Grenzen en identiteit - Herhaling en Casus

Grenzen en identiteit
H7 Grenzen en identiteit in Nederland
1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

Grenzen en identiteit
H7 Grenzen en identiteit in Nederland

Slide 1 - Tekstslide

Planning bespreken
Stilteopdracht: Mindmap Grenzen en identiteit
Opdracht bespreken en leerstof herhalen
Zelf aan het werk
Uitleg C1 t/m C3
Afronden
Dit gaan we vandaag doen
Dit leer je nu
Doen
Terugkijken
Wat gaan we vandaag doen?

Slide 2 - Tekstslide

Je bent stil tot..
Dit weet je al
Doen
Terugkijken
Wat ga je zo doen?
Doen
Dit leer je nu
Wat moet je doen?
Een mindmap maken over Grenzen en identiteit
Hoe moet je dat doen?
Je gaat zo een mindmap maken over het thema grenzen en identiteit. De opdracht staat in de map op It's learning
Hulp
Geen - als je een vraag niet begrijpt, 
sla je de vraag over. Je gaat dan verder aan het blokje 'klaar'. 
Tijd
10minuten
Klaar
Lezen Casus 1t/m3
Maak de opdrachten 
timer
10:00

Slide 3 - Tekstslide

Praten
Dit weet je al
Doen
Terugkijken
Wat ga je zo doen?
Doen
Dit leer je nu
Wat moet je doen?
Bespreek de mindmap over Grenzen en identiteit in tweetallen
Hoe moet je dat doen?
Je gaat naast iemand anders uit de klas zitten (sta op en wissel van plek. Bespreek de mindmap en vul elkaars mindmap aan
Hulp
Geen - als je een vraag niet begrijpt, 
sla je de vraag over. Je gaat dan verder aan het blokje 'klaar'. 
Tijd
5minuten
timer
5:00

Slide 4 - Tekstslide

Welke soort groepsidentiteit
hoort bij deze afbeelding?
(streektalen/dialecten)
A
Lokaal
B
Regionaal
C
Nationaal

Slide 5 - Quizvraag

Lisa valt met haar zachte g en haar punkkapsel buiten de groep. Ze wordt voor geen enkel feestje gevraagd. Er is dus sprake van
A
Insluiting
B
Uitsluiting

Slide 6 - Quizvraag

Wat is insluiting?

Slide 7 - Open vraag

Nederland vormt het Koninkrijk der Nederlanden met?

Slide 8 - Open vraag

Welk onderdeel behoort niet tot het territorium van een land?
A
EEZ
B
Continentaal plat
C
Territoriale wateren
D
Luchtruim

Slide 9 - Quizvraag

Hoe heet het zeegebied dat binnen een afstand van 22 kilometer van de kustlijn ligt?
A
EEZ
B
Continentaal plat
C
Territoriale wateren

Slide 10 - Quizvraag

Wat is lokalisme

Slide 11 - Open vraag

Natuurlijk of kunstmatig?
A
Natuurlijke grens
B
Kunstmatige grens

Slide 12 - Quizvraag

Natuurlijk of kunstmatig?
A
Natuurlijke grens
B
Kunstmatige grens

Slide 13 - Quizvraag

Dit is een kunstmatige grens.
A
goed
B
fout

Slide 14 - Quizvraag

Harde of zachte grens?
A
Harde grens
B
Zachte grens

Slide 15 - Quizvraag


A
zachte grens
B
gesloten grens

Slide 16 - Quizvraag

Harde of zachte grens?
A
Harde grens
B
Zachte grens

Slide 17 - Quizvraag

Wat bedoelen we eigenlijk met 'Europese identiteit'?
A
Samenwerkingsverband van Eu-landen en de verbondenheid met de eigen omgeving.
B
Combinatie van opvallende kenmerken van Westerse landen en de verbondenheid daarmee.
C
Combinatie van opvallende kenmerken van het eigen land en de verbondenheid daarmee.
D
Combinatie van opvallende kenmerken in Europa en de verbondenheid daarmee.

