BZW2 10 Gehandicaptenzorg

1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
Middelbare school

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gehandicaptenzorg
Deze LessonUp:

  • Zorg dat je pen en papier bij de hand hebt zodat je aantekeningen kunt maken
  • Als er na de filmpjes vragen komen: ga dan terug naar de lessonUp om ze te beantwoorden

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ga HIER  om naar de module Gehandicaptenzorg te gaan.


Kies: start de les


Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom vind Jan een avonddienst fijn?
A
Hij is een avondmens
B
Dan hoeft er niet gepoetst te worden

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het beroep van Jan?

Slide 5 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Gehandicaptenzorg
Danny en Jan werken allebei in de gehandicaptenzorg. Danny werkt met cliënten met een licht verstandelijke beperking en gedragsproblemen en Jan met cliënten met ernstig meervoudige beperkingen.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verstandelijke beperking
Verstandelijke beperking is een naam voor een ontwikkelingsstoornis waarbij de verstandelijke vermogens zich niet met de normale snelheid ontwikkelen en meestal een gemiddeld niveau niet zullen bereiken. De persoon heeft door het cognitief tekort moeite om volledig te functioneren, in vergelijking met leeftijdgenoten. In de volksmond worden ook wel de 'ouderwetse' termen verstandelijke handicap of geestelijk gehandicapt gebruikt.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gradaties verstandelijke beperking
  • Licht verstandelijk gehandicapt: IQ  van 50 tot 70.
  • Matig verstandelijk gehandicapt : IQ van 35 tot 50.
  • Ernstig verstandelijk gehandicapt houdt in dat er, behalve een IQ van 20 tot 35, ook een minimaal communicatief gedrag, een zwakke motorische ontwikkeling en behoefte aan constante supervisie is. 
  • Diep verstandelijk gehandicapt  een IQ van minder dan 20. Mensen die hieraan lijden, hebben behoefte aan een structurerende omgeving, zintuiglijke stimulering en voortdurend toezicht. Slechts in uitzonderlijke gevallen is er (minimale) spraak.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn meervoudige beperkingen?

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn de verschillen tussen het werk van Danny en van Jan?

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke gelijkenissen zie je tussen het werk van Danny en Jan?

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Kijk naar de foto.
Wat is er met deze meiden
aan de hand?

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Kijk nog eens naar de foto.
Hoe voelen zij zich?

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Kijk naar de foto.
Waar zie je dat aan?

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom is samenwerken in de gehandicaptenzorg zo belangrijk?

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Technologie maakt het leven van gehandicapten eenvoudiger.
A
eens
B
oneens

Slide 16 - Quizvraag

Hoeveel scholieren zijn
het met deze stelling eens/oneens? Laat ze hun mening onderbouwen en stel aanvullende vragen
om ze op andere ideeën te brengen. Zijn nieuwe technologieën makkelijk te begrijpen voor
gehandicapten? Hoe leer je ze om ermee te werken? In hoeverre wordt hun leven eenvoudiger?
Wat gebeurt er bij een stroomstoring/internetstoring?
Kunnen robots alle zorgtaken overnemen? Welke wel/niet? Wat zijn de
voordelen van robots boven mensen? En andersom?
In de toekomst nemen robots het werk van zorghulpverleners over.

A
eens
B
oneens

Slide 17 - Quizvraag

Hoeveel scholieren zijn
het met deze stelling eens/oneens? Laat ze hun mening onderbouwen en stel aanvullende vragen
om ze op andere ideeën te brengen. Zijn nieuwe technologieën makkelijk te begrijpen voor
gehandicapten? Hoe leer je ze om ermee te werken? In hoeverre wordt hun leven eenvoudiger?
Wat gebeurt er bij een stroomstoring/internetstoring?
Kunnen robots alle zorgtaken overnemen? Welke wel/niet? Wat zijn de
voordelen van robots boven mensen? En andersom?
Bedenk minimaal drie argumenten waarom je het eens of oneens bent met deze stelling.

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Op het volgende scherm zie je een vraag.
Schrijf in 1 minuut zoveel mogelijk antwoorden voor jezelf op.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hebben jullie ook aan de skills lef, humor en nieuwsgierigheid gedacht?
Waarom worden die genoemd?

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe zit het met jouw lef, humor en nieuwsgierigheid?
En welke skills heb je nog meer die van pas komen in de gehandicaptenzorg?

Slide 21 - Open vraag

Welke antwoorden komen vaak voor
en welke zijn verrassend? Hebben de scholieren ook aan lef, humor en nieuwsgierigheid gedacht?
Aanvullend op het gesprek volgt een afsluitende video waarin Jan en Danny toelichten waarom
deze skills onmisbaar zijn. 
TEST
Klik HIER om de test te doen.
Kies de richting die je het meest aanspreekt en doe de test.
Maak een afdruk van de uitslag en plak die op de volgende bladzijde.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wie heb je gekozen?

A
Danny, cliënten met moeilijk verstaanbaar gedrag
B
Jan, cliënten met meervoudige beperkingen

Slide 23 - Quizvraag

Hoeveel scholieren zijn
het met deze stelling eens/oneens? Laat ze hun mening onderbouwen en stel aanvullende vragen
om ze op andere ideeën te brengen. Zijn nieuwe technologieën makkelijk te begrijpen voor
gehandicapten? Hoe leer je ze om ermee te werken? In hoeverre wordt hun leven eenvoudiger?
Wat gebeurt er bij een stroomstoring/internetstoring?
Kunnen robots alle zorgtaken overnemen? Welke wel/niet? Wat zijn de
voordelen van robots boven mensen? En andersom?
Voeg hier je testuitslag toe.

Slide 24 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat vind je van de testuitslag? Leg je antwoord uit.

Slide 25 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies