Paragraaf 3.3 - Horen [2]
3.3 Horen
Leerdoel(en) van deze les:
- Je kunt de namen van de onderdelen van je gehoorzintuig benoemen
- Je kunt uitleggen hoe je oren werken
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
Nask / BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1
In deze les zitten 12 slides, met tekstslides.
Lesduur is: 90 minOnderdelen in deze les
3.3 Horen
Leerdoel(en) van deze les:
- Je kunt de namen van de onderdelen van je gehoorzintuig benoemen
- Je kunt uitleggen hoe je oren werken
Slide 1 - Tekstslide
3.3 Horen
Hoe hoor je geluiden? (Bron 2, blz. 129)
Geluiden zijn trillingen
- Trillingen trillen via de oorschelp naar de gehoorgang
- Via de gehoorgang naar het trommelvlies (trillende lucht laat het trommelvlies trillen)
- Trommelvlies geeft trillingen door aan de gehoorbeentjes (in trommelholte)
- De gehoorbeentjes geven trillingen door aan het slakkenhuis
- Slakkenhuis bevat gehoorzintuig (vaak & langdurig overbelast > gehoorbeschadiging)
- De gehoorzintuig zet trillingen om in berichten (impulsen)
- De berichten gaan via gehoorzenuw naar hersenen
Slide 2 - Tekstslide
3.3 Horen
De weg van geluidstrillingen die je oren binnen komen:
Slide 3 - Tekstslide
3.3 Horen
- Wat? Maken 3.3 – Opdracht 1 t/m 9
- Hoe? Blz. 128 t/m 130
- Hulp? Eerst overleggen met buur, daarna docent vragen.
- Tijd? 20 minuten
- Uitkomst? Opdracht 1 t/m 9 is af.
- Klaar? Samenvatting dikgedrukte woorden maken (lijst).
timer
20:00
Slide 4 - Tekstslide
Leerdoelen check
- Wat zijn de onderdelen van het oor?
- Wat is de route van geluidstrillingen door je oor?
Slide 5 - Tekstslide
3.3 Horen
Leerdoel(en) van deze les:
- Je kunt uitleggen welke geluiden je kunt horen
- Je kunt uitleggen hoe de luchtdruk in de trommelholte wordt geregeld
Slide 6 - Tekstslide
3.3 Horen
Welke geluiden kun je horen?
- Niet elk organismen hoort dezelfde geluiden!
- Laagste toon die organismen kunnen
horen > onderste gehoorgrens
- Hoogste toon die organismen kunnen
horen > bovenste gehoorgrens
- Het gebied tussen beide
gehoorgrenzen > gehoorbereik
Slide 7 - Tekstslide
3.3 Horen
Wat is frequentie?
- Geluid ontstaat door een trillend voorwerp (bijv. snaren of luidspreker)
- Frequentie is het aantal trillingen per één seconde
- Eenheid van frequentie is hertz (Hz)
- Bijv. 440 Hz is 440 trillingen per seconde - Hogere tonen hebben een hogere frequentie
Slide 8 - Tekstslide
3.3 Horen
Geluidssterkte
- Geluid wordt gemeten in decibel (dB)
- geluid kun je meten met een decibelmeter
- met een decibelmeter meet je de geluidssterkte
- gewoon gesprek is 50 dB, geluid in een disco soms meer dan 100 dB
- langdurig geluid boven de 90 dB, kans op gehoorschade!
Slide 9 - Tekstslide
3.3 Horen
Waardoor hoor je jezelf slikken?
- Buis van Eustachius > zit tussen trommelholte en keelholte
- zorgt voor gelijke luchtdruk
- trommelvlies moet goed trillen om goed te kunnen horen
- luchtdruk moet aan beide zijden gelijk zijn
- door gapen of slikken gaat de buis even open
- hierdoor lucht heen en weer, luchtdruk gelijk maken - Middenoorontsteking > ontsteking in de trommelholte
- ziekteverwekkers kunnen door de buis van Eustachius naar de trommelholte gaan
- kinderen hebben hier mee last van > vaker verkouden en kortere buis van Eustachius
Slide 10 - Tekstslide
3.3 Horen
- Wat? Maken 3.3 – Opdracht 10 t/m 21
- Hoe? Blz. 131 t/m 135
- Hulp? Eerst overleggen met buur, daarna docent vragen.
- Tijd? 20 minuten
- Uitkomst? Opdracht 10 t/m 21 is af.
- Klaar? Samenvatting dikgedrukte woorden maken (lijst).
timer
20:00
Slide 11 - Tekstslide
Leerdoelen check
- Wat is het gehoorbereik?
- Wat is Hertz?
- Wat is decibel?