Slide 18 - Quizvraag


Leg kort uit hoe een Europese identiteit kan ontstaan wanneer EU-landen meer met elkaar samenwerken:

Slide 19 - Open vraag


Voorbeelden van kenmerken van de Europese identiteit zijn...
A
Waarden van democratie en vrijheid, de euro, nationale geschiedenis en cultuur van eigen land.
B
Waarden van democratie en vrijheid, de euro, nationale feestdag van een land, Europees volkslied.
C
Waarden van democratie en vrijheid, nationaal volkslied, gezamenlijke geschiedenis en cultuur.
D
Waarden van democratie en vrijheid, de euro, gezamenlijke geschiedenis en cultuur.

Slide 20 - Quizvraag


Er zijn mensen die de EU en een gezamenlijke Europese identiteit als bedreiging zien. 
Zij vinden dat hun nationale identiteit in gevaar komt.
Welk begrip past hierbij?

Slide 21 - Open vraag

Rivieren en bergen zijn natuurlijke grenzen.
A
waar
B
niet waar

Slide 22 - Quizvraag

Noteer twee voorbeelden van culturele kenmerken die de identiteit van een bepaalde groep mensen kunnen bepalen.

Slide 23 - Open vraag

Noteer twee voorbeelden van twee bevolkingsgroepen met een eigen identiteit in Nederland (Geen allochtonen).

Slide 24 - Open vraag

Pauze tot
Dit weet je al
Doen
Terugkijken
Wat ga je zo doen?
Doen
Dit leer je nu
Wat moet je doen?
Opdrachten afmaken
Hoe moet je dat doen?
Ga naar de methode van de geo. Kijk of je de opdrachten van paragraaf 7.1, 7.2 en 8.2 af hebt. Nee? Dan maak je deze af. 
Hulp
Geen - als je een vraag niet begrijpt, 
sla je de vraag over. Je gaat dan verder aan het blokje 'klaar'. 
Tijd
15minuten
Klaar
Lezen C1 t/m C3 
Maak de opdrachten
timer
10:00

Slide 25 - Tekstslide

Casus Het noordpoolgebied
C1: Minderheden

Wat gaan we doen?
  • Uitleg: Hoe leven inheemse bevolkingsgroepen in het noordpoolgebied?
  • Opdrachten maken en samenvatten



Slide 26 - Tekstslide

Casus Het noordpoolgebied
C1: Minderheden

Hoe leven inheemse bevolkingsgroepen in het noordpoolgebied?


Slide 27 - Tekstslide

Casus Het noordpoolgebied
C1: Minderheden

Hoe leven inheemse bevolkingsgroepen in het noordpoolgebied?
Drie voorbeelden van rendierjagende Europese inheemse noordpoolvolkeren






Nentsen in Rusland
Sami in Lapland
(Noorwegen/Zweden/Finland)
Inuit in Groenland/Canada

Slide 28 - Tekstslide

Casus Het noordpoolgebied
C1: Minderheden

Hoe leven inheemse bevolkingsgroepen in het noordpoolgebied?
De inheemse volkeren zijn de afgelopen eeuwen onderdrukt. Zij hebben zich nu verenigd in de Arctische raad om op te komen voor hun rechten.

De cultuur en gebruiken van deze volkeren in het noordpoolgebied wordt bedreigd door klimaatverandering; ze kunnen bijvoorbeeld bepaalde planten niet meer eten, niet meer jagen op rendieren en geen eten meer delen in grote gezinnen.

Maar klimaatverandering biedt ook nieuwe kansen: verbeterde toegang tot natuurlijke hulpbronnen, nieuwe transportmogelijkheden en opkomend toerisme. 






Slide 29 - Tekstslide

Casus Het noordpoolgebied
C2: Claims

Wat gaan we doen?
  • Uitleg: Waarom claimen landen een stuk van het noordpoolgebied?
  • Opdrachten maken en samenvatten



Slide 30 - Tekstslide

Casus Het noordpoolgebied
C2: Claims

Waarom claimen landen een stuk van het noordpoolgebied?



