3.5 Woorden les 1

3.5 Woorden les 1
Klascode

trofi

H3: Gelijk heb je
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

3.5 Woorden les 1
Klascode

trofi

H3: Gelijk heb je

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
- Je kent ongeveer dertig nieuwe woorden.
- Je weet wat taboewoorden zijn.
- Je weet wat homoniemen, synoniemen en antoniemen zijn. 

Slide 2 - Tekstslide

Woord van de week

Opzadelen met

Slide 3 - Tekstslide

Start les. 
Nieuw boek:


We lezen samen hetzelfde boek:

Erna Sassen - zonder titel

Wat valt je op aan het boek?


timer
10:00

Slide 4 - Tekstslide

Homoniemen

De woorden zijn qua vorm en klank hetzelfde, maar hebben een andere betekenis.


bal (feest, rond voorwerp)
blik (dun metaal, oogopslag)
was (wasgoed, vetachtige stof)

Slide 5 - Tekstslide

Homoniem of niet?
pad
A
Ja
B
Nee

Slide 6 - Quizvraag

Homoniem of niet?
Kussen
A
Ja
B
Nee

Slide 7 - Quizvraag

Homoniem of niet?
water
A
Ja
B
Nee

Slide 8 - Quizvraag

Synoniemen
Sommige woorden hebben dezelfde betekenis. 
Bijvoorbeeld de woorden juist en correct. 
Dat soort woorden noem je synoniemen.

Als twee woorden synoniemen van elkaar zijn, kun je ze door elkaar vervangen.
Dat antwoord is correct. = Dat antwoord is juist.
Sommige woorden hebben meer dan één synoniem. (goed, juist, correct)

Slide 9 - Tekstslide

Synoniem voor:
meteen
A
later
B
morgen
C
direct
D
volgend jaar

Slide 10 - Quizvraag

Synoniem voor:
verwijderen
A
laten zitten
B
doorlopen
C
weghalen
D
breder maken

Slide 11 - Quizvraag

Antoniem
Een antoniem is een ander woord dat het tegenovergestelde betekent.

Bijvoorbeeld:
licht - donker
moeilijk - makkelijk
dag - nacht 

Slide 12 - Tekstslide

Wat zijn de antoniemen van 
deze woorden? 

1. Gezond 
2. Hier
3. Hoog
4. Warm
5. Zwak
6. Dwerg
7. Netjes

Slide 13 - Tekstslide

Huiswerk
Opdrachten H3.5 opdracht 1a, 2,3,4,5 en 7

Schrijftaak ingeleverd via SOM?









Slide 14 - Tekstslide

Lesdoelen
- Je kent ongeveer dertig nieuwe woorden.
- Je weet wat taboewoorden zijn.
- Je weet wat homoniemen, synoniemen en antoniemen zijn. 

Slide 15 - Tekstslide