kaart meet je de afstand tussen twee punten langs een rechte lijn
Dit noem je de afstand  hemelsbreed.

Als vuistregel zeggen we dat afstand over de weg 1,2 keer zolang is.

Vermeld bij berekeningen altijd de afstand die jij gemeten hebt!
Op een kaart meet je de afstand 
tussen twee punten langs een rechte 
lijn.  Dit noem je de afstand hemelsbreed.

Als vuistregel zeggen we dat afstand over de weg 1,2 keer zolang is.

Vermeld bij berekeningen altijd de afstand die jij gemeten hebt!


Hemelsbreed
uitleg 

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Link

Vuistregels voor schatten
Hoogte van een verdieping
Afstand pink-duim
Hoogte van een deur
Lengte volwassene
20 cm
180 cm
2 meter
3 meter

Slide 11 - Sleepvraag

De hoogte van een verdieping is
A
1 meter
B
2 meter
C
3 meter
D
4 meter

Slide 12 - Quizvraag

Je fietst ongeveer .... km per uur
A
6
B
10
C
15
D
18

Slide 13 - Quizvraag

Uitleg 8.1
Bereken hoe hoog de flat ongeveer is.
  1. Elke verdieping is ongeveer 3 m
    hoog.
  2. De flat telt 5 verdiepingen.
  3. 5 × 3 = 15 m.
    De flat is ongeveer 15 m hoog.

Slide 14 - Tekstslide

Bij het berekenen van de hoogte van een flat met 7 etages kunnen we schatten dat de hoogte van de flat is:
A
7m
B
14m
C
18m
D
21m

Slide 15 - Quizvraag

Schat de lengte van de boom
A
1,5m
B
2m
C
3m
D
3,5m

Slide 16 - Quizvraag

Patrick gaat 2,5 uur wandelen. Hoeveel kilometer loopt hij ongeveer?
A
10
B
12
C
15
D
20

Slide 17 - Quizvraag

Welke lengtemaat past bij dit bord?
A
meter (m)
B
centimeter (cm)
C
decimeter (dm)
D
kilometer (km)

Slide 18 - Quizvraag

Pien gaat 2,5 uur fietsen. Hoeveel kilometer fietst zij?

Slide 19 - Open vraag

Stapgrootte
.



blz.49 opd. 2 & 8
Samen oefenen 

Slide 20 - Tekstslide

Som 8 samen oefenen
blz. 44

Slide 21 - Tekstslide

Welke snelheid hoort bij wandelen?
A
5 km/uur
B
10 km/uur
C
18 km/uur
D
100 km/uur

Slide 22 - Quizvraag

Hoe hoog is een standaarddeur?
A
1,80 m
B
1,70 m
C
2,00 m
D
3,00 m

Slide 23 - Quizvraag

Welke vuistregel wordt er gebruikt voor de afstand over de weg?
A
De afstand over de weg is ongeveer 5x de afstand hemelsbreed.
B
De afstand over de weg is ongeveer 1,2x de afstand hemelsbreed.
C
De afstand over de weg is ongeveer 3x de afstand hemelsbreed
D
De afstand hemelsbreed is ongeveer 0,5x de afstand over de weg

Slide 24 - Quizvraag

Wat is de vuistregel voor de hoogte van een verdieping van een gebouw?
A
1 verdieping is ± 4 m
B
1 verdieping is ± 3 m
C
1 verdieping is ± 2,5 m
D
1 verdieping is ± 3,5 m

Slide 25 - Quizvraag

Als je gaat fietsen, wat is dan de gemiddelde snelheid? (vuistregel fietsen)
A
12km/u
B
15km/uur
C
18km/u
D
20km/u

Slide 26 - Quizvraag

Welke vuistregel wordt er gebruikt voor wandelen?
A
Je wandelt ongeveer 5 km in een uur.
B
je wandelt ongeveer 6 km in een uur.
C
Je wandelt ongeveer 1,2 x sneller dan dat je loopt.
D
Je wandelt ongeveer 18 km in een uur.

Slide 27 - Quizvraag

Wat is de vuistregel voor de lengte van een volwassen man?
A
1.80 m
B
1.75 m
C
1.70 m
D
2.00 m

Slide 28 - Quizvraag

Aan de slag
Zelfstandig werken
timer
5:00
Maak  de Voorkennis (blz. 40 + 41)
Maak opd. 2, 3, 4, 5, 7, 8, 9

Klaar? 
Start met §8.2
Werk zelfstandig zonder overleg of vragen.

Slide 29 - Tekstslide

Huiswerk 
Werk fluisterend 


Huiswerk:
Maak de Voorkennis (blz. 40 + 41)
Maak opd. 2, 3, 4, 5, 7, 8, 9 (Blz. 42 - 44)

Klaar ?  begin met §8.2

Slide 30 - Tekstslide

Wiskunde - Aan de slag!
§8.1 'Maten schatten'

Maken:
- Voorkennis blz. 40 + 41
- opdr. 2, 3, 4, 5, 7, 8 en 9 
(blz. 42 t/m 44)

timer
10:00

Slide 31 - Tekstslide