Slide 31 - Tekstslide

Casus Het noordpoolgebied
C3: De toekomst

Wat gaan we doen?
  • Uitleg: Hoe ziet de toekomst van het noordpoolgebied eruit?
  • Opdrachten maken en samenvatten


Lesdoelen (Finish WB 160-161 en Begrippen LB 132-135)

Slide 32 - Tekstslide

Casus Het noordpoolgebied 
C3: De toekomst

Huiswerk






Herhaling
  • Waarom claimen landen een stuk van het noordpoolgebied?
Lezen LB
C2
LB 128-129
Maken WB
C2: 1, 2abc, 3, 4, 6 (schooltv.nl nodig)
WB 156-157
Samenvatten
Leerdoelen en begrippen C2
WB 160
LB 135

Slide 33 - Tekstslide

Casus Het noordpoolgebied
C3: De toekomst

Hoe ziet de toekomst van het noordpoolgebied eruit?
  • Bevolking: sociale dimensie          inheemse bevolking + immigranten voor industrie
  • Economie: economische dimensie         natuurlijke hulpbronnen, transport en toerisme     
  • Natuur: fysische dimensie         beschermen van de bedreigde natuur
  • Politiek: politieke dimensie         strijd om de noordpool + bescherming natuur en inheemsen

Slide 34 - Tekstslide

Sociale dimensie:
De bestaande inheemse bevolking groeit door economische migranten

Welke positieve en negatieve gevolgen zijn er?

Slide 35 - Open vraag

Casus Het noordpoolgebied
C3: De toekomst

Toekomst: inheemse bevolking + economische migranten
sociale dimensie
positief gevolg
negatief gevolg
  • groeiende economie trekt                                                                                                 migranten aan: economische groei





De vraag is: wie mag er in het noordpoolgebied gaan en blijven werken? De inheemse volkeren, de immigranten of een mix?
  • groeiende economie trekt migranten aan: inheemse bevolking wordt lokaal een minderheid en verliest autonomie

Slide 36 - Tekstslide

Economische dimensie:
Er worden steeds meer natuurlijke hulpbronnen gewonnen en de transportsector groeit.

Welke positieve én negatieve gevolgen zijn er?

Slide 37 - Open vraag

Casus Het noordpoolgebied
C3: De toekomst

Toekomst: natuurlijke hulpbronnen (primaire sector), transportsector en toerisme
economische dimensie
positief gevolg
negatief gevolg
  • steeds makkelijker om bij natuurlijke hulpbronnen en kortere vaarroutes te komen
  • economische groei voor het land
  • werkgelegenheid en welvaart voor lokale bevolking
  • aanbod > vraag, dus de olieprijs daalt
  • economie van het land krimpt
  • lokale bevolking blijft met gesloten fabrieken en schulden zitten
  • milieuvervuiling en klimaatverandering

Slide 38 - Tekstslide

Casus Het noordpoolgebied
C3: De toekomst

Toekomst: voor wie of wat is het noordpoolgebied te gebruiken?
Politieke dimensie
Fysische dimensie (natuur)
onzeker
onzeker
  • Hoe lang blijft de strijd om de noordpool doorgaan? 
  • Worden er afspraken gemaakt waar iedereen het mee eens is? Of is er één grote economische winnaar?
  • Krimpt of groeit de autonomie van de inheemse volkeren?
  • Milieuvervuiling en klimaatverandering heeft invloed op de hele Aarde.  
  • Het behouden van de natuur brengt toerisme, wat ook leidt tot economische groei.
  • Kunnen het winnen van natuurlijke hulpbronnen, transport, toerisme en de autonomie van inheemse volkeren naast elkaar kunnen bestaan?

Slide 39 - Tekstslide

Fluisteren tot
Dit weet je al
Doen
Terugkijken
Wat ga je zo doen?
Doen
Dit leer je nu
Wat moet je doen?
Afmaken thema grenzen en identiteit
Hoe moet je dat doen?
Maak de opdrachten van paragraaf 7.1, 7,2, 8,2 en casus 1t/m3
Hulp
Eerst aan een klasgenoot, daarna aan je docent
Tijd
20minuten
timer
20:00

Slide 40 - Tekstslide